Westelijk tegenoffensief

De gelijkschakeling van Tsjechoslowakije met de zelfmoord van Masaryk als stormsein, heeft eindelijk blijkbaar de Westerse mogendheden bewogen zich niet slechts te verweren tegen de Russische expansie, maar ook op enkele punten een tegenoffensief te beginnen. Is het een wonder dat daar voor twee van de drie geïnternationaliseerde steden gekozen zijn, die uit de na-oorlogse compromissen zijn voortgekomen? Berlijn, dat de Grote Vier gezamenlijk heten te besturen en Triëst dat met een stuk achterland op het Istrische schiereiland tot een onafhankelijke vrijhaven werd verklaard?

Berlijn Berlijn, eens het knooppunt van de centralisatiedrang van Pruissen en van het nazi-regime wordt nu het „Sjanghai van Europa” genoemd. Evenals dit Chinese handelscentrum kent het zijn door vreemde mogendheden beheerste stadsdelen. Maar terwijl Sjanghai nog een eigen

Chinees stadsdeel kent, is Berlijn geheel in de vier sectoren de Britse, Amerikaanse, Franse en Russische bezetting opgedeeld en moet de gemeenteraad, die meer een soort stadsparlement is, voor alles en nog wat te biecht gaan bij de Komandatura, die elke maand door een ander der vier bezetters wordt beheerst.

In Berlijn maar met een betekenis voor geheel Duitsland, speelde zich allereerst een incident in de Geallieerde Bestuursraad af. Op 20 Maart eiste de Russische vertegenwoordiger, generaal Sokolowski, rekenschap aangaande de besprekingen der drie westelijke mogendheden te Londen over hun samenwerking inzake West-Duitsland. Toen hem dit werd geweigerd, met het argument, dat van Russische zijde de laatste viermogendhedenconferentie over Duitsland gesaboteerd was en dat de afspraken slechts een voorlopig karakter hadden, las de Rus een tevoren getypte en roiidgedeelde verklaring voor, waarin gesteld werd, dat de Geallieerde Bestuurs-

raad dus feitelijk niet meer bestond, doordat de drie Westelijke Mogendheden in gezamelijk overleg andere wegen gingen; het accoord van Potsdam over Duitsland was hiermede nietig geworden.

Practisch is er de laatste tijd niets meer door dq Bestuursraad, maar zijn commissies voor tal van practische vraagstukken werkten wel actief. Dat het Russen meer om een element in de agitatie-campagne om het voortbestaan van Berlijn als intergeallieerde stad midden in de Russische bezettihgszone dan om een werkelijk afbreken der contacten te doen was, vandaar het noemen van Potsdam— werd al spoedig duidelijk toen na deze verklaring wel deze technische commissies door hun Russische voorzitters-van-de-maand werden bijeengeroepen. Toen kwam de Westelijke tegenzet, de Britten, Fransen en Amerikanen weigerden daar te verschijrrbn tenzij ook de periodieke vergadering der Bestuursraad van 30 Maart weer bijeen werd geroepen. De Russen lieten het op deze krachtproef niet aankomen en de Bestuursraad werd inderdaad geconvoceerd. Eindelijk eens een tegenoffensief van de Westelijke Drie in Duitsland, wat dan ook prompt met een toegeven door de Russen werd gevolgd.

De volgende dag leed het Russische prestige in Berlijn nog twee verdere nederlagen. De proletarische herdenking van de 21 Maart 1848 onder leiding van de S.E.D. in de Sowjet-sector werd ruimschoots overtroffen door de demonstratie voor de democratische vrijheid ook ter gelegenheid van dit eeuwfeest, door de democratische partijen bij het Rijksdaggebouw, dat met spreekkoren tegenover het door de Sowjetvrienden georganiseerde „Volkscongres” gepaard ging.

Voorts werd een Russische nota aan de Beriijnse gemeenteraad om zich te onthouden van anti-Russische demonstraties getroefd door een rede van de socialist dr Suhr, die er op neer kwam dat onder deze vage term wel elke politieke bestrijding van de S.E.D. zou kunnen vallen en daarmee elk parlementair debat onmogelijk zou worden. Zelfs de S.E.D. wist niet beter te doen dan voor te stellen de kwestie aan aiie vier geailieerden gezamenlijk ter nadere toelichting, voor te leggen.

Triëst

Dezelfde 20ste Maart richtten Amerika, Engeland en Frankrijk zich met een nota tot Rusland en Italië, voorstellende Triëst weer onder Itaiiaanse souvereiniteit te stellen. Indertijd was het de bedoeling geweest om deze Italiaanse havenstad voor het gehele Donaugebied een onafhankelijke positie te geven opdat deze de belangen van het achterland gemakkelijker met die van de Italiaanse bevolking zou kunnen verenigen, maar nadat reeds overeenstemming over het statuut van dit gebied de grootste moeite had gekost, bleek het onmogelijk zowel in rechtstreekse onderhandelingen van Italië en Zuidslavië als in die in de Veiligheidsraad een gouverneur te vinden die voor alle partijen aanvaardbaar was. En zonder deze gouverneur kon dit statuut niet werken en kwam er ook geen einde aan het gedeelde opperbevel over de Brits-Amerikaanse troepen in de stad en Zuidslavische op het Istrische platteland.

LOUTERING

Zou ik weer willen leven, zoals vroeger Zo glanzend stil gelukkig kunnen zijn? Zo vast omsloten door de zekerheden,

zo prpnt en ongepoetst in gouden schrijn?

2.0 U ik zo kunnen leven, zo verlangloos, 2o zeker van Gods goedertierenheid.

ö zo sterk en recht en zeker van de zegen, die mij en al de mijnen was bereid?

Soms opgeschrikt door het rumoer daarbuiten.

een stem een boek een moedeloos gebaar staard' ik soms peinzend'door de hoge ruiten en onbewust wist ik mij nog niet klaar.

Eerst toen het leed aan onze deuren klopte, zo fel en vinnig en genadeloos.

Toen plotseling het licht brak en de sterren doofden, wist ik mijn leven waardeloos.

Nadien zijn vele stormen aangezwollen. Zij sleurden mee al wat eens veilig scheen. Maar ’k was tezamen met zo naamloos velen

en sedertdien ben ik nooit meer alleen.

Het la'tre leven heeft mij veel ontnomen aan jeugd en fleur, geluk en schone schijn

Eén zekerheid heeft het mij nog geboden Een levend mens werd ik eerst door de pijn.

AYE VAN ARDENNEN