39ste JAARGANG No. 9 ZATERDAG 27 FEBRUARI 1932 OPLAAG 46.500

WEËICBLMP ggggg™^^^^g™gggy i^^^^^^^MraEraLMro^HENNmAlTO^M^S^^^y I Voor Buitenland verhoogd met porto B| 24 Z H ?friwo?e advertentien per regel ƒ 0.30 i| Losse nummers ....... „0.03 M VeTlETEr^r^^~ lil t'l W Afdeelmgsadvertentien – « ~0.20 H. : 8M I &L»&F°OOri. 2Q|as g| Aanvragen voor personeel ...... „ „ „0.20 || i T "" " ■ ■1 1 *

Werkstakingen in vroeger jaren. ii. Het jaar 1872 heeft zich volgens Bymholt gekenmerkt door vele pogingen in verschillende deelenvan ons land ondernomen, om tot verhooging van loon te komen. Bladzijden zouden vol te schrijven zijn, zegt hij, met vermelding van vergaderingen, genomen besluiten en aangenomen resoluties en moties. Vaak werden vergaderingen uitgeschreven, waarbij ook de patroons werden uitgenoodigd. Slechts in enkele gevallen hadden zulke Vergaderingen eenig succes. Wisten onze leden te Schoonhoven dat reeds in 1872 de goud- en zilversmeden in hun woonplaats na een kortstondige staking er in slaagden hun loon verhoogd te krijgen? Wij wisten het niet, maar Bymholt vermeldt dit in zijn boek op bladzijde 114. Wij vinden het feit vermeld zonder eenige verdere beschrijving. De bakkers te Leeuwarden gingen in dat zelfde jaar eveneens in staking. Voor de stakers werd steun ingezameld, maar daarbij bleef het niet. De afdeeiing Leeuwarden van de Prov. Friesche Werkliedenvereeniging schreef een rentelooze leenlng uit, groot ƒ 3000.— in aandeelen van ƒ I. ten einde de gezellen in staat te Stellen zelf een broodbakkerij te beginnen. Dat laatste plan is ook gelukt. Een bakkerij „De Zelfstandigheid” werd opgericht en het zaakje marcheerde. Van eenige beteekenis vóór de strijd der arbeiders in ’t algemeen, is dit natuurlijk niet geweest. Eenige beweging was er voorts in dat zelfde jaar 1872 onder de sigarenmakers. Te Amsterdam werd bij Schrik en Van Amerongen gestaakt en voorts bij Vander Heiden te Utrecht. Of er succes bereikt is Vonden wij niet vermeld. Onder de typografen te Amsterdam kwam eveneens een staking voor. ’t Was bij de firma Roeloffzen en Hübner, die een paar arbeiders ontsloeg. Men zag er rancune in en besloot in staking te gaan. ’t Spreekt vanzelf dat men op vrijwillige steun aangewezen was. Een bedrag ad ƒ 2687.34 werd ingezameld en men kon daardoor de stakers een behoorlijke uitkeer ing verzekeren. Maarde staking ging verloren, dank zij onderkruiperij. In 1873 hebben langdurige stakingen plaats gevonden onder de sigarenmakers te Amsterdam, gepaard gaande met een uitsluiting van patroonszijde, waardoor 500 man op straat stond. Te Utrecht werden er niet minder dan 300 ontslagen, omdat zij weigerden een stuk te teekenen, waarbij zij voor het lidmaatschap van de vakbond bedankten. En in tal van andere plaatsen zooals Den Haag, Delft, Leiden en Den Bosch, werden alle leden van de bond ontslagen. De firma Hanegraaf en Kikkert te Amsterdam voerde een reglement in: ieder sigarenmaker is gehouden een bewijs te BONDSMAKKERS, Denkt er aan dat de steunbeweging voor onze Twentsche en Groningsche kameraden onverzwakt moet worden voortgezet. Groot zijnde offers door vele duizenden inde lande reeds gebracht, dank zij hun inzicht en plichtsbesef. Mogen zij, die tot nog toe weinig of zelfs in ’t geheel niets offerden, door het goede voorbeeld worden aangegrepen. Laat ieder in deze moeilijke tijdsomstandigheden z’n plicht doen. leder lid brenge een offer voor de strijd der textielarbeiders en cartonbewerkers.

onderteekenen, inhoudende de verklaring dat hij geen lid is van de Ned. Sigarenmakersbond. Het zou ons te ver voeren het verloop van dit voor die tijd zeer felle en langdurige conflict te beschrijven. Over het algemeen leden de werklieden de nederlaag. Ongetwijfeld is de strijd van groote invloed geweest op het loonpeil, maarde organisatie kwam er minder goed af. Een eigenaardige staking vond plaats in 1875 te Almelo onSer de wevers. De eisch was dat de ondernemers het loon zouden uitbetalen In Nederlandsch geld en niet in vreemde munt. Deze staking heeft tot het gewenschte doel geleid. In het voorjaar van 1876 kwamen de scheepstimmerlieden te Amsterdam weer in actie. De patroons waren niet bereid het dagloon van ƒ2.20 tot ƒ2.50 op te voeren. Een staking volgde, maar deze duurde slechts 6 dagen en ging verloren. Na 1876 schijnt het geruimen tijd rustig te zijn geweest, althans Bymholt vermeldt in ’t vervolg van z’n boek slechts nieuv/e conflicten die in 1883 voorvielen. Daaronder was een geslaagde staking van het personeel van v.d. Made te Amsterdam (tegenwoordig „Werkspoor”). Een 900 a 1000 scheepsoptuigers staakten voor hooger loon en wisten succes te bereiken. Te Enschedé brak in April 1886 een staking uit die reeds in Mei met een neder- 1 laag eindigde. In 1887 staakten de visschers te Scheveningen die een gedeeltelijke overwinning behaalden en voorts in dat zelfde jaar wederom de scheepstimmerlieden te Amsterdam. Omtrent de afloop vinden wij niets /ermeid. Dan was er nog een uitgebreide staking inde venen te Terwispel (Friesland), waaraan 400 man deelnam. Door volslagen onderkruiperij ging de strijd verloren. 400 broodeloozen, zoo lezen wij, overstroomden daarna dorp en land om werk te vinden. Het zal onze lezers opgevallen zijn dat tot hiertoe zoo heel weinig vermeld is over de metaalindustrie. Met uitzondering van Amsterdam waar de scheepstimmerlieden nogal eens roerig waren, heeschte verder overal elders diepe rust. De Bond is in 1886 opgericht doordat een aantal plaatselijke vereenigingen zich toen aaneensloot. De organisaties van Typografen en Sigarenmakers waren er toen reeds lang en zij hadden inde jaren omtrent 1890 alreeds een rijke ervaring op ’t gebied van strijdvoeren opgedaan. Maar het waren oude, reeds jaren beoefende vakken, waartegenover staat dat de metaalindustrie als nieuwe opkomende industrie aan ’t begin stond eener volkomen emancipatie. De eerste groote strijd voltrok zich te Rotterdam in het najaar van 1889. Dat gebeuren stónd niet op zichzelf maar was eigenlijk het gevolg vaneen staking; in het havenbedrijf die kort vóór de staking der metaalbewerkers eveneens te Rotterdam had plaatsgevonden en die met gunstige uitslag bekroond was. De bootwerkers hebben feitelijk de metaalbewerkers wakker gemaakt. Er is nog een bijzondere reden waarom wij ons over ' die wisselwerking niet behoeven te verwonderen. Toen de bootwerkers staakten, ontstonden inde haven al heel spoedig relletjes; en de politie hakte er frisch op in. De burgemeester, bevreesd voor erger, liet bij klokgelui de schuttery onder de wapenen komen. De schutterijde meesten van het jongere geslacht weten slechts bij overlevering wat het was. Speenhof in z’n goede dagen, heeft onze dappere schutters zoo echt bezongen in z’n: , Ij „Daar heb-je de schutters, daar komen [ze aan, de- mannetjesputters van Rotterdam.

ledere mannelijke Nederlander van 30 jaren oud, of hij gediend had of niet, werd bij de schutterij ingedeeld en moest in uniform dienst doen, d.w.z. oefenen en bij bijzondere gelegenheden als brand en oproer, opkomen. De meesten waren alreeds huisvaders en zeer weinig ingenomen met het stelsel dat hun nogal eens werkverzuim kostte. Wat een wonder dat het te Rotterdam bij die bootwerkersstaking aldra handgemeen werd tusschen politie en ... schutterij. Onder die schutters zaten, zooals vanzelf spreekt, ook bootwerkers en metaalbewerkers. En dat onder de laatsten, na het geslaagde conflict der bootwerkers, eveneens lust ontstond om hun verre van gunstige arbeidsvoorwaarden ook wat te verbeteren, ligt voor de hand. In die tijd kende Rotterdam niet minder dan drie organisaties van metaalbewerkers. Hierbij houde men in het oog dat de roomsche en protestantsch-christelijke organisaties nog niet bestonden. Er was een afdeeiing van de IJzer- en Metaalbewerkersbond, van onze tegenwoordige Bond dus. Verder bestond er de Smidsgezellenver – eenlglng „St. Eloy”, een neutrale vereeniging, onderafdeeling van het Nederlandsch Werkliedenverbond, waarvan Dirk de Klerk, later liberaal lid van de Tweede Kamer, de geestelijke vader was. Deze vereeniging is de latere afdeeiing geworden van de nu reeds lang ter ziele gegane neutrale metaalbewerkersbond. . De derde vereeniging luisterde naar de naam „Vriendentrouw”. Deze was in latere jaren aangesloten bij de Rotterdamsche Bestuurdersbond en'is later samengesmolten met onze Bond. We hebben nu nog in onze afdeeiing Rotterdam leden die eens bij „Vriendentrouw” aangesloten waren. De actie die zich in 1889 te Rotterdam ging ontwikkelen nam een aanvang op 13 October, met een vergadering die onder leiding stond van de afdeeiing van de IJzer- en Metaalbewerkersbond. Daarover en over het verdere verloop, ineen slotartikel. Gewesteiijke Raad Noord-Holland Aan de arbeidende klasse in dit Gewest! Kameraden, Vrouwen en Mannen, De crisis, die het bedrijfsleven voor een groot deel heeft stilgelegd, duurt onverminderd voort. In steeds ruimer kring en in sterker mate ondervindt de bevolking daarvan de noodlottige gevolgen en deze treffen juist hen het ergst, wier weerstandsvermogen het kleinst is. Duizenden onzer, die ih zoogenaamde normale tijden het begin van eenigen welstand bereiken op maatschappelijk en cultureel gebied, worden weer teruggedrongen tot ver beneden dat peil en voelen zich verarmen in stoffelijke en geestelijke zin. In geen enkel opzicht aansprakelijk voor het ontstaan van crisissen als deze, welke regelmatig terugkeerende bewijzen zijn van de onmacht van het kapitalisme, worden de werkers er het zwaarst door getroffen. Had de heerschende klasse nog vrij spel, zij zou alle lasten van de ontreddering van zich afwentelen, gelijk zij in tijden van voorspoed alle lusten voor zich alleen tracht te behouden. Gelukkig is de klasse der sloovers en zwoegers niet machteloos meer. Den chaos voorkomen of hem spoedig doen beëindigen, kan zij niet daarvoor is zij internationaal te zwak. Met de kracht die zij heeft, dient zij echter te woekeren, opdat uit deze chaos gered worde alles, wat te redden is. Zij moet niet zwijgen zich schuilhouden, doch getuigen en eischen.

OFFIGIEELE MEDEDEELINCEN Over de week van 22 Februari tot en met 27 Februari 1932 wordt het contributiezegel op de 9e week in het bondsboekje geplakt. Het is daarom, dat wij op 5 Maart 1932 een Provinciaal Congres beleggen te Amsterdam, waar, na korte inleidingen van Mr J. E. W. DUIJS en E. KUPERS, voorzitter van het N.V.V., tot uiting zal kunnen komen al wat er inde provincie leeft aan verzet tegen het willekeurig gedoe der Regeering en den onwil van de meerderheid inde Tweede en Eerste Kamer men denke aan de verwerping der Pachtwetten door de Eerste Kamer wier voornaamste gemeenschappelijke zorg schijnt te zijn, om zich op de gemakkelijkste en voor hen goedkoopste wijze van de ellende af te maken. Daartegen gaat het protest van het Congres en daartegen gaat de straatdemonstratie welke de Amsterdamsche beweging in aansluiting op dat Congres houdt. De arbeidende klasse wü fnensch blijven en weigert, zich terug te laten dringen naar het pauperisme. Daarom roepen wij u op, om den sden Maart te maken tot een dag van krachtig verweer. Honderdën afgevaardigden van de moderne arbeidersbeweging in Noord-Holland verwachten wij op het Congres, dat wordt gehouden inde zaal van het A.M.V.J.- gebouw op de Stadhouderskade bij het Leidscheplein te Amsterdam en na afloop om halfvier rekenen wij op een machtige straatbetooging van de Amsterdamsche kameraden. Op, vrouwen en mannen, geen berusting, maar strijd! Voor den Gewestelijken Raad: P. K. PEERLKAMP, Voora. C. THOMASSEN, Secr. S. J. POTHUIS. HENRI HARTOG.' J. WESTERHOF. * * * Fed. S.D.A.P. Amsterd. Bestuurdersbond. Kameraden, Bij duizenden en duizenden wordt gij op Zaterdag 5 Maart verwacht in onze demonstratie. Men ga niet naar den stoet zien, maar demonstreere opdat anderen ons zien. Opstelling van den stoet op het Museumplein. Doet uw plicht! DE BESTUREN. CORRESPONDENTIE P. te A. Niet aan ’t zaniken blijven s.v.p. Voor een zakelijke weerlegging van de argumenten door B. naar voren gebracht, kunt u nog plaats bekomen, maar niet om langs een omweg te herhalen wat reeds eerder gescheven werd. V. te R. Dertig jaar geleden is over het door u aangeprezen middel tot inde treure gepolemiseerd en gedebatteerd. De moderne vakbeweging heeft het als onpractisch en onuitvoerbaar ter zijde geschoven en heeft daaraan onder meer haar opkomst te danken. Het nieuwe dat u wilt, is zoo oud als de weg naar Kralingen. We kunnen ’t heusch niet opnemen. W. te IJ. Niet gelezen, maar bovendien gaan wij met die organen niet polemiseeren. Apeldoorn, Zwolle en IJmuiden; volgende week.