Kamperen (II) Wanneer we besluiten definitief een kamp te zuuen houden of aan een kamp te zullen deelnemen, dan zijn nog een aantal voorbereidende maatregelen nooig. We moeten meedelen, waar en wanneer het kamp wordt gehouden en wat de onkosten zullen zijn Tijdig voor de deelnemers naar het kamp zuilen vertrekken moet worden bekend gemaakt, het postadres, of de deelnemers telefonisch te bereiken zijn, wat een ieder moet meenemen (kleding, uitrusting, mondvoorraad), het uur yan vertrek, het uur van terugkomst (familie en kennissen willen graag aan de trein of plaats yan aankomst zijn), De leiding overtuigt zich, liefst vooruit, van de geschiktheid van het kampeerterrein, wateryoorziening, zwemwater, gevaar, enz., eventueel onderdak bij noodweer, döktersadres. Het is gewenst kort voor het vertrek een deelnemersvergadering te houden. Deugdelijke afspraken dienen vooruit gemaakt. Programma wordt besproken, dagindeling, tijd van opstaan, tijd van rust, enz. Wie dit nalaat zal ontdekken, dat z’n taak als leider of leidster een onaangename is en het pleizier van de deelnemers of -stérs voor een deel wordt bedorven. De taak

om te helpen en raad te geven waar dat nodig is, verandert dan inde taak van politieagent. De leiding, die nagelaten heeft vooruit afspraken te maken of zÂ’n mensen te instrueren, zal de de eerste de beste dag in het kamp

moeten, inhalen met standjes geven, waardoor de deelnemers het gevoel moeten krijgen nooit iets goeds te kunnen doen en als het ware inde aap gelogeerd te zijn. Tot de taak van de leiding of verantwoordelijke mensen behoort het uitzoeken vaneen geschikte kampeer plaats. Als ideaal stellen we ons een rustige plek aan de rand vaneen bos, ruim uitzicht, liefst een beetje hoog en dan vlak bij water. Wanneer dan nog de bosrand ons beschut tegen Noorden- en Noord-westenwind, zijn we helemaal geholpen. Daar staat het, de ideaal-kampeerplaats. We zullen het vaak met minder moeten doen; toch mogen we onze eisen niet te laag stellen. We schreven, ruim uitzicht. Is dat niet belangrijk, dat onze jonge mensen, die vaak in nauwe straten en stegen wonen en in kleine werkplaatsen moeten ploeteren, in hun vrije tijd kunnen genieten van de ruimte om hen heen? Flink op de ruimte liefst een beetje hoog, met beschutting tegen de heersende wind. Er zijn heel wat terreinen ongeschikt om te kamperen en deze zullen we dan ook niet moeten gebruiken of indien we geen andere kunnen krijgen, zullen we zodanige maatregelen moeten nemen, dat we tegenover de goede naam van de organisatie en tegenover de leden verantwoord zijn Ongeschikt is kleigrond of weiland. Bruikbare grond is dus begroeide zandbodem of heidegrond In dicht bos ga je ook geen kamp bouwen, omdat de grond daar lang vochtig blijft (gebrek aan zon) en je van het lekken van de bomen na regen vaak nog meer en zeker langer last hebt dan van de regen zelf. Bovendien heeft een

kampplaats, die te veel beschut is, veel last van insekten. Zijn we gedwongen toch te overnachten op ongeschikte bodem, dan zullen we moeten zorgen voor een planken vloer inde tent, b.v. van deksels van kisten, luiken, enz. en daarover het stro. Het lijkt wel niet zo echt, maar het is in elk geval beter voor de gezondheid. Er zijn meerdere kampeergroepen, die in hun buurt tót een dergelijke maatregel hun toevlucht hebben moeten nemen De watervoorziening moet worden bekeken. Waar vinden we voldoende waswater en voldoende en behoorlijk drinkwater. Elke kampeerder heeft ongeveer 10 liter water nodig, n.l. 5 liter voor wassen, 3 liter voor koken en 2 liter voor drinkwater. Wees voorzichtig met drinkwater. Water uit diepgeslagen pompen is behoorlijk gefiltreerd door de verschillende zandlagen. Water in ondiepe putten komt uit hogere lagen in zo’n put. Beerputten zitten ook inde grond bij boerderijen. Het vocht uit de beerputten trekt ook door de hogere lagen inde grond en kan dus gemakkelijk het water inde waterput besmetten. Daarom geen putwater als drinkwater. Zwemwater Is het water betrouwbaar ook voor ongeoefende zwemmers? Vraag inde omgeving en laat door geoefende zwemmers de aanwezigheid van diepe kuilen nagaan. Span

een lijn om aan te geven tot hoever de ongeoefende zwemmers mogen komen. Let op. Laat geen gevaarlijke grappen toe. Er zijn altijd van die snaken, die net doen of ze verdrinken. Waarschuw vooruit hiertegen; gebeurt het toch, stuur dezulken het water uit. Zij maken dat als er echt iemand kopje onder gaat, dat we ons er niet meer tussen laten nemen. Zwemmen met een groep legt een grote verantwoordelijkheid op de schouders van de leiding Denk maar eehs aan de positie van den jeugdleider als hij met een jeugdlid minder thuis komt. Onderdak bij noodweer. Neus als verantwoordelijke of als leiding eens rond waar je in tijd van nood eventueel een onderdak kunt vinden. Vooral ’s nachts is het moeilijk om je te oriënteren en dan zul je het meest behoefte hebben aan een onderdak. Zelf heb ik heel wat slecht weer en zelfs noodweer meegemaakt in tentenkampen, maar nog nooit heb ik behoefte gehad aan een ander onderdak. Maar ja, je kunt nooit weten. Döktersadres. Dit is gebiedende eis. Het zal je niet overkomen, dat je vooral alweer ’s nachts

Als je niet goed uitkijkt. .

plotseling doktershulp nodig hebt. Er gaat dan wat kostbare tijd verloren voor je resultaat hebt. De manier om het snelst een dokter te bereiken moet dus vooruit bekend zijn. J. STOOVELAAR.

„Zingen inde regen”.

Te Groningen (bovenste foto) en te Eindhoven onderste foto) heeft men „onze” plaat door middel vaneen wagen ónder de aandacht der metaalbewerkers gebracht •