roep tot een radicale verandering der maatschappelijke verhoudingen en een ophouw van het sociale leven op de grondslag der christelijke gerechtigheid en de onderlinge verantwoordelijkheid, betekent wel waarlijk, dat zij protesteert tegen een terugkeer naar het liberale kapitalisme van voor 1940.

Daarmee ontzegt zij den liberalen de toegang tot het Koninkrijk der hemelen niet, zoals het Liberale Weekblad suggereert. Daarmee veroordeelt zij echter wel en zeer beslist de liberale apologie van het kapitalisme.

Wij zijn er van overtuigd, dat allen, die op de één of andere wijze het kapitalisme willen handhaven, liever een zwijgende dan een sprekende kerk hebben.

Maar wij zijn er evenzeer van overtuigd, dat de sprekende kerk, de kerk van 1945 met haar oproep voor de toekomst van ons volk van het allergrootste belang is.

Christelijke gerechtigheid en onderlinge verantwoordelijkheid.

Radicale verandering!

Met dit getuigenis wordt de kerk geen politieke partij en geen sociale beweging.

Met dit getuigenis is de kerk enkel en alleen kerk van Jezus Christus.

Door deze woorden aan het geweten van ons volk te leggen, heeft zij niet anders gedaan dan in „Vrij Nederland,” het Evangelie van Jezus Christus prediken.

Dat is haar dienst aan het volk.

Voor deze dienst zijn wij haar dankbaar.

J. J. BUSKES Jr.

GEEN FABELTJES

In de kerkelijke en politieke pers schenkt men nog al aandacht aan het toetreden van de zeven Amsterdamse predikanten tot de SDAP. Wij kunnen daar alleen maar dankbaar voor zijn. Er zal nog wel gelegenheid zijn, om op deze beschouwingen in te gaan en tot een vruchtbaar gesprek te komen.

Wij moeten echter samen zorgen, dat wij feiten feiten laten en geen fabeltjes produceren. In „Koningin en Vaderland”, Christelijk-Historisch Weekblad voor Nederland geeft J. Kousemaker zijn inzicht in een artikel onder de van weinig begrip getuigende titel „Drossende Dominee’s”. Daar kunnen de zeven het voorlopig mee doen. Het zij zo!

Maar het is toch niet nodig, onzin te schrijven. De heer Kousemaker doet, alsof hij zowel in kerkelijke als in politieke kring geheel georiënteerd is. Hij weet meer dan een ander. Hij weet, dat het optreden van de zeven kwaad bloed heeft gezet: „In de eerste plaats in SDAP-kringen”. „In de tweede plaats in de bestaande protestantse partijen”. De heer Kousemaker schijnt nogal relaties te hebben.

Overigens is hij helemaal niet op de hoogte. Hij heeft noch de Verklaring van de zeven noch hun toelichting „Wat bezielt ze?” gelezen. Indien dat wel het geval was, zou hij weten, dat niet zes, maar zeven predikanten lid van de SDAP werden. Een kleinigheid, maar een kleinigheid, die bewijst, dat de heer Kousemaker niet op de hoogte is en die ons sceptisch doet staan tegenover zijn andere mededelingen.

Hier is er één: „Kwaad bloed in SDAP-kringen, waar men allerminst ingenomen is met deze aanwinsten en waar men er nog minder over gesticht is, dat twee der zes aanstonds zitting hebben genomen in het partijbestuur”. De lezer komt onder de indruk van het feit, dat de heer Kousemaker zo goed

georiënteerd is. De met zo grote stelligheid verstrekte gegevens en de daaraan vastgeknoopte beschouwingen doen hun werk wel.

Laten wij even mogen meedelen, dat geen van de zeven „aanstonds” zitting heeft genomen in het partijbestuur, dat er ook nooit sprake van is geweest en dat dit ook wel niet gebeuren zal.

Laten wij geen fabeltjes produceren en nog minder op zulke geproduceerde fabeltjes voortborduren, mijnheer Kousemaker. Ik weet niet, of u in „Koningin en Vaderland” dit keer voor de Koningin geschreven hebt. In elk geval hebt u „voor ’t Vaderland weg” geschreven. Maar daar is noch de Koningin noch het Vaderland mee gediend. De beste breister laat wel eens een steek vallen. Maar uw breiwerk is broddelwerk. Zo moet het niet. Voor ditmaal is de kous af!

J. J. B. Jr.

UITGEVERIJ „DE UIL” Hartenstraat 2, Amsterdam-C., tel. 47125. Binnenkort verschijnt: PHOCAS FOKKENS Vrouwen links mannen rechts Een boek over de slachtoffers van de Nazlterreur in de strafgevangenis te Amsterdam, met 9 reproducties van tekeningen in 2 kleuren van den schrijver. Gedrukt op kunstdrukpapier. Prijs in halflinnen band ƒ 4,90.

Bisschop Wurm en de kerk in Engeland

Bisschop Wurm heeft een schrijven gericht tot den bisschop van Chichester. Kort voor de oorlog had dé laatste aan Wurm een broederlijk woord van meeleven gezonden.

Daarin wendt Wurm zich tot hem uit naam van zijn eigen landskerk, maar ook als de man, die op het ogenblik aan de gehele belijdende kerk van Duitsland leiding geeft.

Asmussen, een van de meest representatieve figuren van de belijdende kerk, staat achter de oproep van Wurm.

Wurm hoopt, dat het persoonlijk contact tussen de kerk in Engeland en de kerk in Duitsland spoedig hersteld zal worden, hetzij doordat een Duitse delegatie door hem naar Engeland gezonden wordt, hetzij doordat kerkelijke voormannen uit Engeland een bezoek aan Duitsland brengen.

Hij heeft hetzelfde verzoek gericht aan prof. Keiler, één van de voormannen der oecumenische beweging in Zwitserland.

Wurm verblijdt er zich over, dat het Militair Gezag der Geallieerden in Duitsland een zeer welwillende houding tegenover de kerk aanneemt en haar alle ruimte voor haar werk geeft. De officiële instanties doen al hun best op te bouwen wat in de oorlog stuk ging en catastrophen te voorkomen. Hij gelooft bovendien, dat er nu groter en gunstiger mogelijkheden tot samenwerking zijn dan na de vorige oorlog. Hij vraagt den bisschop van Chichester te overleggen met den aartsbisschop van Canterbury en andere leidinggevende instanties.

In Engeland is de brief van Wurm zeer gunstig ontvangen. Men treft voorbereidingen voor een hernieuwd contact. Men wil geen tegenstellingen verdoezelen. Men wil open en eerlijk alle bezwaren, die men in Engeland tegen de houding der kerk in Duitsland heeft, bespreken. Maar men is bereid tot overleg.'

Wij kunnen alleen maar dankbaar zijn, dat de kerken van Engeland en Duitsland het verbroken contact weer herstellen.

Wij zijn er van overtuigd, dat er grote moeilijkheden zijn.

Maar wij zijn er evenzeer van overtuigd, dat geen enkele moeilijkheid de kerken ervan terug mag houden, samen aan de toekomst te bouwen.

Dit is oecumenisch werk, daar het voor kerk en wereld beide noodzakelijk is. J. J. B. Jr.

Hoe het eerste nummer van TIJD en TAAK ontvangen werd: Bij oud-abonné’s met grote vreugde en voldoening; men was blij het oude hechte contact weer hersteld te zien; Bij nieuwe abonné’s met veel waardering voor de inhoud en de verzorging van het eerste nummer; Bij de proefadressen met veel belangstelling voor de verdere verschijning; talloze aanmeldingen voor een abonnement blijven binnenstromen; Aan onze loketten en in de boekwinkels: zeer veel vraag naar losse nummers. De belangstelling is dus wel verheugend groot!

Ter nagedachtenis van

HENDRIK ARENDSE

Het is stellig een kwart eeuw geleden, dat ik Arendse, die een zo goed en trouw vriend is geworden, voor het eerst ontmoette: het was op een socialistische openlucht-samenkomst in Wapenveld op de Veluwe, waar hij als secretaris en stuwende kracht mij als spreker ontving. Eén van die gave arbeiderskarakters, die al heel wat had geofferd voor de zaak, dat vanzelfsprekend vond en rustig zijn weg ging onder goed en kwaad gerucht. Later kwam hij bij ons in Barchem de vrienden daar herinneren zich de aandachtig luisterende kop met z’n kroesende haar, zoals mevrouw Reitsma hem tekende hij ging innerlijk open in de stilte van de wijdingstonde met de ruisende dennen en het wijde uitzicht. Hij was er, natuurlijk, toen Bentveld opende, de 2e September 1931.

Warm en dankbaar gedenken hem velen, die in onze werklozeninternaten kwamen: hij was een goed kameraad, kende het harde arbeidersleven door en door, wist van het grootse van de socialistische strija en was een vroom, gelovig mens, die wel spaarzaam, maar eerbiedig en zuiver van zijn innerlijk leven wist te spreken, die niet door wat hij zei, maar eenvoudig door wat hij was menig tobbend en zoekend makker tot steun was. Hoevele malen hij in de leiding van onze internaten meehielp, weet ik niet meer; maar als hij er was, had je een zonnig rustpunt.

Het warmst gedenk ik hem, als hij „zo maar es'’ kwam aanwaaien dan moest even uitgepraat worden, over dingen die hem dwars zaten, over eigen zorg en leed, over dat van anderen, over „de beweging”, over dingen, die hij wist, dat zij mij drukten Zo werd hij vanzelf mij een vaderlijke vriend, aan men ik heel veel dank.

Woensdag 26 September overleed hij te \Blaricum, 77 jaar oud, na enkele maanden door kanker te zijn ondermijnd. Meelevend tot het laatst met de wereld in nood. Inner-, lijk doorglansd door diepe vrede.

Lieve vriend, trouwe makker, heb dank voor alles, wat ge ons waart. W. B.

Van de redactie

Met bizondere erkentelijkheid vermelden wij het vlotte verloop van besprekingen tussen een in de oorlog gevormde Haagse groep van Christen-Socialisten en ons. Deze Haagse vrienden hebben een tijdlang een illegaal blad uitgegeven, dat na de bevrijding legaal verscheen, en thans in Tijd en Taak is opgegaan het artikel van den heer Snaauw in ons vorig nummer was daarvan reeds een aankondiging. Zij hebben, ook in de bezettingstijd, discussiegroepen gevormd, waarin mensen van de kerk zich met de noodzaak van hervorming der maatschappij in socialistische zin bezig hielden. Wij verheugen ons hartelijk over deze samensmelting. Zij moge voor beide groepen verrijking betekenen en versterking van onze invloed brengen. In het komende beraad over de wijze waarop thans de ontmoeting van Evangelie en Socialisme zich moet voltrekken, hopen wij de Haagse groep mede te betrekken. W. B.

Verzoek aan onze abonnes die per Jaar of per halfjaar betalen. De betaling van de abonnementsgelden willen wij gaarne laten samenvallen met het kalenderjaar of -halfjaar. Met het oog hierop zullen wij zonder Uw tegenbericht zo vrij zijn binnenkort als volgt te disponeren: Bij jaarabonné’s over de periode 1 Oct 1945 tot 1 Jan. 1947 &. f 10.—. Bij halfjaar-abonné’s over de periode 1 Oct. 1945 tot 1 Juli 1946 è, ƒ6.35. Daarna zal regelmatig aan het begin van ieder jaar of halfjaar, resp. over ƒ B. en ƒ 4.20 worden gedisponeerd. Abonné’s die wensen te gireren wordt verzocht dit per omgaande te doen. Binnen enkele dagen zenden wij de kwitanties ter Incasso. DE ADMINISTRATIE.

K 113