ZATERDAG 10 MAART 1934 – No. 23 32ste JAARGANG VAN DE BLIJDE WERELD

Aan God behoort de aarde en haar volheid. Psalm 24:1

Tijd EN Taak

RELIGIEUS-SOCiALISTISCH WEEKBLAD

üNDtK REDACTIE VAN DR. W. BANNING ADRES DER REDACTIE: BENTVELDSWEG 5 – BENTVELD

VERSCHIJNTVIJFTIG MAAL PER JAAR . 32STE JAARGANG VAN DE BLIJDE WERELD

ABONNEMENT BIJ VOORUITBETALING PER JAAR F 3.40, PER HALFJAAR F 1 75, PER KWARTAAL F 0.90 PLUS 1 5 CTS INCASSO – LOSSE NUMMERS 8 CTS POSTGIRO 21876 – GEMEENTE GIRO V 4500 – ADMINISTRATIE GEBOUW NV. DE ARBEIDERSPERS, HEKELVELD 15, AMSTERDAM-CENTRUM

DE EIS VAN DEN GEEST

Demokratie berust op de erkenning van de waarde van de mens als geestelik wezen. Socialisme is een poging om tegen een brute werkelikheid van klassenverhoudingen de gedachte der al-menselike verbondenheid, die in onze geestelike bestemming haar uitdrukking vindt, hoog te houden en tot maatschappelike verwerkeliking te brengen. Als religieus-socialisten wegen ons deze geestelike inbonden van demokratie en socialisme zo zeer, omdat onze religie gelooft aan het werk Gods in elke mensenziel. Meer dan om veroveren van politieke en ekonomiese macht, meer dan om sociale rechtsverhoudingen en instellingen hoe noodzakelik overigens gaat het ons om de uitgroei van een vrij geestesleven, om de erkenning van de majesteit van de geest.

Nu kunnen wij er ons herhaaldelik van overtuigen, hoe weinig wij van deze makkelik neergeschreven woorden waar maken in eigen leven. De vurigste verdedigers der demokratie zijn graag bereid om natuurlik ter wille dier demokratie een stevige diktatuur uit te oefenen. De hartstochtelikste vereerders der vrijheid gaan er gemakkelik toe over om wie onder vrijheid iets anders verstaan, achter slot en grendel te zetten. Wie overtuigd zingen, dat de waapnen der barbaren gebroken moeten worden over de knie, geloven toch in de noodzakelikheid en nuttigheid van het geweld.

Ik beperk mij tot onze socialistiese strijdmethoden, en stel de vraag: als wij inderdaad geloven aan de majesteit van de geest, welke eisen stelt dat geloof dan aan onszelf. Zo kort mogelik daarover drie opmerkingen. De eerste: dat wij in onze pro-

paganda immers opvoeding tot verantwoordelikheid dragen ons onvoorwaardelik onderwerpen aan de waarheid. Hitler heeft indertijd laten drukken (na de verovering der macht is het zinnetje verwijderd!), dat men het volk beschwindeln moet, wil men massa-aanhang krijgen; hij heeft deze methode op grote schaal toegepast en „sukses” gehad. Wie metterdaad gelooft in de majesteit van de geest, verafschuwt de zwendelmethoden, en is niet jaloers op dit „sukses”, dat een vernedering, een belediging vr>or de mens is. De tweede opmerking: wij hebben ook en vooral een beroep te doen op den geest in de tegenstander. Konkreet: als wij ons geweld, onze gewapende arbeidersweer zouden plaatsen tegenover het geweld van politie en leger, dan drijven wij hen onverbiddelik naar de kant van wie de felste wraak willen uitoefenen. Zou er al ooit een mogelikheid zijn, dat de mannen van politie en leger toch voor het overgrote deel kinderen uit het arbeidersvolk als wij zouden weigeren om de onzen neer te schieten, wij vernielen deze mogelikheid radikaal door ons geweld. Zijn wij echter zélf zó diep doordrongen van de kracht van den geest, dat wij ons ongewapend zouden durven plaatsen tegenover het geweld der heersers, dan is dat de enige kans, om leger en politie „onbetrouwbaar” te maken, omdat het neerslaan van öngewapenden als een lafheid wordt gevoeld. Men kan in een diktatoriaal geregeerd land ons volkomen vernietigen, wanneer wij ons zwakker geweld tegen het sterkere der heersers plaatsen. Wij roepen echter het volksgeweten wakker, wanneer wij de moed zouden hebben om geestelike meerderheid

tegenover brutale macht te plaatsen. Het is de enige manier om een verdwazing te breken, en het geweten in de tegenstander wakker te maken. Daarom is een hoge geestelike houding, die het lijden ook wanneer dat door ploerten wordt aangedaan, heldhaftig draagt ik denk hier aan wat Seghers uit Oranienburg vertelt op den duur onoverwinlik. Het is de vraag of wij zo diep in de majesteit van den geest geloven, dat wij het oude woord van Plato aanvaarden: dat onrecht lijden beter is dan onrecht doen. Het is de vraag, of wij ons eigen geloof in den geest zo hoog kunnen leven, dat het geweten in de tegenstander wordt geraakt.

De derde opmerking: wie gelooft in de macht van den geest, wete ook, dat de wereld tenslotte alleen groeit van het lijden om der gerechtigheid wil. Ik begrijp best en voel ook sterk mee, dat er tallozen in deze dagen diep geschokt worden, nu de opmars naar de macht voor het socialisme verloren schijnt. Ik waag de stelling: het socialisme zal de wereld en de mensheid juist nü dieper kunnen zegenen, als de socialisten de fakkel van den geest niet laten doven. De vraag is, of wij ook deze eis van den geest aan kunnen: het lijden om der waarheid en der gerechtigheid wil. Men denke aan de eeuwig-diepe zin van Christus aan het Kruis. De vraag is of wij zo diep geloven in de onoverwinlike kracht van den geest, dat wij het leven durven aanvaarden als een voortgaan van offer tot offer. Onze wezenlike zwakheid ligt in onze aarzeling tegenover deze waarheid. Een vernieuwde kracht heeft in deze oude waarheid haar voedingsbron. w. B.