48 JAARGANG NUMMER 46 – BIJLAGE VAN „ARBEID" No. 46 – 21 NOVEMBER 1941 – VERSCHIJNT WEKELIJKS

DE METAALBEWERKER

ORGAAN VAK DE ALGEMENE NEDERLANDSE METAALBEWE RKERSBOND – REDACTEUR:’ M. J. GOÊDÉE, UTRECHT REDACTIE-ADRES: HEMONYLAAN 24. AMSTERDAM-Z. – TELEFOON 26175'EN 90030

VOOR ONZE BOND

|M. J. G.) Aan het slot van de verklaring in No. 45 van „De Metaalbewerker" werd geschreven: „We vertrouwen op de medewerking van allen, die het met het belang van onze Bond wèl menen, in deze te mogen rekenen". Toen verwijlde in ole eerste plaats onze gedachte bij onze bestuurders van de afdelingen en onze-trouwe medewerkers, die met lede ogen moesten aanzien. dat onze mooie organisatie niet dat noodzakeiijke vertrou,wen meer had, waardoor; de kans. dreigde dat de, invloed, die wij hadden, verloren zou gaan. Begrijpelijk zal dan ook wel zijn, dat wij ons allereerst hebben gewend tot de bestuurders van de afdelingen, die h*m werkzaamheden ondanks de moeilijke omsfan- ' digheden zijn blijven verrichten. Naar aanleiding van de reeds gehouden bestuursvergaderingen, waar onzerzijds de te volgen gang van zaken uiteengezet en onze plannen uitgestippeld worden, mogen wij gerust zeggen, dat we tot dusver op de vöilédige medewerking aanspraak kunnen méken. We hopen, wanneer alle afdelingen door ons bezocht zijn, daarop nog terug te kunnen komen. Het is,ons nu reeds mogelijk uit, de opgedane ervaringen te kunnen aanstippen, dat men algemeen de behoefte gevoelt, dat onze organisatie, voor zover dit tijdens de bezetting vin ons land mogelijk Is, haar werk in het belang van de sociale positie van de arbeiders niet alléén voortzét, maar dat ook tracht te verbeteren. Dat we hierbij rekening zullen moeten houden met tegenwerking, ontveinzen we ons niet. Nog steeds blijkt' ons, dat er een aantal personen is, dat er een soort sport van maakt om de arbeiders aan te sporen voor hun organisatie te bedanken en daarbij zich niet ontziet om termen te gebruiken, die met de waarheid in strijd zijn. Zo wordt beweerd, dat onze organisatie en haar bestuurders handlangers van de N.S.B. zouden zijn. Men houdt er geen rekening mee, cat onze organisatie een politiek neutrale organisatie is en dan ook geen bijwagen is van wie of wat dan ook. Zo min als vroeger aan de arbeiders, die zich wilden organiseren, gevraagd werd welke politieke richting zij

foegedaan waren, zo min wordt dit thans gedaan. Wé ,stellen ons uitsluitend op het standpunt, dat een vakorganisatie, wélke alle arbeiders kan omvatten, nodig is. • De verbetering van de 'bestaande collectieve contracten, het samenstellen van contracten voor bedrijfsgroepen waarvoor deze nog niet bestaan, vereiseh nu eenmaal een krachtige vakorganisatie. Wij geloven niet aan de zonderlinge opvattingen, dat indien ook dé moderne vakbeweging zou verdwijnen, de werkgevers aan hun .arbeiders behoorlijke lonen zouden blijven betalen, om niet te spreken van de zo noodzakelijke verbeteringen. Zeker, er zal wel een aantal werkgevers zijn, dat een dsrgelijk voornamen heeft, maar evenzeer zullen er zijn, die er anders over denken. Uit de vele klachten, die ons meermalen bereiken, blijkt maar al te duidelijk, dat men de regelingen en verordeningen zo uitvoert, als men, ze gaarne zou willen zien. En onze vraag is daarbij: staat de arbeider dan meestal niet machteloos, hefzii uit onkunde, maar niet zelden uit vrees voor ontslag? Uit alles blijkt dan ook, dat wij nog een belangrijke taak hebben te vervullen. De organisatie heeft niet afgedaan, .maar ziet het werk toenemen. We wekken allen,, die het aangaat, op, tot de grootst moqelijke activiteit. Laten wij het bewijs leveren, dat we het waard zijn dat onze contracten verbindend wor-. den verklaard. Het zou te betreuren zijn, als dooreen slappe houding, om niet te soreken van onverschilligheid van de arbeiders in bepaalde streken van ons land, de patroons voort zouden kunnen gaan mét het betalen van te lage lonen en het eiaendunkelijk uitvoeren van de overige arbeidsvoorwaarden. Öe verantwoordelijkheid voor een goede gang van zaken ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden rust thans op onze Bond alleen. Daarom is Hef noodzakeüjk, dat de thans bestaande saaie en dooie boel tot het verleden gaat behoren. „ Laten we ons daarom met iiver, maar vooral met verstand, wijden aan de taak die ons wacht.

Actie-akefietjes

(P. v. E.) Wanneer er ineen tak van industrie een collectieve arbeidsovereenkomst bestaat, het doet er niet toe welk voorbeeld uit het bedrijfsleven men zou kiezen, dan domineert de mening, dat alles op rolletjes loopt. De niet volledig ingewijde leeft inde veronderstelling, dat zo’n C.A.O. con amore wordt nagekomen en dat inde practijk geen verschillen of • geschillen voorkomen. Zo’n onvoldoende ingewijde baseert waarschijnlijk deze mening op de volgende overweging: Partijen zijn vrijwillig deze verbintenis aangegaan', welnu, het is dan toch ook redelijk en logisch, dat zij zich geheel naar de overeengekomen regelen gedragen. Op het eerste gezicht zou mén tot deze conclusie kunnen komen, maar dan wordt niet Voldoende ruimte gelaten aan het individualisme, dat in den mens aanwezig is, Inde practijk is het niet zo mooi als het dan ook voor velen wel lijkt. Het zou natuurlijk fout zijn te veronderstellen, dat elke afwijking hj de toepassing vaneen C.A.O. aan boos opzet moet worden toegesghreven. Dat in elk geval van afwijken van de bepalingen vaneen C.A.O. een bewuste handeling moet worden .gezien, met het’doel daarvan profijt te trekken, is onjuist, De oorzaken, waardoor, van bepalingen vaneen

C.A.O. wordt afgewekeh. zijn in drie rubrieken te verdelen. Tot -de eerste groep zou ik die ondernemers willen rekenen, die zondér opzet en zonder op het materiële belang te hebben gelet of dit als drijfveer'te hebben gekozen, laat ik het noemen, „in overtreding’.’ zijn. ' Het behoeft nauwelijks betoog, dat men met deze groep wanneer een afwijking vaneen C.A.Ó. blijkt zeer spoedig en op makkelijke en loyale, wijze tot overeenstemming komt. Met deze groep contractanten doen zich inde practijk in feite geen moeilijkheden voor. We stéllen er prijs op hier direct aan toe te voegen, dat dit gelukkig de grootste groep ondernemers omvat. Tot de tweede groep zou ik de individualistische ondernemers willen rekenen. Zij' houden er een eigen oordeel op na, geven geheel op eigen gezag een onjuiste interpretatie en dan is het opvallend, dat- dit altijd in het nadeel van de arbeiders uitvalt. Het zou een te onschuldige voorstelling van zaken zijn, indien de door deze groep bedreven afwijkingen aan bloot toeval werden toegeschreven. Tpt dezelfde groep zou ik willen rekenen te behóren diegenen, die het er maar op wagen. Als het mis is, hoor ik het wel, plegen ze te zeggen. Zij begaan een aantal half of heel opzettelijke

t ; Over de weck van- 24 tot 29 November wordt het contributiezegel op de 48ste week van het bonds' boekje geplakt. WIJZIGING KANTOORUREN. (v. E.) Hier volgt nog eens een, opgave vari de gewijzigde tijden, waarop het kantoor is geopend in verband met de verduistering en de brandstoffenschaarste, ' Van heden' Dm. 29*Novemberi Maandag van 9.30—1 uur en van 1.30—5 uur. Dinsdag van 9.30—1 uur en van 1.39—5 uur. Woensdag van 9,30—12.30 en van 5—7 uur ’ avonds. Donderdag van 9.30—f uur eh van 1.30—5 uur. Vrijdag van 9é!o—l uur en van 1,30—5 uur. Van 1 December tot en met 31 Januari; Maandag van 10—1 uur en van 130—5 uur. Dinsdag van 10—1 uur en van 1.30—5 uur. Woensdag* van 10—12.30 en van 5-—7 uur ’s avonds. Donderdag van 10—1 uur en van 1.30—5 uur. Vrijdag van 10—1 uur 'en van 1.30—5 uur. Van 2 Februari tot en met 21 Februari: Maandag van 9.30—1 uur en van 1.30—5 uur. Dinsdag van 9.30—1 uur en van 1.30—5 uur. Woensdag van 9.30—12.30 en van 5—7 uur ‘s avonds. Donderdag van 9.30—1 Uur en van 1.30—5 uur. Vrijdag van 9.30—1 uur en van 1.30—5 uur. Op hel nippertje ‘Opgelegde regeling groot-metaal industrie (P. v. E,) . ïlog net vroeg genoeg om daarover een klein bericht in dit blad te kunnen plaatsen, bereikte ons de mededeling dat door het College van Rijksbemiddelaars de C.A.O. voor de groot-metaalindustrie is goedgekeurd en opgelegd zal worden. De nieuwe regeling sluit ingaande 15 November op de oude C.A.O. en verbindendverklaring aan. Naar de vorm wordt dit geen C.A.O. welker bepalingen verbindend verklaard kunnen worden, doch het is een opgelegde regeling De betekenis blijft voor de bedrijven en de arbeiders dezelfde. In dat opzicht maakt het geen verschil. I» 4e volgende Metaalbewerker komen wij hierop nader.„terug. In dat opzicht maakt het geen Inde volgende Metaalbewerker koifTfen wij hietr op nader terug. Daafin zullen we dan tevens een verklaring kunnen geven, waarom dit een opgelegde regeling is. Volstaan we er nu mede, dat de regeling 15 November 1941 van kracht wordt en direct van invloed moet zijn op de arbeidsvoorwaarden. * 31 = vergissingen, die natuurlijk in eigen voordeel zijn. Vervolgens kunnen wé ook in deze groep onderbrengen de afwijkingen, welke door verschil van interpretatie zijn ontstaan. Maar hier is dan bewust nagelaten te bevoegden plaatse naar de juiste interpretatie te informeren. Was deze voorzichtigheid betracht, dan zou geen afwijking zijn ontstaan, dus geen geschil en – evenéens geen klacht. En zo naderén we tot de derde en laatste groep, die ik met de benaming „ontduikers” zóu willen aanduiden. Dat zijn zij, die het opzettelijk doen en kennelijk met het doel minder te geven dan inde C.A.O. is overeengekomen. Dat zijnde lastige klanten voor beide partijen, dus zowel voor de werkgevers- als voor de werknemersorganisatie. Het is gélukkig maar een kleine groep, maar één die niettemin veel last veroorzaakt. Die moet men narekenen en op bun vingers kijken. Toch zijn ze vrijwillig lid van de werkgevers(Vervolg op pag. 3 onderaan)