i

Bij K. B. van 5 Januari 1913, no. 13, opgenomen in de Staatscourant van 6 en 6 Januari 1913, no. 4, is voor de gemeenten Heerlen en Schaesberg een Kamer van arbeid opgericht, waarin vertegenwoordigd zullen zyn de navolgende bedrijven, voor zoover die niet ondergronds worden uitgeoefend: het bewerken van hout, steen of metalen; het schilders-, stukadoors-, behangers-, aardwerken- en straatmakersbedrijf; het leggen van electrische geleidingen of van gas- of waterleidingen; het ontwerpen van en het houden van toezicht by het uitvoeren van bouwplannen.

De Kamer zal 10 leden tellen en den naam dragen van „Kamer van arbeid voor de bouwbedrijven te Heerlen".

Arbeidsvoorwaarden van het spoorwegpersoneel. (Conditions du travail du personnel des chemins de fer.) De Staatscourant van 29 en 30 December 1912, no. 304, bevat een beschikking van den Minister van Waterstaat d.d. 7 December 1912, waarbij een aantal wijzigingen in het „Reglement Dienstvoorwaarden 1911 (S. S.)", met aanhangsels I—IY, i) worden goedgekeurd. O. m. is de pensioenbepaling gewijzigd in verband met de bij wet van J5 Juli 1912 (Stbl. no. 251) bekrachtigde nadere overeenkomst tusschen den Staat en de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen 2). Van de nieuwe loonregeling zal in een der volgende afleveringen een overzicht worden gegeven.

De Staatscourant van 3J December 1912, no. 305, bevat een beschikking van den Minister van Waterstaat d.d. 14 December 1912, waarbij een aantal wijzigingen in het „Reglement Dienstvoorwaarden 1911 (N. C. S.j", met aanhangsels Ia, I& en II,l) worden goedgekeurd. O. ra. is de pensioenbepaling in dier voege gewijzigd, dat het personeel in vasten dienst van rechtswege deelgenoot zal zijn van het pensioenfonds en aanspraak zal hebben op pensioen volgens de bepalingen van het reglement van dat fonds, zooals dat zal worden gewijzigd ingevolge een met den Staat te sluiten en wettelijk te bekrachtigen overeenkomst, of wel, mocht zoodanige overeenkomst niet tot stand komen of niet bij de wet worden bekrachtigd, zooals het reglement onder goedkeuring van den Minister van Waterstaat zal worden gewijzigd. Van de nieuwe loonregeling zal in een der volgende afleveringen een overzicht worden gegeven.

De Staatscourant van 1 en 2 Januari 3913, no. 1, bevat een beschikking van den Minister van Waterstaat d.d. 31 December 1912, waarbij de pensioenbepaling in het „Reglement Dienstvoorwaarden 1911 (N.B.D.S.)"3) in dier voege wordt gewijzigd, dat het personeel in vasten dienst verplicht zal zijn deelgenoot te zijn van een vóór 1 Januari 1914 op te richten pensioenfonds en na genoemden datum aanspraak zal hebben op pensioen volgens de bepalingen van het reglement van dat fonds, zooals dat zal zijn vastgesteld ingevolge een met den Staat te sluiten en bij de wet te bekrachtigen overeenkomst, of wel, mocht zoodanige overeenkomst niet vóór 1 Januari 1914 aan bekrachtiging bij de wet zijn onderworpen, of vóór of na dien datum die bekrachtiging niet erlangen, zooals het reglement onder goedkeuring van den Minister van Waterstaat zal zijn vastgesteld.

De Staatscourant van 17 Januari 1913, no. 14, bevat twee beschikkingen van den Minister van Waterstaat d.d. 15 Januari 1913, waarbij onderscheidenlijk een wijziging van de pensioenbepaling in het „Werkliedenreglement 1911 (H. IJ. S.)", met bijlagen A—D, 4) en een van die in het „Reglement Dienstvoorwaarden 1911 (H. IJ. S.)," met bijlagen A—D,4) in verband met de bij wet van 15 Juli 1912 (Stbl. no. 261) bekrachtigde nadere overeenkomst tusschen den Staat en de H. IJ. S. 2) wordt goedgekeurd.

Staten-Qeneraal.

(États-Générciux.)

Tweede Kamer. (Chambre des Députés.)

Wetsontwerp op de invaliditeit*- en ouderdomsverzekering. r>) (Projet de loi sur l'assurance contre Vinvalidité et la vieillesse.) Bij een 4de Nota van Wijzigingen, ingezonden 19 December 1912, is een nieuw artikel ingevoegd, krachtens hetwelk personen, die eerst na het bereiken van den 35-jarigen leeftijd arbeider worden in den zin der wet, tot de verzekering kunnen worden toegelaten, indien zij buiten hun toedoen niet verplicht-verzekerd zijn geweest en voldoen aan de bij algemeenen maatregel van bestuur te stellen voorwaarden. Bij dien maatregel zullen tevens afwijkende voorschriften kunnen worden gegeven betreffende den wachttijd en het berekenen van den grondslag der rente. In de toelichting wordt medegedeeld, dat opneming der bedoelde personen niet zal kunnen worden toegelaten dan tegen betaling van een koopsom, waardoor aan de Bank ongeveer wordt vergoed het nadeel, dat zij anders zou lijden door het opnemen van personen boven den leeftijd van 35 jaar tegen betaling van de premie van den 16-jarige. De inkoopsom zou verband moeten houden niet alleen met den leeftijd maar ook met de loonklasse, waarin zal worden gestort. Daar die loonklasse onbekend is, ligt het in de bedoeling den betrokkene de vrijheid te laten te bepalen, in welke loonklasse hij zich wil inkoopen en mede van die loonklasse de berekening van den

1) Zie afl. 3, 1911, bladz. g.

2) Zie afl. 9, 1912, bladz. 591.

3) Zie afl. 10, 1912, bladz. m.

4) Zie afl. 11, 3911, bladz. s.

5) Zie afl. 11, 1912, bladz. r.