BUITENLANDSE KRONIEK

Vredesrumoer in de Paasweek

Oorlog of vrede? Het Is een bewijs van de schier onoverwinnelijke tegenzin, welke grote mensenmassa’s tegen de ontketening van de blinde geweldsrazemij koesteren, dat meer dan zes maanden na de aanvang van de Europeese oorlog deze vraag In de week voor Pasen nogmaals onder de mensen leeft. Het Is misschien méér nog een bewijs van het raffinement der totalitaire massa-psychologle, dat zij deze dlep-verankerde vredesstemmlngen nogmaals wist te mobiliseren voor een indrukwekkend „vredesoffensief”.

In wezen bevinden we ons deze weken in een beslissende faze van de werkelijke oorlog zelf. Daarbij is het al of niet uitbreken van een verondersteld Duits „BUtz”-offenslef niet de kernvraag. Veeleer gaat het er om, wie van belde partijen voor de eerstkomende maanden het initiatief, zowel In diplomatiek als strategisch opzicht, in handen zal nemen.

Zoals wij reeds de vorige week veronderstelden, is de afloop der Fins-Russische oorlog met deze kwestie ten nauwste verbonden geweest. De plotselinge beëindiging van het conflict, zonder dat de Russen hun maximale aanspraken hebben verwezenlijkt, bewijst, dat een offensief optreden van de zijde der Geallieerden op dit neven-front van de Europese oorlog als een acuut gevaar door de totalitaire staten werd gevreesd. De vrede van Moscou zelf, de aanvaarding van de zware voorwaarden door de Finse regering, ondanks de véélbelovende toezeggingen van Britse en Franse zijde, betekent, dat den Geallieerden in Noordoost-Europa de pas is afgesneden.

Al mag de vrede, gezien de staat van uitputting, waarin de Finse weermacht naar eerst thans ten volle gebleken is verkeerde, nog betrekkelijk gunstig worden genoemd, als militaire factor is Finland voorlopig uitgeschakeld.

Dit geldt voor heel Scandinavië, wat men over defensieve allianties moge uitbazuinen, Zweden is veel verder met zijn materiële middelen in de Finse strijd meegesleept, dan kwaadwillige en door eigen gewetenswroegingen gekwelde critikasters uit West-Europa veronderstelden, Een eerste rangs militaire mogendheid is het, tenslotte kleine, Zweedse volk de laatste eeuwen niet meer geweest; op militaire wonderen te rekenen is waanzin. De Noordse nuchterheid heeft de Zweden in dit opzicht voor illusies behoed. De westerse mogendheden zouden in hun eigen belang verstandig doen, wanneer zij die nuchterheid waardeerden en niet als défaitisme verdacht maakten.

Zelf zijn Frankrijk en Engeland, wanneer het hun ernst was met hun bijstandsbeloften „met alle beschikbare middelen”, zoals Chamberlain het zeide, misschien minder vrij van zelfbegoocheling geweest. Want praktisch zou deze bijstand, naar achteraf gebleken is, op zulke grote hindernissen zijn gestuit, dat een échec bij voorbaat verzekerd mocht worden geacht. Alleen al het transport van een aanzienlijke expeditie-macht, van de Noorse haven Narvik over het Scandinavische gebergte, zonder behoorlijke wegen en zonder de beschikking over een spoorlijn, die voor materiaal-aanvoer moest worden gereserveerd, zou de Geallieerden voor onoverkomelijke moeilijkheden hebben geplaats. Misschien hebben de Russen deze moeilijkheden ook niet geheel doorzien en heeft daarom de bedreiging met een Geallieerde interventie in het noordoost-Europa toch ten gunste van Finland’s onderhandelingspositie gewerkt.

Waarschijnlijker is, dat de Russen een geallieerde activiteit op andere terreinen vreesden, speciaal in Voor-Azië, en dat zij daarom zich de handen in het noorden vrij wilden maken. Terwijl tenslotte ook niet uitgesloten is, dat de Sowjet-politiek haar volle gewicht

in de schaal zou willen werpen, wanneer zich in Zuidoost-Europa een crisis ontwikkelde, die haar volle aandacht vereiste.

Daarom blijft de vrede van Moscou, ondanks zijn drukkend karakter, een voortijdige liquidatie van een hachelijk avontuur. En daarom kan men ook verwachten, dat Rusland vooreerst althans zich in het noorden tot deze vrede zal beperken.

Balkan-„pacificatie''

De afloop van de Flns-Russische oorlog en het diplomatieke en strategische échec, dat de Geallieerden aan het noordelijke front geleden hebben, moesten onmiddellijk hun weerslag m andere delen van Europa doen gevoelen. Regeringen, die reeds lang heimelijk een her-oriëntatie van hun politiek voorbereidden, konden zich thans tegenover het eigen volk op de onbetrouwbaarheid van de steun der Geallieerden beroepen.

Hier ligt de verklaring voor de omwenteling in Roemenië. Want alle geruststellende verklaringen van de Roemeense staatsleiders ten spijt, hebben we in de verzoening met de Ijzeren Garde de openlijke doorbraak van een nieuwe, pro-Dultse en pro-Italiaanse koers te zien. De premier Tatarescu, die reeds zeven jaar geleden, eveneens als minister-president, de Ijzeren Garde de hand boven het hoofd gehouden heeft, heeft sentimentele woorden gesproken over de tot inkeer gekomen Roemeense jeugd. Maar die sentimentaliteit gaat wel heel ver. wanneer de weduwen van de moordenaars van vroegere regeerders thans met pensioenen en uitkeringen worden beloond! Ook spreken de vrijheden, aan de Duitse jeugdorganisaties in Roemenië verleend, een maar al te duidelijke taal, Roemenië is onderweg naar een gelijkschakeling met de totalitaire staten.

Evenals de Finse vrede is het resultaat van dit proces een tegenslag voor de Geallieerden. Tegelijkertijd is deze plotselinge, stellig voortijdige en door het Roemeense volk met gemengde gevoelens ontvangen zwenking waarschijnlijk geforceerd door een steeds duidelijker zich openbarende verschuiving van het initiatief naar de Brits-Franse kant. Alle ontkenningen ten spijt heeft hier de Duitse druk op een beslissing aangestuurd vóórdat het tegenwicht der Geallieerden, die in het bijzonder in Voor-Azië hun diplomatieke en strategische posities steeds meer consolideerden, zich al te sterk zou doen gevoelen.

Het is daar in Zuidoost-Europa thans al vrede, wat de klok slaat. Bulgarije betuigt naar alle kanten zijn volstrekt vreedzame bedoelingen; Hongarije schijnt zijn revisionistische aanspraken, die vooral de grenzen van Roemenië bedreigden, voorlopig te hebben opgeborgen, Hardnekkige geruchten spreken van een door Duitsland afgedwongen garantie van Russische zijde jegens Bessarabië, Kortom, onder de auspiciën van de drie grote totalitaire staten, Duitsland, Rusland en Italië schijnt de Balkan een periode van innige vrede tegemoet te gaan.

De zware eisen, welke de Duitse oorlogseconomie aan haar bondgenoten en vazallen pleegt te stellen, maken het uitermate twijfelachtig, of dit een vrede in welvaart zal zijn. Maar wie maakt daar tegenwoordig nog aanspraak op?

De Brenner-conferentie

Deze „pacificatie” van Zuidoost-Europa heeft het centrale element uitgemaakt van de besprekingen, welke zowel door Ribbentrop in Rome als door Hitler en Mussolini op de Brenner zijn gevoerd. Maar zij vormt wellicht slechts een onderdeel van een veel omvangrijker plan, dat gericht is op de vorming van een omvangrijk totalitair Eur-Aziatisch blok.

De bekende Franse schrijver Pertinax maakt in zijn weekblad „Eurove Nouvelle” gewag van de mogelijkheid, dat Italië zijn medewerking verleent'aan de vorming van een uitgebreide Europees-Aziatische economie, welke de totalitaire staten niet alleen voor militaire offensieven op noordelijke of zuidelijke nevenfronten onaantastbaar moet maken, maar tevens de blokkade der Geallieerden moet steriliseren. Italië’s medewerking hieraan is voor Berlijn en Moscou onmisbaar, omdat anders de Balkan een onzeker element blijft. Of Italië tot die medewerking volledig bereid is, hangt uitsluitend van de kansen op het welslagen der onderneming af.

Het is waanzin onlangs is dat in de Parijse „Populaire” voortreffelijk aan de hand van de zwenkingen in de Finland-politlek der Italianen aangetoond daarvoor ideologische remmen aanwezig te achten. Alle antl-komintern-frazes ten spijt is Italië ook thans bereid, even goed als b,v, in 1933, toen het met Moscou een njiet-aanvals- en neutraliteitspact sloot, met de Sowjet-Unie accoorden aan te gaan.

Er zijn echter risico’s, Turkije en de militaire samenwerking van deze staat met de Geallieerde mogendheden vormen een belangrijke sta-in-de-weg. Niet voor niets heeft de Engelse regering in het Lagerhuis de nakoming der bijstandsbeloften aan Turkije begin dezer week uitdrukkelijk verzekerd. Dank zij de concentratie van een vrijwel zelfstandige troepenmacht der Geallieerden In Voor-Azië, die geen precaire verbinding met de hoofdbasis in West-Europa behoeft te onderhouden (zoals een expeditie naar Finland had moeten doen!), is de positie der Geallieerden hier veel steviger en behoeft men voor een omvallen der Turken, overigens om hun loyaliteit jegens verdragspartners bekend, niet te vrezen.

En dan zal Italië zich verder wel tweemaal bedenken aleer het, door zich al te openlijk aan de zijde van een Duits-Russisch blok te scharen, dat de hegemonie in Europa en Azië beide nastreeft, zich de ergernis van de Verenigde Staten op de hals haalt. De nauwe verbindingen, welke Rome de laatste maanden als neutrale mogendheid met Washington verkregen heeft, zijn zelfs een Mussolini, die altijd een zeker minderwaardigheidsgevoel tegenover de grote en rijke Amerikaanse republiek heeft getoond, te dierbaar, dan dat hij ze zo maar in de waagschaal zou willen stellen ten behoeve van zijn ~as”-genoot.

Hier ligt het verband tussen de conferentie op de Brennerpas en het uitgestelde vertrek van Sumner Welles naar Amerika, Misschien hopen de dictatoren met kunst- en vliegwerk hun al te doorzichtige plannen te maskeren achter een of ander fantastisch vredesprogram. De New Yorkse beurs is zeer „willig”: die verkeerde vorige week na het Fins—Russisch verdrag in een complete vredesroes. In Washington was men voorzichtiger en Roosevelt heeft Zaterdag over voorwaarden van een „daadwerkelijke vrede” gesproken, waaraan de op chantage en uitbuiting gebaseerde Hitleriaanse, Mussoliniaanse en Stalinistische „witte vrede” allerminst schijnt te voldoen.

Wij zijn ervan overtuigd, dat Sumner Welles tot het eind zijn hoffelijkheid zal bewaren, al werkte de atmosfeer in Rome blijkbaar wel een beetje op zijn zenuwen. Hij zal stellig blij zijn, wanneer hij weer Amerikaanse bodem onder de voeten heeft. Maar in zijn hart zal hij rouw mee' dragen.

Rouw om een Europa, dat misschien niet in enkele koortsstuipen zal ondergaan. In de opleving van de luchtactiviteit, begin dezer week, vermogen wij nog geen aankondiging van een „Blitzkrieg” te zien. Maar dat in een lange, starre uitputtingsoorlog dreigt te verbloeden tot een onwezenlijk, spookachtig schimmenbestaan. B. W. Schaper.

WELLES-JDYLLE"