Steunt den strijd van de Engelsche Mijnwerkers!! Teekent cm de steuniijsten van het N.V.^H

Een dergelijke snelheid, niet bij wijze vaneen extra gearrangeerde reclameprestatie, maar als regelmatige, bij duizenden en tienduizenden malen voorkomende handeling, is werkelijk bewonderenswaardig en bij menigeen zal de vraag opkomen waarom men hier zoo iets niet kan doen. Het antwoord is eenvoudig genoeg. Als men hier ook een afzetgebied had als in N.-Amerika, dan was zoo iets ook hier mogelijk, al komt natuurlijk aan Ford en zijn voorgangers en medewerkers alle eer toe, om het eerst ingezien te hebben, dat een dergelijke wijze van handelen mogelijk was. Stelt men de vraag of dergelijke fabricagemethoden ook voor de maatschappij in het algemeen een voordeel zullen zijn, dan kan die vraag gerust bevestigend beantwoord worden, daar immers door de uiterst lage kosten, verbonden aan de fabricage van dein dergelijke series gefabriceerde artikelen, ten slotte de verbruiker inde eerste plaats is gediend, terwijl ze het totale productievermogen zeer ten goede komen. I. Uit de Afdeeiingen. AMSTERDAM. Voor de loodgieters. (P. v. E.) Wij herinneren onze leden-loodgieters aan de maandelijksche bijeenkomst, welke op Maandag i November zal plaats hebben. Zooals bekend wordt ook deze weer gehouden in ons zaaltje ze Jan v.d. Heijdenstraat 101. Wij wekken onze leden op van de geboden gelegenheid gebruik te maken. Deze bijeenkomsten zijn zeer nuttig en leerzaam. U vindt er tal van uw collega’s met wie gij over vakaangelegenheden kunt sp/eken. V- £ In aansluiting aan het voorgaande schrijft ons J. Laane het volgende: De maandelijksche bijeenkomsten, welke door onze afdeeling voor de leden-loodgieters worden gehouden, mochten zich tot heden toe niet in voldoende belangstelling verheugen. Het gevolg van de te geringe opkomst is, dat het onmogelijk blijkt datgene te doen wat wij met deze bijeenkomsten beoogen. Onze samenkomsten moeten worden dienstbaar gemaakt aan twee zaken, n.l. versterking der groep loodgieters en daardoor het brengen van regel en orde in het bedrijf. Ik wil thans over misstanden en grieven, die er talloos zijn, niet uitwijden. Later komen we daar nog wel eens op terug. Van onze leden zelf moeten wij te weten komen, wat er onder hen leeft en daarom verwachten wij, dat zij onze eerstvolgende bijeenkomst op i November a.s. zullen bezoeken. Ook het collectief contract, waaronder wij thans werken, kan dan eens worden besproken. Vrienden, laat ons als leden-loodgieters onze taak verstaan en bedenken, dat vele handen licht werk maken, * ♦ * De Amsterdamsche Arbeidsbeurs in 1925. Inde reeks verslagen van gemeentediensten is thans het jaarverslag der Arbeidsbeurs over 1925 verschenen. Het eerste inleidende hoofdstuk doet o.a. blijken van de toenemende beteekenis dezer sociale instelling, niet alleen als dienend orgaan der arbeidsmarkt, maar ook op verschillende hiermede samenhangende gebieden, zooals het vraagstuk der werkloosheid enz. Hoofdstuk 11 geeft een uitvoerig met cijfers toegelicht overzicht van den toestand der plaatselijke arbeidsmarkt en de daarop plaats gevonden gebeurtenissen en bevat gegevens over tewerkstelling van buitënlandsche arbeidskrachten, arbeidsconflicten, collectieve contracten enz. In Hoofdstuk 111 volgt dan het eigenlijke verslag der bemiddelingsafdeelingen, telkens met de cijfers van vraag, aanbod en aantal tof stand gebrachte plaatsingen. Er kwamen in het geheel in 154.156 aanbiedingen van werkzoekenden en 79.365 aanvragen van werkgevers en de Arbeidsbeurs bracht 62.676 plaatsingen tot stand, het grootste aantal tot nog toe bereikt. Achtereenvolgens worden dan de volgende vakafdeelmgen behandeld (alle onder leiding vaneen vakman staande en de meeste onder toezicht eener Vakcommissie van bedrijfsvertegenwoordigers) : die voor het bakkersbedrijf, het bouwbedrijf, voor handels-, kantoor- en winkelpersoneel, voor het hotelbedrijf, voor houtbewerking, voor

huishoudelijke diensten, voor jongelieden (verbonden met het Bureau voor Beroepskeuze en gevestigd Keizersgracht 650), kleedingbedrijf, metaalnijverheid, ongeschoolde- en fabrieksarbeiders, scheepvaartbedrijf (de beide laatste afzonderlijk gehuisvest Oude Waal 20/21). Aan het slot van het hoofdstuk wordt verslag gegeven van de bijzondere bemiddeling voor niet-volwaardige arbeidskrachten. Hoofdstuk IV behandelt de intercommunale en internationale arbeidsbemiddeling; er werden 1317 personen elders geplaatst, waarvan 44 in het buitenland. Van de gelegen-Ireid om inlichtingen te verkrijgen over werkgelegenheid in andere landen, werd door 1450 personen gebruik gemaakt. Voor emigratie naar Canada fungeert een afzonderlijke commissie, wier bureau en secretariaat aan de Arbeidsbeurs zijn gevestigd. Een kort 5e Hoofdstuk behandelt de taak en de verrichtingen der Arbeidsbeurs op het terrein der werkloosheidszorg. Hoofdstuk VI is getiteld „De Arbeidsbeurs als gemeentelijk personeelinstituut” en geeft verslag van de plaatsing van ambténareh inden eigen dienst der gemeente en van het instituut de Gemeente-Arbeidersreserve, een corps van gemeentewerklieden, die beurtelings en naar behoefte bij de verschillende gemeentelijke diensten en bedrijven worden tewerkgesteld en die ook de gemeentelijke bewaking verrichten. Gedurende de perioden, dat er geen arbeid voor hen is, genieten zij een garantieloon. In die Reserve is tevens de geheele personeelvoorziening voor alle gemeente-instellingen (voor zoover werklieden aangaande) gecentraliseerd. Eind 1925 omvatte de Reserve 812 mannen en 106 vrouwen. Van het gebruik dat de gemeentediensten van de Reserve hebben gemaakt, worden overzichten in cijfers gegeven, waaraan beschouwingen worden verbonden die van belang zijn voor het verkrijgen van inzicht in economisch personeelbeheer bij een werkgever van zoo groote beteekenis en omvang als de gemeente Amsterdam. Een slot-hoofdstuk behandelt de kosten van den dienst in 1925. Het jaarverslag der Beoordeelingscommissie (die den Burgemeester adviseert omtrent het afgeven van bewijzen van goed zedelijk gedrag aan personen die vroeger veroordeeld werden), van welke commissie het secretariaat aan de Beurs is gevestigd, is als bijlage toegevoegd, terwijl ten slotte in vijf bijlagen uitgebreide statistische overzichten van de arbeidsbemiddeling en van de Reserve worden gegeven. APELDOORN. (W. v.d. Z.). Door onze afdeeling werd in het Nutsgebouw een luisterbijeenkomst belegd, die door 27 menschen bezocht was. Door de vele luchtstoringen werden deze menschen helaas teleurgesteld, daar zoowel de muziek, zang, declamatie en de rede van onzen voorzitter gedeeltelijk verloren gingen. Wij wekken verder onze leden op, zooveel mogelijk onze huishoudelijke vergadering te bezoeken, welke wordt gehouden op Donderdag 4 November a.s. De agenda wordt toegestuurd. Kameraden kent uw plicht! Komt op de vergadering, maakt propaganda en helpt ons de gelederen te versterken! BREDA. Aan onze leden. (De Corr.). Wij kunnen mededeelen, dat onze radioluisterbijeenkomst door onze leden goed bezocht was, al moet erkend worden, dat er nog meerdere leden aanwezig hadden kunnen zijn. De thuisblijvers hebben heel wat gemist. De mooie rede van onzen bondsvoorzitter P. Danz slóeg er goed in. Vrienden, we hebben na afloop direct besloten, bij een volgende luisterbijeenkomst een grootere zaal te nemen en de huisgenooten uitte noodigen, opdat ook zij op de hoogte blijven van onzen strijd. Maar dan nu reeds aangepakt voor een flinke opkomst. DORDRECHT. (J. P. B.). Zaterdagavond 23 October organiseerde onze afdeeling een radioluisteravond inde blauwe zaal van „American” om onze leden en hun vrouwen inde gelegenheid te stellen het door onzen Bond aangeboden en door de V.A.R.A. uitgezonden programma te kunnen volgen. Het aantal luisteraars had wel wat grooter kunnen zijn. Toch zijn we daarover niet geheel ontevreden.

■ De heer D. Stad, Voorstraat, alhier, vertegenwoordiger der Ned. Seintoestellenfabriek, had éë" zijner toestellen belangeloos voor óns disponibel gesteld. Ook van deze plaats brengen we hem gaarne daarvoor onzen welgemeenden dank. De muziek kwam schitterend over, terwijl ook de rede van onzen bondsvoorzitter tamelijk wel te volgen was. We hopen en verwachten evenwel, dat deze rede ook ia ons vakblad zal verschijnen. Van den zang en de declamatie ging evenwel door luchtstoringen veel verloren. Kameraden! Ons hoofdbestuur zit niet stil en benut alle ten dienste staande middelen om de metaalbewerkers mobiel te maken voor den zeker komenden strijd. Aan ons de taak, ook aan U vrouwen onzer leden, hieraan naar de mate onzer krachten mede te werken, opdat de komende tijden ons niet onvoorbereid vinden. De secretaris van de V.A.R.A., afd. Dordrecht, verzocht ons nog de aandacht te vestigen op de Vereen, van Arbeidersradio-amateurs. Zij, die willen toetreden als lid, kunnen bij hem alle gewenschte inlichtingen bekomen. Adres: A. Vogel, Spuiplein 6. HENGELO. (D. v. H.) De radio-luisterbijcenkomst is bij ons voor de volle 100 pCt mislukt. Den geheelen avond doorwas het geluid niet veel liefelijker dan dat vaneen varken als het gekeeld wordt. ’t Was eenvoudig verschrikkelijk. De ruim 100 aanwezigen gingen dan ook de een na den ander ongetroost en volkomen genezen van hun plan om zich een radiotoestel aan te schaffen, huiswaarts. ’t Was wel zoo verstandig "geweest als we, zooals. eenige andere afdeeiingen, gezorgd hadden voor een plaatsvervanger. Maar ja, we hadden veel vertrouwen in de radio . . .I LEIDEN. (J. L.) Op Donderdag 21 October werd door onze afdeeling een ledenvergadering gehouden, waar door onzen bestuurder H. J. Baan een inleiding werd gehouden over de te voeren actie inde komende maanden. Door hem werd speciaal de aandacht gevestigd op het feit, dat in het geheele land actie gevoerd zal worden tot doorvoering vaneen collectief contract inde metaalindustrie. Aan de hand van verschillende cijfers werd door hem aangetoond welk een chaos er in ons bedrijf betreffende de loonen bestaat en spoorde hij aan tot krachtdadige medewerking van onze bondsleden in het bijzonder. In deze vergadering gaven zich enkele leden op voor huisbezoek. Deze zullen dan met het bestuur er op uitgaan om onze idealen onder on- en verkeerd georganiseerden te brengen. Wij hadden wel verwacht, dat zich meerderen voor – dat werk hadden opgegeven. Beseft toch allen, ook gij die thuis zijt gebleven, dat het (Ook gaat om Uw belangen en dat men er niet komt als men bij de pakken neer gaat zitten. Wij hopen echter, dat nog meerderen zich voor huisbezoek bij het bestuur op zullen geven en dat wij voldoende namen en adressen krijgen van diegenen, waar men mee werkt en die nog niet in onze rijen staan. Dat kan toch wel ? * ♦ M. Tevens willen wijde aandacht vestigen op het feit dat een onzer veteranen deze week 20 jaar lid van de afdeeling is. Het is onze oude Piet Filippo, als' ik het zoo zeggen mag, die 27 October 1906, toen onze afdeeling pas kort bestond, den moed had lid van de organisatie te worden. Diegenen, die zich dien tijd terugdenken, weten wat het zeggen wilde om zich toen te organiseeren. Maar onze Piet heeft volgehouden en niet alleen als lid, maar vele jaren als bestuurder. Piet, daarvoor den dank van ons allen en wij hopen, dat je nog vele jaren tot heil van onze afdeeling zal werkzaam blijven. MAASTRICHT. De afdeeling bestaat 10 jaar. (B.) Een dezer dagen te Maastricht zijnde werd ik er dooreen onzer afdeelingsbestuurders aan herinnerd, dat het zoo ongeveer 10 jaar geleden moest zijn, ' dat na een inleiding mijnerzijds de afdeeling Maastricht van onzen Bond werd opgericht. Ik heb er ons blad „De Metaalbewerker” eens op nageslagen en vond in het nummer van 28 October 1916 onder de ~Offi

ciëele Mededeelingen” het navolgende bericht : ~Een nieuwe afdeeling te Maastricht. Door bemiddeling van onzen districtsbestuurder te Utrecht kunnen we weder een nieuwe afdeeling boeken, nu in het uiterste hoekje van ons land, De nu toegetreden mannen, voor het meerendeel oude bekenden, staan ons er voor borg, dat de nieuwe afdeeling zal blijven. Mannen, ons welkom. Zet de schouders er onder. Het Hoofdbestuur,’* Bovenstaand oordeel van het toenmalige hoofdbestuur over onze mannen inden donkeren uithoek van ons land is niet beschaamd geworden. Achteruitgang en tegenslag zijn ook deze afdeeling niet gespaard gebleven. Vooral inde laatste jaren is er heel wat industrie, behoorende tot ons terrein, verdwenen. Bedriegen de voorteekenen ons rfiet, dan is er inde naaste toekomst weer eenige opleving te verwachten, daarnaast de stichting vaneen nieuwe fabriek op het gebied van „Staalwalswerken”. Wij vertrouwen, dat de kern van onze afdeeling, die de stormen van de laatste jaren heeft getrotseerd, dan opnieuw zal toonen bezield te zijn met een onstuimig verlangen om het ledental weder belangrijk op te voeren. * * Zoo schrijvende over Maastricht bedacht ik dat ik bij mijn verzameling van bijzonderheden over de Roomsch-Katholieke arbeidersbeweging, ook betreffende Maastricht wat in portefeuille had, wat wel de moeite waard is om, al is het 10 jaar oud, te publiceeren. Het werpt tevens een blik op de slaafsche houding van de arbeiders uit die dagen en hoe zij meenden dat een actie voor" lotsverbetering gevoerd moest worden, Inde „Limburger Coerier” van 22 Dec. 1916 vonden wij het onder de rubriek „Ingezonden” het navolgende opgenomen; Nederl. R.-K. Metaalbewerkersbond. Kerkelijk en Koninklijk goedgekeurd. (Afdeeling Maastricht.) H. H. Patroons, Nu binnenkort de Kerstmisklokken weer zullen lulden over de stille wintervelden en hun zilveren tonen zullen beieren door den heiligen, mystieken en gewijden nacht, wenden wij ons met een beleefd doch allerdringendst verzoek tot U, Heeren Patroons, om met een gewillig oor en warm hart voor een oogenblik te luisteren naar de rechtvaardige en billijke verlangens van Uwe werklieden. Het is thans het derde Kerstfeest, dat we vieren in oorlogstijd. De klare klanken inden vredigen nacht worden nog altijd overbulderd door het donderend oorlogsgeschut. Het vredegezang der Engelen, dat de herders deed snellen naar den verborgen stal, wordt niet gehoord en niet meer begrepen door de duizenden, die slechts haat en nijd kennen, en die door geld en bloeddorst als beesten geworden zijn. Het is het derde Kerstfeest in oorlogstijd ... en steeds stijgt de nood ! Bij den blanken wit-stralenden Engel, die den vrede toezegde aan de menschen, die van goeden wille zijn, staat het dreigend zwarte spook van den honger en ellende! Al woedt en raast het oorlogsmonster Goddank nog niet in eigen land, zoo drukken toch steeds de lasten en de zwaarte van den oorlog steeds dieper de reeds zoo felgebogen schouders van den werkman. En als we dan strakjes gaan neerknielen voor de Kribbe en onze ondervoede kinderen het kindeke Jezus, zien liggen op het handjevol stroo, om hulp schreiend en bibberend van kou, dan zullen we dezen, als hunne hartjes door meelij geroerd ons wat vragen voor dat arme Jezuskindje, niets kunnen geven . . . omdat de honger bij ons zelven knaagt en ook hun tengere lichaampjes ondermijnt. Heeren Patroons, we vragen het U: wat moet er omgaan in ons vaderhart, wanneer we niettegenstaande onzen gewonen arbeid, steeds meerde ellende zien naderen, en we met bloedend hart het leed niet kunnen stillen van de onzen, die met holle oogen vragen om brood en voedsel ? We bedelen om geen aalmoesl