Uitstaan en afsehrijven

Zijzaathouten. Bij het afsehrijven van de zijzaathouten moet men eerst nagaan of deze verbonden zijn aan een binnenof aan een buitengang van het vlak of van de binnenbodem. Zijnde buitengangén gejoggeld, dan hebben we geen verschil tussen binnen- en buitengang, zo niet dan moeten de zaathouten op buitengangen de dikte der binnengangen ter plaatse breder geschreven worden. Inde machinekamer is de tanktop meestal zo zwaar, dat de platen niet gejoggeld worden, zodat daar dan ook rekening gehouden moet worden met de dikte van de binnengang, waarbij de mogelijkheid zeer groot is, dat de platen daar belangrijk in dikte verschillen; in dit laatste geval moet een

gedeelte van het vulstuk boven de vrang taps geschaafd worden, niet over de gehele lengte van dit vulstuk, maar over de werklengte van een splitsensteekbank, dus ongeveer Jmeter. Worden de keerspanten doorgezet, dan vervallen de vulstukken en verloopt het verschil in diepte der doorzettingen over de gehele breedte van de plaat. Deze beide werkwijzen geven dus een verschil in breedte der zaathout platen en dit moet zeer zuiver op de spantenvloer ingeschrapt worden, waaruit dan de werkelijke hoogte opgenomen kan worden (zie voor beide uitvoeringen afbeeldingen 55 en 56). Men verkrijgt betere afdichting, indien men het zoomhoekstaal van de water- of oliedichte vrangen niet doorzet, doch vulstukken toepast, daar deze zuiver passend -gemaakt kunnen worden, terwijl doorzettingen zelden zuiver op maat zijn en er dus met kleine kiesstukjes geknoeid ftioet worden; tevèns worden bij diepe doorzettingen de hoekstalen zeer mishandeld. Bij gewone vrangen inde machinekamer worden de keerspanten vaak wel doorgezet, doch behoeft dit dan niet scherp te gebeuren, maar volgens de uitvoering volgens afb. 62. Op deze wijze kunnen de water- of oliedichte vrangen ook behandeld worden, maar dan moeten dein de afbeelding aangegeven kiezen aangebracht worden. Bij de gewone vrangen moeten dan de beide driediknagels in het land geplaatst worden, dan kan de volgende nagel buiten de doorzetting vallen. Bij water- of oliedichte vrangen plaatst men echter wel een nagel inde doorzetting, welke dan de kies vastzet. Zaathouten, welke water- of oldedicht afgewerkt moeten worden, zijn doorlopend, zodat de vrangen tussengevoegd zijn; dit is ook veelal het geval inde machinekamer bij de zaathouten, waarbij de bouten der machinefundaties door de bovenhoek – stalen opgenomen worden. Dit laatste wordt ook wel zo opgelost, dat slechts het bovenhoekstaal doorlopend is, terwijl de rest van hét zaathóüt tussengevoegd blijft. Wanneer zo’n water- of oliedicht zaathout aan het eind verbonden wordt aan een idem vrang, welke niet doorgezet is, terwijl het zaathout zonder vulstuk tegen de buitengang aansluit, werkt men het beste door het zaathout over een gedeelte te laten verlopen en in dit gedeelte een scherp geschaafd vulstuk aan te brengen (zie afb. 57).

Hierbij zou men ook een doorzetting in het zaathout hoekstaal kunnen maken, zodat het keerspant kan doorlopen, zoals inde afbeelding met punt-streeplijn is aangegeven, wat echter af te raden is, omdat men dan een vierdik nagel krijgt. Men kan beter aan de kookkant een driepoot (drie hoekstalen haaks aanèengelast!) maken met aan de andere zijde een rechte hoek, waarvan een poot naar beneden wijst (zie afb. 57). De toegepaste vulstukken aan de kookkant moet men | inch breder houden om behoorlijk af te kunnen koken. Bij het sluiten van deze hoeken moet bijzondere aandacht besteed worden aan het verpakken. Men doet het beste, de gehele 'hoek te verpakken. Bij de uitvoering volgens afb. 58 is

het nodig een flinke verpakking met de nodige stoppers tussen vrangplaat

en keerspant ter plaatse van het zaathout aan te brengen, daar er gemakkelijk water of olie aan de bovenkant van de vrang tussen het hoekstaal kan komen en zich zo verder een weg kan zoeken. Bij de uitvoering volgens afta. 57 kan dit doorsiepelen

niet plaats vinden. Wordt de constructie van afb. 58 toegepast, dan kan men het zaathout over de gehele lengte sluitend tegen tanktop maken al is de vrang op vloerhoogte gemaakt. ■ Zoals reeds is opgemerkt, worden de zaathouten, welke in verbinding staan met de fundaties van hoofden hulpmachines tegenwoordig meest-

al zuiver passend tussen vlak en tanktop gemaakt, plaat zowel als hoekstalen, waartoe de platen dan natuurlijk geschaafd moeten worden. Daar de constructie bij middelgrote schepen reeds tamelijk zwaar wordt,, dus dikke platen en zwaar hoekstaal worden toegepast, worden de gaten geboord. Bij het afschrijven van het bovenhoekstaal moet men rekening houden met de fundatie- bouten, dus moet men deze eerst uitzetten volgens de opgave van den machinefabrikant en in verband hiermede de nagelgaten indelen. Daar door de boutindeling elk spantvlak vrijwel een verschil-

lende nagelindeling krijgt, is het aan te bevelen om van deze tophoekstalen één mal te maken over de gehele lengte der fundatie. De nagels, welke nabij de bouten geplaatst zijn, moeten verzonken eh geheel glad geklonken koppen hebben, terwille van het gemakkelijk aandraaien van de moeren, evenals de nagels in staande flens der tophoekstalen ter plaatse