kwalificeerde en overigens den schijn verwekte alsof de andere organisaties de Federatie wilde boycotten. Dat deze laatste voorstelling van zaken absoluut onjuist is bewijst wel ons schrijven van 7 Februari, waarin wijde Federatie mededeelden, dat ;wij haar schrijven inde volgende gecombineerde vergadering van Hoofdbesturen zouden ter sprake brengen. Dat is inmiddels geschied en als gevolg daarvan werd besloten de Federatie het volgende schrijven te doen toekomen: Mijne Heeren, In aansluiting op ons schrijven van 7 Februari, Nr. 326/K, kan ik U mededeelen, dat de besturen der ondergeteekende organisaties tegen samenwerking met Uw organisatie geen bezwaar hebben. Aangezien Uw bestuur zich echter in de samenwerking tijdens de groote staking aan de uitvoering der genomen besluiten heeft onttrokken door de combinatie te verlaten en ook nog een bedrag van ƒ 1.500.— heeft te betalen, voelen wij ons genoopt' U enkele voorwaarden te stellen, n.1.: ie. Schriftelijk te verklaren U te zullen onderwerpen aan genomen besluiten en die te helpen uitvoeren, 2e. Uw schuld van ƒ x. 500.— te voldoen. Hoogachtend, Namens den: Alg. Ned. Metaalbew. Bond, Ned. R.-K. Metaalbew. Bond Chr. Metaalbew. Bond in Ned., Ned. Neutr. Metaalbew. Bond, (w. g.) P. DANZ. Het zal nu van de Federatie zelf afhangen of de gezamenlijke andere organisaties haar inde samenwerking kunnen opnemen. Vast staat dat we niet weer zoo mesjogge zullen zijn om de Federatie andermaal in de gelegenheid te stellen eerst met ons samen te werken om dan, als de moeilijkheden eerst recht komen, er tusschen uitte knijpen, omdat zij denkt daarmee een beter figuur tegenover de arbeiders te kunnen slaan. En wat de 1500 pop aangaat, die we nog altijd van de Federatie te vorderen hebben, gaat het meer om het recht van het spel dan wel om de knikkers. Onze Bond zal er niet door ten onder gaan als de Federatie haar schuld, die zij volgens alle besturen heeft te voldoen, niet afdoet. Het wordt echter moeilijk om met een ander aan één tafel te gaan zitten, indien hij nog 1500 pop inden zak heeft die hij u schuldig is. In de lijn van dit voorbeeld gaat het ons niet best af weer met de Federatie te gaan samenwerken, terwijl zij nog een eerschuld heeft te voldoen. Wij wachten met belangstelling het antwoord en... het geld.'* Van geen beteekenis! De buitenlandsche gebeurtenissen, met name die der Roerbezetting, hebben weer heel wat stof tot schrijven geleverd. Penvoerders van allerlei schakeering, groot en klein, bekwaam en ook onbekwaam, doen om beurten hun best om elk op hun

wijze de bevolking te beïnvloeden en het is wel opmerkelijk, dat de meest bekwamen onder hen bij het beschrijven der gebeurtenissen aldaar heel wat reserve in acht nemen. De meest,onbekwamen echter, met name de syndicalistische en daarmede gelijk te stellen communistische schrijvers in Nederland, vinden in deze geheeie affaire weer een gereede aangelegenheid om een beneden alle peii staande hetze en scheldpartij aan ons adres te richten. We behoeven ons daarover niet erg onge- te maken. Ais in dat kamp nog iets goeds naar voren komt, komt er toch niets van terecht. De onderlinge heibel en ruzie is daar zóó groot, het sloopingsproces zóó conform, dat dit wel zal zorgen dat wat er nog over is, of verdwijnt, óf een kwijnend bestaan zai blijven voórtsieepen. Ads de menschen, die zelf nog nooit kans gezien hebben om iéts tot stand te brengen wat op een arbeidersleger (dit in den goeden zin des woords, ik ben geen communist en schuw de loopgraaf) geleek, nu ook weer dit aangrijpen om ons te bestrijden, dan hoort en ziet men dat maar gerust aan. Dit om de eenvoudige reden, dat ais zij 14 dagen den gang hebben, dan kan men uit hun eigen werk het niets beteekenen van die blaffers •opmaken. t Dat komt er nu eenmaal van als men „dik” cioet en niet „dik” is. Zoo is het ook nu en al hoewel ik er geen behagen in schep dit te doen uitkohien, meen ik toch goed te doen net op David’s wijze even vast te stellen. Welnu de drieëenheid van sloopers heeft zich tot de Nederlandsche arbeiders gericht Det wel, het N. A. S., de C. P. en de Fed, van Sociaal Anarchisten, op deze wijze. Ge kunt het vinden in „De Arbeid” van 3 Febr. j.I. „Elke poging, elke oorlogsvoorbereiding van den kant der heerschers, moet met de sociale algemeene werkstaking beantwoord worden. De scherpste verzetactie moet thans worden begonnen. De felste en scherpste ' klassenstrijd moet thans gevoerd worden”. Dn even daarna zeggen zij daarbij dit. „Weigert dén aanmaak en het transport van munitie en ander oorlogstuig. Weigert in massa den dienstmaan het Kapitalisme in fabriek en werkplaats, in kazerne en loopgraaf”. i dit onder de oogen der lezers komt, &an morden vastgesteld, dat zelfs niet één arbeider in Nederland dit advies opecvolgd heeft. • s Aan de hand hiervan stellen wij, na nauwkeurige berekening, den invloed dezer drieeenheid vast op... o. Zegge en schrijve nul. In dit verband gevoel ik mij bovendien gedrongen het herhaald terugkeeren van het belachelijke in dat kamp ook nog weer even naar voren te brengen. In het orgaan der Federatie van Metaalbewerkers van 10 Febr. is bovenbedoeld manifest eveneens in z n geheel opgenomen. Doch in dat zelfde nummer schrijft de bestuurder van die niets beteekenencie organisatie, D.(oornbosch): „Er is genoeg gepraat over een en ander, het stellen van resoluties en moties, hoe lang ook, heeft geen succes en maakt dc heerschers absoluut niet vreesachtig, het tegendeel kan eerder verwacht worden, zoolang niet dc daad wordt gesteld. Wij herhalen: 19x4 is een voorbeeld geweest, wat we allen niet gaarne terugwenschen. Waar ook thans het oorlogsgevaar groot is en bovendien Nederland niet vrij blijft, moeten wij ons nu beginnen voor te bereiden, niet door moties of iets dergelijks, maar door te bespreken en vast te stellen wat gedaan moet worden.

■ ■ -i- . 1 1 1,1 ■ !■, I I 11 II i IPIW Ml Wl Wl W W B N Ieder moet zijn taak afgebakend zien i als de groote biljetten, die de mobilisatie ! aankondigen, geplakt wórden. : Terwijl dus op 3 Febr. den arbeiders ; 1 positief wordt gezegd, wat zij moeten doen, i zegt hij op 10 Februari dat ze nog moeten beginnen om zich voor te bereiden. „Ieder ■ moet z’n taak afgebakend zien, als de niobilisatie er is”. i Het is voor de menschheid, zoowel voor 1 de bezitters als voor de arbeiders, te hopen, i dat die organisaties, die wel invloed op de j massa hebben, kan» zien om de massa zoo j te beïnvloeden tegen het oorlogsgeweld, dat j de bezitters en hun regeeringskliek daardoor | met hun mobilisatie-oproep weg blijven, want werkelijk ook al beginnen D. en zijn j vrienden zich nu Voor' te bereiden en al j krijgt hij 3 a 4 jaar den tijd voor die voor- j bereiding, dan komt er nog geen bal vah I terecht. Inmiddels gaat de gekheid door. Wij zul- i len bouwen aan een massa-organisatie en wij hopen, dat het eens zal gelukken, dat die massa de moord- en brandbende ,,niet : thuis” geeft. Gedurende dien tijd komen de revolutionnaire helden steeds weer terug met al hun moois en fraais. Zij zijn naast onze beweging nooit anders geweest dan het vieze hondje met het opgebeurde beentje en zullen dit wel blijven ook. Daten wij hun toch ook wat gunnen. De arbeiders nemen toch geen notitie van de heeren. F. v. S. Uit de Afdeelingen. AMSTERDAM. „De Nieuwe Gedachte”. Zondagmorgen 25 Febr. a.s., te 10.30 uur, j zal Vanwege „De Nieuwe Gedachte” in „De j Witte Bioscoop”, Damrak, spreken Caroline j van Dommelen over: De schoonheid in ’t ) | alledaagsche. Toegangsprijs: 20 ct. voor niet-leden. Deden vrijen toegang op vertoon van diploma. DEVENTER. Dc gezamenlijke vakcentrales beleggen op Dinsdag 27 Februari in „Flora” een gemeenschappelijke vergade- | ring, waar het belang en de rechten voor de I arbeiders bij de sociale verzekeringswetten besproken zullen worden. De Raad van Arbeid te Deventer is zoo welwillend geweest, er zorg voor te dragen, dat op deze verga- | dering één of twee sprekers aanwezig zullen ! zijn. Bedoelde vergadering is toegankelijk I voor alle leden, aangesloten bij één dér vakcentrales. Wij wenschen onze leden er met nadruk op te wijzen, dat zij deze vergadering niet verzuimen. Het betreft daar in de eerste plaats het belang van u en uw gezin, j Veie rechten, die de arbeiders bij deze wet- | ten hebben, gaan Verloren door onbekend- 1 heid en ook vaak door onverschilligheid, j Vooral nu er van verschillende kanten ge- j vaar blijkt te ontstaan voor hetgeen onze I beweging op dat gebied tot stand heeft gebracht, is het noodig, dat dit den arbeiders i Wordt bijgebracht. Ieder gaat zooveel mogelijk Dinsdag 27 Februari naar de vergadering in „Flora”. * * * Toenemende werkloosheid. De firma Nering Bögel heeft weder een aantal werklieden' ontslagen en daaronder bevinden zich er, die reeds 15 en 20 jaren i aan deze fabriek hebben gewerkt. Daarnaast | tracht men met allerlei maatregelen den toe- ! stand in het bedrijf te verbeteren. Zoo is er j thahs weer een maatregel in de gieterij ingevoerd, waardoor de handlangers onder | directe controle der vormers komen. De loonen dezer handlangers worden, volgens de directie, in het tarief verdisconteerd. In wer-

i kelijkheid blijkt het meermalen, dat er van 1 een hooger tarief geen sprake is. Volgens i den heer Simons, bedrijfsleider aan deze fai briek, is deze maatregel noodig om een | betere verdeeling der handlangers voor de ; vormers mogelijk te maken. Wij zijn echter | zoo vrij daarin wat anders te zien en verwachten niet dat nuttig effect van dezen : maatregel, dat de heer Simons zich er van | voorstelt. De bezuinigingsmanie speelt ook i den heeren parten en dat moet dan uitj sluitend ten koste der werklieden komen, j "Wil men daar den toestand inderdaad ver| beteren, dan moet bezuinigd worden | waar het mogelijk en gewenscht is. Maar ; at laten de heeren na, want dan betreft het I inde eerste plaats hun eigen weelderig bestaan. Om dat te bereiken is een kwestie van macht en daarvoor is noodig, dat de | werklieden van de firma Nering Bögel zich I organiseeren en zich niet de weelde veroor| loven er drie of vier organisaties op na te houden, maar in één sterken bond n 1 den Alg. Ned. Metaalbewerkersbond. * * # Buitengewone ledenvergadering. Onze afdeeling zal op Donderdag i Maart, ’s avonds 8 uur, inde zaal van „Flora”, Assenstraat, een buitengewone ledenvergadering houden, waar onze bondsvoorzitter P. Danz zal spreken over: „De nieuwe plannen van den Metaalbond”. i Daar het hier een zeer belangrijke kwestie betreft, verwachten wij op deze vergadering al onze leden, vooral waar hier ter plaatse de werkgevers er op uit zijn om steeds verdere verslechteringen voor de metaalbewerkers in te voeren. Voor bedoelde vergadering ontvangen onze leden nog een oproeping, maar het zij hun al vast medegedeeld, opdat zij den datum van i Maart vrij kunnen houden. ' GORINCHEM. Zaterdag 17 Februari hielden wij een propaganda-feestavond, waarbij onze bondsvoorzitter, P. Danz, als spreker optrad. De rede, die hij hield, bevatte, zooals we dat gewoon zijn, iets nieuws voor ons en als steeds viel er wat uitte leeren. Daarom is het toch niet bewaarheid, wat spr. aan het begin van zijn rede zeide, n.1., dat een feestrede min of meer als de vetvlek van het program beschouwd wordt. Een uitvoerig verslag kunnen we niet geven en we volstaan dus met bovenstaande vermelding. De avond is overigens goed verloopen, dank zij de medewerking (van de zangvereeniging „De Stem des Volks” en de tooneelvereeniging „Kunst en Strijd”. Allen, die aan het welslagen van dezen feestavond medegewerkt hebben, brengen we hier een woord van dank. ‘ Het waste betreuren, dat niet meerdere ieden waren opgekomen. De malaise werpt haar schaduw op alles, ook op het werk der organisatie en dit veroorzaakt een geest van pessimisme. Laat ons bedenken, dat er echter weer andere tijden zullen aanbreken en dat de nacht van het heden weer plaats zal maken voor de zon van de toekomst. V/e hadden een goeden avond, hopen, dat. er meer zoo zullen komen en dat dan geen enkel lid zal ontbreken. De Correspondent. LEEUWARDEN. De staking bij de firma Landeweer is na een strijd van 10 weken geëindigd. Deze strijd, ingezet tegen een verlaging van 10 tot 22 pCt., is geëindigd met een vergelijk tusschen beide partijen, waarbij de verlaging ongeveer gehalveerd is. Wij willen dan ook wel verklaren, dat er geen reden is om over dit stuk strijd ontt ■ vreden te zijn. Vanaf den beginne hebben de menschep begrepen, dat het,hier niet ia de eerste .

Herinneringen aan mijn reis naar Tsjeeho-Slowakije. door G. v.d. H. INLEIDING. In het vorige nummer van ons blad zulten onze getrouwe lezers reeds kennis gemaakt hebben met het eerste deel van het verslag van het congres van den Tsjecho-Slowakijschen Metaalbewerkersbond, waarvan we ’t vervolg en tevens slot in dit nummer hebben opgenomen. Als de vertegenwoordiger van onzen bond, die bedoeld congres heeft bij gewoond, leek het mij niet onaardig eenige van mijn .vele indrukken, welke ik tijdens m’n reis naar en van en m’n verblijf i'n Tsjecho-Slowakije heb opgedaan, in feuilletonvorm onzen lezers aan te bieden. Plet verslag als zoodanig bevat uiteraard niet meer dan een samenvatting van den arbeid, die op bedoeld congres verricht is en het leent zich daardoor niet voor wat we op deze plaats wenschten te schrijven. Ik heb met dit eerste deel van m’n feuilleton uiting gegeven aan m’n verlangen om een volledig reisverhaal incluis voorbereiding en vertrek, te geven en de lezers zullen wel zoo weliwillend zijn, dezen „onder-de-Btreep-arbeid” niet al te critisch te beschou-

é-ï — wen. M’n vrienden, die ik ter opluistering van mn dilettantenwerk (zij het ook in fi-. guurhjken zin) met de haren er bij gesleept heb, zuilen deze vrijpostigheid van den dilettant-auteur wel bij voorbaat willen ver- -I geven. – # * Jf voorbereiding. Het is een schijnbaar eenvoudige zaak, ais men zich op zekeren dag de opdracht verleend ziet, den bond te moeten gaan vertegenwoordigen op het congres van een bevriende buiteniandsche organisatie. _ Het houdt iets verlokkelijks in zoo’n vooruitzicht van de grenzen van het eigen land eerlang te zullen overschrijden en den voet te zetten op vreemden bodem om daar din- i gen te aanschouwen, toestanden te leeren ! kennen, die men tot dan toe slechts van hooren zeggen of door lezen in zich heeft kunnen opnemen. Toch geeft het vooruitzicht van voor de eerste maal alleen een tamelijk verre reis te moeten ondernemen, een gewaarwording, die zich niet zoo heel ■ gemakkelijk laat verklaren. Zeker, reeds eerder was ik in het buitenland (Duitschiand én België) geweest, maar dan toch altijd in gezelschap van een i collega, die op het gebied van buitenland- i sche reizen al reeds rijke ervaringen had j opgedaan.

De nu verleende opdracht had ik alleen ,uit tc voeren en daarbij komt nog, dat het land, dat ik moest bezoeken, meer dan één taal rijk is, "vVat uiteraard grooter' moeilijkheden in ’t vooruitzicht stelt. De opdracht tot bijwoning van het congres van den Tsjecho-SIowakijschen Metaalbewerkers- 1 bond, dat van i—5 Februari 1923 te Praag, \ de hoofdstad van het land, zou worden ge- I houden, gewerd mij reeds in October van I het vorige jaar en dus restte mij alle tijd en gelegenheid om de noodige voorbereidende maatregelen te treffen. . Tot die voorbereiding behoort dan in de allereerste plaats het bekomen van een Ne- I derlandsch Paspoort, Aangezien ik in Hol- I | land gewonnen en geboren ben, kostte mij ; i dit gelukkig niet zooveel moeite als des- i tijds m’n vriend Danz, die, toen hij in 1920 z’n reis naar Kopenhagen moest onderne- i ' men, volgens de wet althans op geen enkele I nationaliteit aanspraak, kon maken omdat hij ; per ongeluk niet in Holland doch in Duitsch- j land geboren was. ■ De aanschouwing van het eerste levens- I licht in de reukwater-stad Keulen, zou hem > | later heel wat sjagrijn bezorgen. Maar ik ' | ben op en top Hollander, heb dus als zoo- I i I danig alle mogelijke voorrechten genoten, | doch dat neemt niet weg, dat het aanvragen i : [ van een nieuw paspoort een helsch werk is. j :

Toen ik aan dit gezellige karwei moest beginnen, was juist de maatregel getroffen, dat personen, die reeds in het bezit vaneen pas waren, deze met inachtneming van wat minder formaliteiten verlengd konden krijgen. Ik behoorde helaas niet tot de gelukkigen, die daarvan zouden mogen profiteeren, aangezien reeds meer dan 3 maanden waren verstreken sedert ra’n oude pas was verloopen. Dat dwong mij om den gang naar Canossa volledig te ondernemen en te voltooien. Op een goeien dag in Januari begon ik er mee. Eerst naar het hulpsecretriaat der gemeente Amsterdam, gevestigd in ’t voormalig Watergraafsmeer om een „bewijs van inwonerschap” dier gemeente. Vandaar met de Kraaienknip (de autobuslijn A., aldu: door de Amsterdammers vanaf den eersten dag harer exploitatie gedoopt) naar de stad en verder te voet naar een fotograaf om te poseeren, ten einde ten minste drie exemplaren van m’n conterfeitsel te kunnen overleggen. Vervolgens naar het Hoofdbureau, van Politie om een volgnummer, om ’s anderen daags aan de beurt te komen voor de eigenlijke pas-aanvrage. Den volgenden dag, gewapend met „bewijs van inschrijving” en drm pasfoto’s (die volgens het oordeel van meerdere, mannelijke zoowel als vrouwelijke, bekenden, heel goed uitgevallen waren) naar meergenoemd politiebureau. Omdat ik