had geheeten en een ander — in proza — iets had gezegd over het vrouwelijk lezend publiek, kregen we de mondelinge antwoorden op de bewuste vraag. Hierbij kwam wel duidelijk uit dat deze afkomstig waren van gehuwde werkende vrouwen, want tot dit vraagstuk — het werk van de gehuwde vrouw — had het meerendeel haar beschouwing beperkt. „Gemakkelijk was het niet", was zoo ongeveer de strekking, „maar doen deden ze het toch".

Van de acht werden er door ons als „feministen-kensters" zes op zeer bruikbaar materiaal geschat, in verschillend stadium van ontwikkeling. Van één waren ons de bezwaren bekend en de laatste, die meende te spreken „uit naam van tienduizenden, ja honderdduizenden vrouwen" vonden we aardig, maar subjectief en statistisch ongeschoold!

UIT DE VEREENÏGING.

Op de H.B. vergadering van 26 April te 's-Gravenhage waren aanwezig de H.B. leden: mej. E. H. Piepers, mevr. Ch. L. Polak—Rosenberg, mevr. }. Polak—Kiek, en mej. Mr. Corry Tendeloo, terwijl bericht van verhindering hadden gezonden: mevr. J. Huizenga—Huisman, mej. Mr. J. C. van Es, mej. Mr. E. Adriaanse, Mr. B. C. Goudsmit, Mr. N. Kappeyne v. d. Coppello en Mr. D. J. Veegens.

Geruimen tijd werd gewijd aan de bespreking van het verkiezingscourantje, waarvan reeds melding werd gemaakt in het vorige nummer van ons maandblad. Thans werd besloten dit op grooten schaal, zoowel in de steden als op het platteland te verspreiden. Ook werd besloten

UIT DE AFDEELINGEN.

Den Haag. — In Maart en April organiseerde onze afdeeling een thee-avond, waarbij een proef werd genomen met het instituut „verplichte introducée". De avonden werden gehouden ten huize van leden der afdeeling en mogen, ook door een eenigszins soepele toepassing van de „verplichting", als een succes genoemd worden.

Op 5 Maart j.1. sprak Mevrouw W. A. L. Ros-Vrijman over „Democratie of Dictatuur", waarbij zij duidelijk de verschillen dezer twee regeeringsvormen deed uitkomen, speciaal ten aanzien van de rechten en verplichtingen der geregeerden. Uitdrukkelijk waarschuwde zij tegen deze opvatting, dat de voorstanders van een dictatorialen regeeringsvorm het maar eens moesten probeeren en hun een kans gegeven moet worden; heeft men eenmaal een dictatuur dan zal het zéér veel moeite kosten om weer tot democratie terug te keeren, zoo dit al mogelijk mocht

Zijn schrijfsters feministen? Van de 29 waarvan we nu iets weten, waren er 15 als zoodanig te beschouwen „haar die wij misliepen" tot tegenbericht erbij inbegrepen, 5 hadden niet veel meer noodig om het te worden, 4 waren twijfelen 5 waarschijnlijk hopelooze gevallen.

Alles bij elkaar viel het de gastvrouwen niet tegen en zij waren dan ook zeer dankbaar zoowel voor het verschafte inzicht als voor het gezellige samenzijn. Indien zij van haar kant er in geslaagd zijn, mede door een korte voordracht van de derde gastvrouw over de maatschappelijke wortels van de vrouwenbeweging, aan het begrip feminisme een wat grootscher en hoopvoller — allure te geven dan achten zij zich voor haar moeite ruimschoots beloond!

W. H. Posthumus—van der Goot.

over te gaan tot het doen drukken van een pamfletje dat de vrouw opwekt om op vrouwen te stemmen; genoemd pamflet zal door de afdeelingen verspreid worden.

Tot verspreiding van de brochure Adriaanse in ruimen kring werd besloten.

Aan de organisatie van de Jaarvergadering werd eenigen tijd gewijd, terwijl tevens het jaarverslag van de penningmeesteresse en dat van de secretaresse werden goedgekeurd.

Nog werd in principe besloten tot het houden van een najaarsconferentie.

De plannen daarvan zullen op de e.v. H.B. vergadering besproken worden.

Wegens vacantie zal hei Bureau van 7 Juni tot 9 Juli gesloten zijn.

zijn. De gastvrouw Mevr. Chr. Elink Schuurman droeg eenige gedichten voor.

Op 15 April j.1. spraken, ten huize van Mevr. L. Romeijn-Tuckermann, Mevr. F. J. van Gelder-Droste over „De vrouw en de verkiezingen" en Mevr. E. v. d. Bosch-de Jongh over „Ons evenredig kiesstelsel". Mevr. van Gelder gaf een historisch overzicht van de plaats, die de vrouw heeft ingenomen in de politiek in den loop der tijden, wijzend op den terugslag in de belangstelling der vrouwen toen het vrouwenkiesrecht eenmaal verkregen was. Zij besloot met een ernstige opwekking, dat de vrouwen toch de politiek als haar eigen zaak moeten beschouwen, op vrouwen moeten stemmen en vooral de vergaderingen van hun eigen kiesvereenigingen moeten bezoeken ten einde er voor zorg te dragen, dat aan de vrouwen een behoorlijke plaats op de kieslijsten verzekerd wordt.

Mevr. van den Bosch maakte ons aan de hand van cijfers de geheimenissen van kiesdeelers, kiesdistricten enz. duidelijk.

J. M. C. Romeijn.