Nieuws van Overal

Een nieuw Vredesprogramma

Door de „Graduate Faculty op Political and Social Science” van de „New School for SociaJ Research” te New York wordt een groot studieplan opgezet om te komen tot gezonde oplossingen voor de kwalen, die de volkeren van de wereld tegen elkaar opzetten, aldus een bericht in de New York Times van 31 Maart. Men acht deze ..Unlversiteit in ballingschap”, zoals het lichaam vaak genoemd wordt, voor dit doel bij uitstek geschikt. In 1933 stichtte dr. Alvin Johnson, directeur van de „New School” deze faculteit; hij stelde geleerde emigranten In staat college te geven. Nu zijn er 23 professoren en 400 studenten. Men gaat nu gezamenlijk een studie van Europa maken in betrekking tot Internationale migratie, koloniale vraagstukken, toegang tot grondstoffen en markten. Het begin van de wereldoorlog Is het uitgangspunt, en de vraag wordt gesteld: wat na deze oorlog? Dr. Johnson acht het van het grootste belang een publieke opinie te vormen, die een verstandig vredesplan kan schragen; aan het ontbreken daarvan na 1918 schrijft hij voor een groot deel het mislukken van Versailles toe. Ook studenten zullen in de studie betrokken worden, waarvoor men een jaar heeft uitgetrokken. „Oorlog lost niets op”, aldus dr. Johnson. ~In 1914 waren we Utopiërs, die dachten dat alles goed zou zijn als de Duitsers maar eenmaal waren verslagen. Wij opvoeders dachten werkelijk, dat de wereld veilig zou worden gemaakt voor de democratie. Nu zijn we niet zo romantisch. Nu hebben we geleerd, dat een duurzame vrede slechts zal komen, wanneer wij hem opbouwen en ervoor werken.”

Voor een wereldfederatie

Het Instituut voor Intellectuele Samenwerking heeft volgens een bericht in de Chr. Sc. Monitor van 5 Maart bekend gemaakt, dat een Amerikaans phllanthroop, Chester D. Pugsley, $ 1000 heeft aangeboden ter financiering van voorbereidende studies voor de vestiging van een Wereldfederatie na de oorlog; zijn aanbod ging vergezeld van een ontwerp constitutie, dat als basis van studie zou kunnen dienen. Daarin wordt gesproken van de vorming van een wereldparlement, samengesteld uit leden van de parlementen der deelnemende landen, en door hen gekozen op grondslag van 1 vertegenwoordiger op 1 mUlioen inwoners. Jaarlijks zou het parlement op 10 October In Genève bijeen moeten komen om de begroting van de Wereldfederatie te behandelen en die kwesties, die met algemene stemmen door de ministers van buitenlandse zaken der aangesloten landen op de agenda worden geplaatst. Het Parlement zou een eersten minister moeten kiezen, die op zijn beurt uit het Parlement vier ministers zonder portefeuille zou kiezen.

Voor de toekomstige vrede

Volgens een bekendmaking in „La Jeune République” van 14 April worden er door de gelijknamige organisatie in Parijs een aantal lezingen georganiseerd over de organisatie van de toekomstige vrede, op de Zondagen 14 en 28 April, 19 en 26 Mei en 9 Juni; achtereenvolgens worden besproken: De voorwaarden van een rechtvaardige vrede; Wat kan men verwachten van de morele krachten voor de reconstructie van Europa na de oorlog; Economische, sociale en financiële elementen van vredesopbouw; politieke en juridische elementen van vredesopbouw.

De Amerikaanse Studiecommissie voor de organisatie van de vrede

De Amerikaanse „Commission to study the organizatlon of peace” onder leiding van prof. James T. Shotwell en dr. Clark Eichelberger, ontwikkelt nog altijd een grote activiteit. Er is een studieschema gepubliceerd, waarin de volgende onderwerpen worden aangeduid: De

onderlinge afhankelijkheid van de moderne wereld: De anarchie van het nationalisme; De aard van de oorlog; Na de wereldoorlog 1914 1918; Eerste pogingen voor een internationale organisatie; De nood van heden; Politieke internationale organisatie; Economische internationale organisatie; Sociale en culturele organisatie; Verkeersproblemen; De ról der Ver. Staten. ledere week worden deze onderwerpen voor de radio besproken door dr. Shotwell of zijn medewerkers; deze toespraken worden daarna verkrijgbaar gesteld. Er is een prijsvraag uitgeschreven voor de meest constructieve voorstellen om de wereldvrede te bereiken, waarvoor de termijn op jls Mei 1940 sluit. De antwoorden —■ voorgeschreven lengte 3 a 5000 woorden moeten de verschillende genoemde problemen behandelen. Prijzen van $ 300, $ 200 en $ 100 zijn beschikbaar gesteld.

(V.P.8.)

Wereldcongres der godsdiensten

In 1900 had het eerste congres te Chicago plaats, waarvan men zich zal herinneren het optreden van de grote leerling van Ramakrishna, Vivekananda. De bedoeling kan men wellicht samenvatten als te zijn een poging de goddelijke Tegenwoordigheid waar te nemen in de onderscheidenheid der wijsgerige, godsdienstige en nationale uitdrukkingen. In 1931 had het tweede congres plaats te Calcutta onder leiding van Sir Francis Younghusband. De Christelijke kerken waren hier helaas niet vertegenwoordigd.

In Juli 1939 had het derde congres plaats, thans in Parijs. Het onderwerp was deze keer de waardigheid der menselijke persoon, en werd telkens behandeld door een gezaghebbend vertegenwoordiger van een godsdienst of een kerk.

J. Maritain sprak namens de Katholieke Kerk en meende, dat, hoewel de eenheid in het geloof verre van verwerkelijkt is, er toch sprake kan zijn van een bondgenootschap tussen alle mensen van goede wil, krachtens het feit, dat het wezen van elke godsdienst waarheid en liefde is. In deze broederlijke gemeenschap ligt het beginsel der menselijke waardigheid en der ontwikkeling van de mensheid.

Professor Gupta sprak als Hindoe. Hij ontwikkelde de gedachten van het oude Indië; zelfverloochening tot vereniging met het grote Ik van het heelal. Zuivering is hier de weg. Losse delen van het goddelijk wezen, vormen wij een goddelijke Broederschap.

Dr. Skié behandelde Lao Tse en Kong Fu Tsen. Er is een koninkrijk van God op aarde te verwerkelijken. De overweging voert hiertoe.

Generaal Abdul Wahab sprak over de Koran en hoezeer de Profeet eerbied had voor alle godsdienstige openbaringen. Alle zielen zijn geroepen tot de verlichting.

Het Muzelmanse mysticisme werd door Ynayat-Kahn vertegenwoordigd. Het Soufisme heeft reeds sedert eeuwen de eenheid der godsdiensten ontdekt; in het mystieke leven ondervindt de ziel het gevoel der eenheid.

Viscount Samuel ziet in de godsdienst een hogere emotie, die den mens voert op een plan, hoger gelegen dan het verstand. In de toekomst zal er niet zozeer een godsdienst zijn, dan wel een gehele scala van inzichten die alles bevatten van het leven en aan de aspiraties van den mens tegemoet komen. Hij bepleitte godsdienstige samenwerking.

De Protestantse professor Hanter wees op de mystieke vurigheid welke de sociologische leerstellingen telkens weer doordrong. Niet het humanisme brengt geluk, maar de heiligheid. Zuivere harten zien God. Het is de zonde, die ons van Hem verwijderd houdt.

De boeddhistische monnik Thitilla spoorde ook aan tot heiliging. Zij alleen brengt geluk en vrede in de vereniging met de godheid.

Het verslag van dit congres, dat we ontleenden aan „Le Christianisme social” maakt tenslotte twee bemerkingen: in één ding komen vrijwel alle godsdiensten overeen, zoals op dit congres bieek: zij dringen aan op zelfverloochening. Het is de enge poort waarover ook

Jezus sprak. Als bezwaar werd gevoeld, dat niet, zoals in Calcutta, Oxford en Cambridge gezamenlijk gebeden werd.

Hitler als voorwerp van verering

Bij de verjaardag van Hitler schreef „Das Schwarze Korps”: „Onze harten zullen nog warmer hem tegemoet vliegen en onze gedachten, die hem pogen te volgen, zullen nog meer sidderen voor zijn grootheid, die sedert lang niet meer gemeten kan worden.

Wat verleden jaar .over Hem gezegd en geschreven werd, schijnt al weer lang verbleekt en verschaald. Steeds duidelijker moeten wij erkennen, dat pas een verre tijd, misschien door de mond van een Godbegenadigden dichter, de woorden zal vinden, die zijn plaats in de Duitse geschiedenis omschrijven en de macht van zijn persoonlijkheid, het verschijnsel van zijn werken verklaren.

Wij, die het geluk hebben, zijn tijdgenoten, zijn soldaten te mogen zijn, hebben geen woorden voor hem als deze twee; „Mijn Führer”. Maar dit zijn dan ook woorden, vervuld met de geloofsinhoud van alle gebeden, die ooit gebeden werden, vervuld met alle gevoelens van dank en liefde, waartoe wij in staat zijn

Nooit is een geloof aan de Voorzienigheid levendiger geweest dan in het Duitsland van Adolf Hitler. Wat staan wij torenhoog boven een wereld van ongeloof en wurm-achtige kleinheid, al kan zij zich dan nog zo zeer in religieus-gecamoufleerde phrasen verbergen.

Als deze wereld slechts een vonk van ware religieuze zin had, als ze de openbaringen van een goddelijke wil slechts zou kunnen spellen, dan nog zou ze nooit zo vermetel geweest zijn, haar bestaan tegen het werk van Adolf Hitler op het spel te zetten.”

Het kan nuttig zijn, nu en dan dergelijke teksten te lezen. Men leert er uit beseffen, dat mensen die zo iets schrijven, op een andere planeet geboren moeten zijn.

De vriendelijke staatsjeugd

We citeren uit een bisschoppelijk schrijven van Mgr. Gröber, Aartsbisschop van Freiburg (i. B.)

~Wij miskennen geenszins de moeilijkheden, die het den godsdienstleraar zo onzeggelijk zwaar maken tot volledige gezondheidsinstorting toe, maar hij moet pogen door dagelijkse training zijn zenuwenrust te bewaren en zich niet te laten gaan tot uitbarstingen van zijn temperament of tot straffen, die hem al heel spoedig zelf treffen en het hem onmogelijk maken zijn onderricht nog verder door te zetten. Hij iate zich niet ontmoedigen of murw maken en zo uit zijn plichtsgebied verdringen, wijl dikwijls niet de jeugd zelf of minstens zij niet alleen de schuld aan zijn bitter verdriet draagt, maar de tijdsomstandigheden, die weer voorbijgaan ”

Over de tegenstelling tussen jonge en oude volkeren

De biologie kent wel veranderingen in de rassen, maar zij kent geen leeftijd en daarom zijn de tegenwoordig levende rassen van biologisch standpunt uit, even jong of even oud. De Bosnegers en de Hottentotten zijn biologisch even jong als het uitverkoren volk der ( zelf invullen!).

Als men dan ook bij volkeren van jong en oud spreekt, dan bedoelt men niet het ras, maar de cultuur, dan bedoelt men hun geschiedkundig bestaan. In deze betekenis is b.v. het Germaanse volk werkelijk jong, want het zat nog stom en zonder gezicht in zijn moerassen en bossen, toen de Egyptenaren, de Babyloniërs, de Semieten, de Grieken hun hoge cultuur ontwikkeld hadden. Zich in de betekenis op zijn jeugd verheffen, betekent zo ongeveer: „Mensheid, ik vraag wel excuus, mijn cultuur is nog jong.” En deze toon zou zeer wel passen, want tenslotte heeft David zijn onsterfelijke psalmen gezongen, toen er in de noordelijke wouden slechts berengebrul te horen was. Overigens blijkt uit dezeifde psalmen, hoe weinig cultuur met jong en oud te doen heeft, want vandaag na duizenden jaren, zingen en lezen we ze nog deze psalmen als de levendigste poëzie.