alle natuurlijke beperkingen vaneen werkdag omver liep. Het gevolg vaneen dergelijke moordende methode was een weergalooze verellending der volksmassa’s in economisch, hygiënisch, geestelijk en zedelijk opzicht. De arbeider gold niet meer als mensch, zijn persoonlijkheid was uitgevaagd. De kapitalist schatte hem gelijk het onderdeel vaneen werktuig, als een nummer in zijn grootboek, als uitbuitingsobject, bron van meerwaarde. Er heerschten toen nagenoeg gruwelijke toestanden, waarvan zich onze tegenwoordige generatie geen denkbeeld kan vormen. De verellending der onderste volkslagen door overmatig langen werktijd nam zulke schrikbarende afmetingen aan, dat dringend verbetering geschapen moest worden, wilde het proletariaat niet geheel in het moeras der ellende verzinken. De openbare meening begon zich daarmede te bemoeien; geneesheeren, sociaal-politiekers, staatslieden en menschenvrienden alleraard hielden zich bezig met de vraag, of dat zóó voort mocht gaan en kon. Steeds luider klonk de roep naar verkorting van den dagelijkschen werktijd, teneinde de arbeidersmassa weder te genezen en de eisch van een wettelijk vastgestelden achturendag werd de strijdleuze. De groot-industrieel en menschenvriend Robert Owen in Engeland, voerde als eersteling al in 1817 den achturigen werkdag in. Nu ontwaakte, ook het proletariaat uit zijn doffe onverschilligheid en ongevoeligheid, het streed voor verkorting van den werktijd en toen het zich geleidelijk in vak- en politieke organisaties aaneensloot, schreef het den achtiurendag als strijddoel in zijn banier. Het waren voornamelijk sociale redenen welke voor verkorting van den dagelijkschen werktijd te berde werden gebracht. De hygiënische nadeelen vaneen langen werktijd waren zoo klaarblijkelijk dat reeds in het belang der volksgezondheid een wezenlijke vermindering van den dagelijkschen werktijd dringend noodzakelijk scheen. Zeer zeker bleek dan ook dat onder den invloed van den verkorten werktijd.de staat van gezondheid der arbeidende massa’s zichtbaar en duurzaam beterde. Het aantal sterfgevallen en het gemiddelde sterftecijfer liep van tiental tot tiental jaren achteruit, terwijl de gemiddelde leeftijd der arbeiders in gelijke mate klom, zoodat feitelijk een wedergeboorte en genezing der arbeidersklasse als gevolg derverkorting van werktijd (en betere voeding, welke uit de stijging der loonen voortkwam) geconstateerd kon worden. Als bewijs daarvoor diene hier, dat de gemiddelde leeftijd der Engelsche machinebouwers, nadat de negenurendag verkregen was (in 1872), belangrijk gestegen is. Terwijl in 1871 deze nog gemiddeld 38 jaren bedroeg, was hij in 1889 tot gemiddeld 48 jaren gestegen. Het staat vast dat ook de achturendag verlenging van den gemiddelden leeftjjd ten gevolge zal hebben. Een commissie tot onderzoek naar den invloed van den werktijd inden steenkolenmijnbouw jn het

~Ruhr”-distrikt, welke uit vertegenwoordigers der wetenschap, werknemers en werkgevers bestond, heeft 18 Juni 1919 eenstemmig verklaard, dat de verkorting van den duur, „schichten” werktijden bij mijnwerkers) een verbetering der gezondheid ten gevolge heeft gehad. De voordeelen van den achturèndag in hygiënisch opzicht, welke op de mogelijkheid van voldoende herstel van krachten na bovenmatige inspanning van krachten berusten, zijn in het oogloopend voor ieder waarnemer. Het zou ook een wonder zijn als dat niet het geval was. Ook op de geestesontwikkeling en -beschaving der arbeidersklasse heeft de verkorting van den dagelijkschen werktijd een weldadige uitwerking gehad. Hoe zouden arbeiders, welke den langsten duur huns levens in ’t gareel waren, die laat ’t avonds vermoeid en overspannen van de werkplaats huiswaarts keerden, tijd en lust gevoelen om zich met geestelijke en beschavende onderwerpen bezig te houden ? Eerst een korte werktijd verschafte hun de mogelijkhèid daartoe en als het beschavingsniveau der arbeiders inde laatst vervlogen tientallen jaren op hooger peil is komen te staan, dan heeft de verkorting van den werktijd wezenlijk . daartoe bijgedragen. Men heeft gevreesd en ook beweerd, dat de arbeiders niet zouden weten wat te beginnen' met hun vrijen tijd, dat zij króegloopers zouden worden enz. Dat oordeel berust echter op eenzijdige of op bevooroordeelde waarneming en bedrieglijken schijn. In werkelijkheid is de weetgierigheid en beschavingsbehoefte inde arbeidende bevolking met de verkorting van den arbeidstijd gerezen, hoewel nog niet zoo als wenschelijk zou zijn en er zijn millioenen arbeiders welke hun vrijen tijd aan geestes- en beschavend werk wijden. Daarvan getuigen de door de arbeidersorganisatie in ’t leven geroepen cursussen enz. over verlichtende en beschavende onderwerpen, daarvoor getuigt de belangstelling in politieke, organisatorische, v/etenschappelijke en artistieke problemen. Ondanks dat de krasse, materialistische gezindheid alle idealen dreigt te overwoekeren, leeft toch nog steeds onder een, wel door de malaise ontmoedigd en mistroostig gestemd proletariaat en in het bijzonder in onze proletarische jeugd (A. J. C.), een sterke drang naar beschaving. Ook de arbeiders willen aandeel nemen aan al hetgeen het leven werkelijk mooi en goed door worden en hen waarde aan het leven doet hechten, hetgeen den mensch boven het werkdagsdrijven, de alledaagsche soeza verheft. Dat kunnen zij echter niet, als zij door overmatig langen werktijd afgestompt en oververmoeid worden. Als het socialisme inden loop der jaren uiteen maagprobleem opgegroeid is tot een beschavingsprobleem en dat is het voor talrijke arbeiders dan is dat wezenlijk ook aan verkorting van den werkdag te danken. Ten slotte heeft de kortere werktijd ook

bijgedragen tot een zedelijke genezing der arbeidersklasse. Tegenstanders van verkor- , ting van den werktijd verkondigden aan- : vankelijk, dat door te veel vrijen tijd het : proletariaat ineen zedelijk moeras zou weg- : zinken. Nu is het tijdperk, waarin in Neder- | land een korte arbeidsdag voor mannen ! wet-telijk is vastgelegd, nog te kort om : daarover voldoende het tegendeel te kun- I nen bewijzen, • maar wij zijn toch geen ! buitenbeentjes en kunnen ons toch best aan ; onze klassegepooten over de grenzen i spiegelen. De bekende Zwitsersche fabrieksinpecteur Schuier is door zijn practijk van 20 jaren tot de overtuiging gekomen, dat het alcoholgebruik onder den invloed van korten arbeidstijd niet toe- maar afgenomen is en. de Belgische ingenieur Fromont constateert, dat na de verkorting van den arbeidsdag van 12 tot 8 uren, de vroeger dikwijls voorkomende gevallen van dronkenschap zoo goed als geheel verdwenen zijn. Ineen verslag van den nijverheidsraad in Hessen over het jaar 1920 lezen wij: „Er mag wel geconstateerd wor= den, dat de verkorting van den werktijd een weidadig=gnnstigen invloed op het econo= mische, zedelijke en gezinsleven heeft uit= geoefend . . .” Den arbeider wordt nu veel meer tijd gelaten om meer notitie te nemen van de kleinere, minder op den voorgrond komende behoeften van- zijn huisgezin, waar hij vroeger niet op lette. De belangrijke toename der houders van volkstuinen, van kippen enz., is daarvoor ook bij ons een bewijs. Onnoodig al die verschillende bijzonderheden hier de revue te laten passeeren, maar een bewijs van verhooging van het gezinsleven wordt daardoor zeker geleverd. Er wordt nogal veel geschreven over het „gezonde huisgezin als basis, als bron voor een nieuwe menschheid” en men heeft het socialisme het verwijt gemaakt, „dat het de familie (het huisgezin) wil vernietigen.” Wat heeft echter het kapitalisme gedaan ? Het heeft juist de gezinnen uit elkaar gé» rukt en de leden daarvan afzonderlijk in fabrieken of werkplaatsen tot onmenschelijk langen arbeid of inde huisindustrie tot nog grooter verdierlijking gedoemd Hoe kan een huisvader zich aan zijn gezin wijden, als hij vroeg voor het rijzen van den dag de kinderen sliepen nog naar zijn werk moest en in ’t holst van den nacht de kinderen sliepen reeds in zijn huis terug keerde ? De achturendag geeft den proletarischen huisvader de mogelijkheid een gezinsleven te leiden, vooropgesteld, dat hij niet te groote afstanden van zijn werkplaats naar zijn woning moet afleggen. Hoe dan ook, het nut en de onmisbaarheid van den achturendag voor de volksgezondheid, het gezinsleven en het ontwikkelingspeil der arbeiders zal voor ieder verstandig mensch duidelijk zijn. Het is daarom ook niet alleen om financieele redenen dat de reactie met zulk een woede

tegen handhaving van den achturendag aanstormt. Daarover een vólgenden keer. NEMO. Uit de Afdeelingen. AMSTERDAM. Een prettige avond in ’t vooruitzicht Zooals velen onzer leden weten, wordt door onze afdeeling veel aandacht besteed aan het ontwikkelingswerk en gelukkig niet tevergeefs. Wij kunnen met genoegen terugzien op onze gehouden cursusavonden of voortgezette cursussen, want het bezoek was, behoudens een enkele uitzondering, alleszins bevredigend te noemen en wij vertrouwen, dat inde toekomst de belangstelling steeds toenemende zal zijn. Deze lust zich te ontwikkelen, om meer kennis te verzamelen, wordt dan ook ten zeerste gewaardeerd, en wij zijn nu in de gelegenheid gesteld, dit seizoen te besluiten met een zeer mooien kunstavond voor onze leden. – Deze zal plaats vinden op Zaterdagavond 7 Juli a.s. in het gebouw „Handwerkers Vriendenkring” aan de Nieuwe Achtergracht. Wij hebben ons van zoodanige medewerking kunnen verzekeren, dat vaststaat, dat hetgeen dien avond gegeven zal worden, op hoog peil staat. Inde eerste plaats komt de bekende heer Jan van Riemsdijk met zijn „Veluwsche Boerenliedjes”, begeleid op de piano door mevr. Van Riemsdijk. Deze heer is voor menig Amsterdammer geen onbekende, want hij heeft reeds enkele maleh in „Salvatori” een voordrachtavond gegeven, die geheel met zijn eigen repertoire werd gevuld. Hij had inde bladen een zeer gunstige beoordeeling. Dan werkt verder "nog mede het „Klein Socialistisch Tooneel” met een paar mooie één-acters, terwijl natuurlijk onze muziekharmonie „Kunst en Strijd” met een mooi programma niet zal •ontbreken. / Onze Bondsvoorzitter P. Danz zal een korte feestrede uitspreken. Waar wijde zaal op Zaterdagavond kon den machtig worden, zal de avond met een gezellig bal worden besloten. Om nu zooveel mogelijk een ieder, onzer leden inde gelegenheid te stellen, aanwezig te zijn, is de entreeprijs zeer laag gesteld, namelijk op 25 cent per persoon en het spreekt natuurlijk vanzelf, dat waar deze avond bedoeld is als propaganda-feestavond voor onze leden, niet elk een onbeperkt aantal programma’s kan koopen. Men zal zich moeten bepalen tot de huisgenooten. Wij dringen er echter ten sterkste op aan, dat ieder zich tijdig van programma’s vóórziet. Den vorigen keer wachtten velen tot de laatste week, ja, men vervoegde zich zelfs zonder kaart nog aan de zaal, wat tot gevolg had, dat tientallen teleurgesteld moesten worden. Vanaf Maandag 18 Juni a.s. hebben onze

Krachthamer en snleedpers. Door TH. WOLFF. (Nadruk verboden). V. (Slot.) Deze buitengewoon belangrijke uitvinding dateert van 1854 en werd in het vervolg eveneens inde eerste plaats door de spoorwegtechniek toegepast, waar de wielen van locomotieven en wagens- volgens dit procédé werden gegoten. Enkele jaren daarna kwam echter de uitvinding tot stand, die tot de belangrijkste technische toepassing van de hydraulische pers leidde. De Engelschman John Haswell was de eerste, die in 1861 • een hydraulische pers voor het smeden van blokken ijzer vervaardigde en werd daardoor de vader van de hydraulische smeedpers. Deze eerste smeedpers kon eendruk van 16.000 centenaren ontwikkelen, en deze op een staalblok uitgeoefende reusachtige druk maakte een betere doorkneding van de metaalmassa mogelijk, dan zelfs met den zwaarsten stoomhamer kon bereikt worden. Voor de ontwikkeling van den noodzakelijken begindruk gebruikte Haswell een perspomp in verbinding met een constructie voor het bevatten van het perswater, den accumulator. Deze manier van werken is moeilijk , en omslachtig. Enkele jaren na de uitvin- j ding van Haswell maakte Reiner Daelen, 1 die ook inde ontwikkelingsgeschiedenis | van den stoomhamer dooreen aantal ver- ! beteringen bekend is geworden, de smeed- | pers aanmerkelijk eenvoudiger en wel door de invoering van den stoomdruk. Deze ontwikkelt den aanvangsdruk, die daarna door water op den perszuiger van de pers verder geleid en daar op de hierboven beschreven wijze versterkt wordt. Pomp en accumulator waren daardoor overbodig én de machine was veel practischer geworden. Dooreen aantal verdere yerbe-

teringen inde volgende twintig jaren werd daarna de smeedpers bijna volmaakt, werd zij evenals de stoomhamer het onmisbare , werkmiddel voor talrijke technische arbeidsdoeleinden van de metaalbewerking, waar-

voor groote krachtsontwikkeling noodig is. In Duitschland was het weer Krupp, die, zooals eens bij den stoomhamer, nu ook de eerste .was die de smeedpers inde techniek introduceerde en die dooreen aantal verbeteringen en uitvindingen veel tot de

verhooging van het prestatievermogen van deze machine bijdroeg. Op afbeelding 9 zien wij een hydraulische smeedpers van middelmatige afmetingen en capaciteit. Zij bestaat uit den linker stoomeylinder a, die dient om den begindrukte ontwikkelen. Door den stoom wordt de zuiger van den cylinder omhoog gedrukt, de zuiger drukt weer op het water, dat zich inden daarboven liggenden verticalen cylinder b bevindt. De op deze wijze ontwikkelde begindruk wordt nu door buizen inden perseylinder van de daarnaast staande smeedpers gebracht, werkt daar op den perszuiger en ontwikkelt daarboven een veel sterkeren druk, waardoor de perszuiger, die bij de machine op onze afbeelding duidelijk zichtbaar is, tegen het beneden staande aanbeeld, waarop zich het werkstuk, een staalblok bevindt, gedrukt wordt. Op afbeelding 10 ziet men een veel grootere smeedpers dan de laatstgenoemde, namelijk een smeedpers van Krupp. Óp deze afbeelding is alleen de pers zelf afgebeeld, de ontwikkelaar van den druk is weggelaten. Deze pers, die tot de grootsten van haar soort behoort, kan eendruk van 5 millioen K.G. ontplooien en overtreft in dit opzicht zelfs den grootsten stoomhamer nog aanzienlijk. Het staalblok, dat zich op onze afbeelding inde pers bevindt en daar door een bijzonder hijschwerktuig heen gebracht is, weegt 70.000 K.G. Een staalblok van deze grootte, zooals bijv. voor het smeden vaneen scheepsas noodig is, kan niet meer voldoende dooreen stoomhamer wor- . den bewerkt. Afbeelding 11 laat ten slotte een smeedpers inden vorm vaneen stoomhamer zien, namelijk een stoom-snelpers met waterdrukoverbrenging, een machine, die als het ware de beginselen van den stoomhamer met die van de smeedpers in zich vereenigt. Hiér is a een stoomeylinder met twee zuigerstangen, die omhoog en omlaag leiden en als pompstangen werken, Het drukwater wordt uit het reservoir d

gehaald en van daaruit door middel van de pompen door de buis c naar den eigenlijken arbeidscylinder e geleid, van waaruit het op de perszuigers werkt en deze met verg'rooten druk omlaag perst, Nadat de zuiger omlaag is gegaan, moet hij weer omhoog geheven worden, wat door stoomkracht vanuit cylinder a gebeurt, De perszuiger heeft volkomen den vorm van den hamerkop vaneen valhamer en wordt derhalve ook wel „hamer” genoemd, terwijl de wang, die voor het vasthouden van het werkstuk dient, aanbeeld wordt genoemd. Deze pers, die, wat grootte en krachtsontwikkeling betreft, weliswaar belangrijk voor de hierboven genoemde reuzenpers van Krupp onderdoet, munt door een betrekkelijk snelle werkwijze uit. Veer vlugger zelfs dan de snel-smeedpersen werken echter de stoomhamers, die overigens ook een veel grootere veelzijdigheid van arbeidswijze toelaten en daardoor voordeelen opléveren, die voor vele bedrijven eveneens onmisbaar zijn. Het verschil tusscher dp werkwijze van de smeedpers en die van den stoomhamer is zeer karakteristiek. Bij den stoomhamer bestaat de manier var werken uit onophoudelijk slagen van den hamerkop. op het werkstuk, wat met een ontzettend lawaai gepaard gaat en de gronc Ver in het rond doet schokken; bij de smeedpers wordt niet geslagen of geha merci, maar het werkstuk wordt tusscher. aanbeeld en perszuiger van de machine,al tusschen twee reusachtige kaken tezamer geperst en op deze wijze aan eendruk bloot gesteld, die tot in het inwendige van het metaal gaat en dit door en door kneedt, Dat gebeurt zonder lawaai en zonder gedreun en zonder eenige schokken, door rustigen, aanhoudenden arbeid en daarbk tevens toch met de grootste kracht, die men door middel vaneen technisch hulp middel in het geheel kan bereiken, # eer kracht, die zelfs de grootste stoomh’ameniet kan ontwikkelen en die ook het groot