Zee-scheepvaart en Rijnvaart. De sluiting der Dardanellen, waardoor vele booten, voor Rotterdam bestemd, werden opgehouden, deed zich in Mei merkbaar gevoelen. In totaal kwamen te Rotterdam binnen 822 zeeschepen, metende te zamen 931 853 netto registertonnen, tegen 865 schepen, metende 1 010 677 tonnen in Mei 1911.

Door bovengemelde oorzaak was bij de Rijnvaart meestal meer aanbod van scheepsruimte dan vraag. In verband daarmede waren de sleeploonen laag.

Het aanbod van werkkrachten overtrof de vraag in sterker mate dan in April en er heerschte eenige werkloosheid (van de 500 georganiseerde machinisten waren + 2'/2 L werkloos).

.Rotterdam (Hcv).

Laden en lossen van schepen en spoorwegwagons. Voor de losse dokwerkers was de toestand, dank zij een eenigszins drukkere binnenvaart, iets gunstiger dan in April. De vaste dokwerkers hadden als gewoonlijk geregeld werk.

Het aanbod van werkkrachten was minder groot dan in April, maar het bleef de vraag toch nog overtreffen. Geen bepaalde werkloosheid.

Vlissingen (M).

Vrachtrijderij. Geregeld werk. Geen vraag of aanbod. G. w.

's-Hertogenbosck (B).

Stalhouderij. Slapte. Geen vraag of aanbod. G. w.

's-Hertogenbosck (B).

Arbeidsbeurzen.

(Offices de placement.)

Een overzicht van het aantal aanbiedingen, aanvragen en plaatsingen voor elke beurs afzonderlijk, zoomede een overzicht van de aanbiedingen, aanvragen en plaatsingen bij alle beurzen te zamen, gesplitst naar de voornaamste beroepsgroepen wordt aangetroffen in de staten I en II, voorkomende op bladz.390 en 391.

Uit'staat I, welke een beknopte samenvatting en vergelijking geeft van Mei 1912 met de maanden April 1912 en Mei 1911, blijkt dat het aantal aanbiedingen van werknemers en aanvragen door werkgevers in vergelijking met de vorige maand onderscheidenlijk met 149 en 23 is gestegen.

Een stijging van het aantal aanbiedingen van werknemers valt bij een 11-tal beurzen waar te nemen; bij de beurs te Amsterdam bedroeg deze stijging 173, te Arnhem 21, Dordrecht 3, 's-Gravenhage („St. Vincentius-Vereeniging ) 10 Haarlem 34, Heerlen 17, Leeuwarden 1, Maastricht 2, Nijmegen 9, Rotterdam 136 en Zwolle 14. Een daling had plaats bij de beurzen te Delft (24), Deventer (8), Enschede (23), Gouda (22),'s-Gravenhage, gem. (13) Groningen (103), s-Hertogenbosch (6), Leiden (11), Roermond (2), Schiedam (28), Utrecht (22) en Venlo (9).

Het aantal aanvragen door werkgevers nam toe bij 9 beurzen; te Amsterdam bedroeg de stijging 201, te Dordrecht 11, te 's-Gravenhage (St VincentiusVereeniging) 45, te Haarlem 18, te Heerlen 8, te Leeuwarden 2, te Nijmegen 14, te Roermond 3 en te Zwolle 64; bij de beurs te Schiedam was het aantal aanvragen beide maanden gelijk. Bij de overige beurzen valt een daling te constateeren. De grootste daling, n.1. 100, kwam voor bij de beurs te Rotterdam.

Vergelijkt men de opgaven der beurzen over Mei 1912 met die over April 1912 en Mei 1911 (zie onderstaand staatje), dan blijkt, dat in Mei 1912 op 100 aanbiedingen minder aanvragen voorkwamen dan in de voorafgaande maand en in dezelfde maand van het vorige jaar. In verhouding tot het aantal aanbiedingen kwamen in Mei 1912 minder plaatsingen tot stand dan in de vorige maand, doch meer dan in dezelfde maand van het vorige jaar.

Aanvragen op Plaatsingen op

MAANDEN. 100 aanbiedingen. 100 aanbiedingen.

Mei 1912 85,87 51,13

April 1912 87,12 52,12

Mei 1911 86,25 47,68