zich te verzekeren. Overtreding van het voorschrift wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste 14 dagen of geldboete van ten hoogste f 75.

De premiën worden voor de onderscheidene in den algemeenen maatregel van bestuur aangewezen werkzaamheden door het bestuur der Rijksverzekeringsbank binnen de voor elk dier werkzaamheden bij algemeenen maatregel van bestuur gestelde grenzen vastgesteld en ten minste eenmaal in de 5 jaren herzien. De Raad van Arbeid — die de premiën openbaar moet maken — is, wanneer omstandigheden in zijn gebied een bijzonder gunstigen of ongunstigen invloed op een of meer beroepsziekten uitoefenen, behoudens goedkeuring van den Verzekeringsraad bevoegd de premiën voor die ziekten te verlagen of te verhoogen. Indien de aldus vastgestelde premiën gemiddeld te laag zijn om het aandeel van een Raad van Arbeid in de kosten der verzekering van de bij zijn ziekenkas verzekerden te dekken, is de Verzekeringsraad bevoegd voor die verzekerden de premiën binnen bepaalde grenzen te verhoogen.

Voor een verzekerde, die arbeid verricht in een onderneming, waarvan kan worden aangetoond, dat zij meer dan het gewone gevaar voor beroepsziekte oplevert, kan de premie door het bestuur van den Raad van Arbeid worden verhoogd tot het drievoud van de door de Rijksverzekeringsbank vastgestelde premie. Levert de onderneming minder dan het gewone gevaar of geen gevaar voor beroepsziekte op, dan kan het bestuur van den Raad van Arbeid ambtshalve of op verzoek van den werkgever of den verzekerde de premie verlagen of bepalen, dat voor den verzekerde geen premie is verschuldigd. Waar de werkgever de geheele premie heeft te betalen, wordt van deze bijzondere bepalingen in den strijd tegen de beroepsziekten niet minder verwacht dan van voorschriften krachtens de Arbeids- of Veiligheidswet.

De werkgever mag de kosten der verzekering niet geheel of gedeeltelijk van het loon afhouden. Overtreding van dit verbod wordt gestraft met boete van ten hoogste f 100. Voor de personen, die niet tegen ziekte zijn verzekerd, is slechts dan premie verschuldigd, indien dit bij algemeenen maatregel van bestuur wordt voorgeschreven. Niet of niet tijdig betalen der premie wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van ten hoogste f 100.

Het uit de wet voortvloeiende risico zal voor 3/4 worden gedragen door een uitsluitend daartoe bestemd fonds, dat wordt beheerd door het bestuur der Rijksverzekeringsbank, en voor l/4 door de ziekenkassen van den Raad van Arbeid. Drie vierden der verschuldigde premiën worden door den Raad van Arbeid aan het fonds afgedragen en drie vierden der uitkeeringen worden aan dien Raad door het fonds vergoed. Ten laste van het fonds komen de kosten door de bank ter uitvoering der wet gemaakt.

Een statistiek van de beroepsziekten, aangewezen in den algemeenen maatregel van bestuur, zal jaarlijks door het bestuur der Rijksverzekeringsbank worden samengesteld.

Wetsontwerp op de woonwagens en woonschepen.

(Projet de loi sur les roulottes et bateaux-demeares.)

Zooals in de vorige aflevering (bladz. r) met een enkel woord werd medegedeeld, is bij Koninklijke Boodschap van 22 November 1912 een wetsontwerp op de woonwagens en woonschepen bij de Tweede Kamer ingediend. De voorgestelde regeling — die zich in hoofdzaak bij het ontwerp der Staatscommissie voor de bedelarij en landlooperij ') aansluit — komt op het volgende neer.

Geen woonwagen of woonschip zal mogen bewoond worden zonder vergunning van een Commissaris der Koningin, verleend aan een der bewoners. De vergunning wordt alléén verleend, indien de woonwagen of het woonschip ter bewoning geschikt is en de bewoners voldoende middelen van bestaan hebben. In de vergunning worden vermeld de namen der personen, die in den woonwagen of het woonschip mogen verblijf houden. De burgemeesters der tijdelijke verblijfplaatsen zijn bevoegd op verzoek van den houder der vergunning de namen van personen te schrappen en nieuwe namen bij te schrijven. In de vergunning wordt tevens vermeld het geoorloofd maximum aantal bewoners en het nummer der vergunning. Dit nummer moet, ter vergemakkelijking van de opsporing door de

!) Zie afl. 10, 1907, bladz. 45.