De Ronde Tafel Conferentie

Deze woorden werden gesproken op de samenkomst van de vereniging Nederland-Indonesië ter begroeting van de Indonesische delegatie op 10 September in Den Haag.

Toen de uitnodiging tot mij kwam, om op deze begroetingssamenkomst, aangeboden aan de gehele Indonesische delegatie, een enkel woord te spreken, heb ik haar met vreugd en dankbaarheid aanvaard.

Er is toch waarlijk reden tot vreugde en dankbaarheid, nu werkelijkheid is geworden, wat lange tijd niet meer moge lijk scheen: twee volken, die tot twee maal toe in een gewapend conflict geraakten, in een geest van vertrouwen gezeten om één tafel. Maar op dit ogenblik, nu ik spreken moet tot zonen en dochters van deze beide volken Indonesië en Nederland, Nederland en Indonesië is er in mijn hart niet alleen vreugde en dankbaarheid, maar ook schaamte en spijt. Wanneer ik er aan denk, dat aan datgene, wat wij vanaf het begin gezien en gepropageerd hebben als de enige mogelijkheid, die Nederland en Indonesië tot werkelijkheid moesten maken, vier jaren moesten voorafgaan, en het inderdaad werkelijkheid kan worden, dan kan ik inderdaad niet anders dan diep in mijn hart schaamte en spijt voelen. Vier jaren en wat voor jaren! Wanneer ik denk aan de duizenden, die in deze vier jaren vielen, Nederlanders en Indonesiërs, heb ik het gevoel, dat er vanmiddag meer reden voor ons is om te huilen dan om te jubelen. Deze vier jaren betekenen in de geschiedenis van Nederland en Indonesië een al te lange en smartelijke weg van verschrikking en schuld, waarin wij kansen, ons door God gegeven, verspeelden, en gelegenheden, ons door God geschonken, voorbij lieten gaan. Tranen en leed om deze vier jaren zijn niet zonder bitterheid.

Het zou intussen onze schuld slechts verzwaren, indien wij nu probeerden te berekenen, aan welke zijde de schuld het grootst is geweest. Er is noch voor Nederland, noch voor Indonesië reden om te werken met een wit-zwart schema, alsof zich aan de éne zijde alleen wolven en aan de andere zijde uitsluitend lammeren bevonden.

Minister Drees heeft bij de opening van de Ronde Tafel Conferentie gezegd, dat de overdracht van de souvereiniteit een onherroepelijk besluit betekent en hij heeft er aan toegevoegd: deze beslissing berust op een langzaam gerijpt inzicht. Dit langzame rijpingsproces betekent de schuld van Nederland: de vier jaren, die achter ons liggen met al hun bloed en tranen.

Maar een mens is zo veel meer materialist in de verkeerde zin dan hij zelf vermoedt, dat ik ontdekte, dat het mij gemakkelijker gevallen is in felle woorden over de schuld van het eigen volk te spreken in samenkomsten met enkel Nederlanders dan vanmiddag, nu wij als Indonesiërs en Nederlanders samen vergaderen. Toch moet ik er over spreken, wil onze begroeting van u, Indonesische gedelegeerden, geen zinledige vertoning zijn.

In Indonesië kwam na de bevrijding aan de orde de opbouw van een nieuwe rechtsorde tussen twee volken op de grondslag van vrijheid en vertrouwen. Na de Japanse capitulatie hebt gij de Republiek uitgeroepen en de onafhankelijkheid van Indonesië geproclameerd. Die proclamatie was een revolutie, een zedelijk gerechtvaardigde revolutie, omdat zij de liquidatie van de koloniale verhouding betekende.

Als christen meen ik, dat de koloniale verhouding, van het Evangelie uit gewaardeerd, geoordeeld is. Indonesië heeft recht op politieke onafhankelijkheid. Alleen wie het historisch gewordene als normaal erkent, kan tegenover deze proclamatie van Indonesië’s onafhankelijkheid de souvereiniteit van Nederland stellen en pleiten voor een ontvoogding langs de weg der evolutie. Het is intussen een illusie, dat de koloniale overheersing door het overheersende volk zelf kan worden overwonnen. Het uur sloeg, waarop zij door het overheerste volk werd overwonnen: een revolutie. En het kwam er van nu op aan, deze revolutie als een zedelijk gerechtvaardigde te erkennen.

Ik geloof in een God, die niet alleen de God van Nederland maar ook de God van Indonesië is, niet een nationale God, maar de Schepper van hemel en aarde, en ik kan het als christen alleen maar betreuren, dat men op een goed ogenblik ons volk opriep, om op het volk van Indonesië te schieten en het rechtmatige van de Indonesische revolutie te ontkennen.

De proclamatie van de Republiek was de bekroning van de nationale beweging in Indonesië, een uitdrukking tegelijkertijd van een bepaalde sociale overtuiging, een politieke en een sociale revolutie. Zij gaf uitdrukking aan het verlangen van Indonesië naar politieke onafhankelijkheid en I sociale MrechUgheid. I

Wij hadden alles op alles moeten zetten, om de Republiek, die zwak was, sterk te maken, opdat zij niet aan haar zwakheid zou bezwijken. Onze schuld is, dat wij dat niet hebben gedaan, dat wij de Republiek verzwakt en haar gezag uitgehold hebben, vooral door op een noodlottig ogenblik, en dat tot twee maal toe, naar de wapenen te grijpen, zonder te beseffen dat het geweld heilloos was en geen enkele oplossing bracht. De Republiek was met al haar tekorten de eerste overwinning van het Indonesisch nationalisme. Wij waren hard op weg, haar tot zijn eerste nederlaag te maken. En wij kunnen als Nederlanders alleen maar dankbaar zijn een dankbaarheid die met schaamte vermengd is dat ons dit niet gelukt is. Het heeft ons ontbroken aan een grootse ■

visie. Wij hebben niet verstaajj, dat het Indonesische vraagstuk alleen opgelost kon worden, wanneer wij het bezien, niet als een juridisch probleem buiten de historische werkelijkheid om, maar in het raam der wereldontwikkeling, als een onderdeel van de grote ontmoeting tussen het Westen en het ontwakende Oosten en tegelijkertijd als een vraagstuk van menselijkheid en gerechtigheid.

De Ronde Tafel Conferentie betekent, dat ons daartoe nog een kans geboden wordt. Daarom is er, ondanks schaamte en spijt, reden tot vreugde en dankbaarheid en mogen wij op deze begroetingssamenkomst, voor u, onze broeders uit Indonesië, onze hoop en onze verwachting uitspreken, dat ons volk deze kans ditmaal niet zal verspelen, maar het dit keer, om de woorden van prof. Schermerhorn te gebruiken, zal wagen met een poging tot hartelijke overeenstemming met de jonge democratische groep, in wier handen de toekomst van Indonesië ligt en wier falen de chaos zal betekenen.

De Ronde Tafel Conferentie is niet meer dan een kans. Niet op conferjenties immers wordt de nieuwe verhouding tussen Nederland en Indonesië tot een werkelijkheid gemaakt. De Ronde Tafel Conferentie kan alleen maar een inzet zijn. Van ons volk zal, evenals van het uwe, in de jaren, die voor on.s liggen, het welhaast bovenmenselijke worden gevraagd, zullen wij inderdaad komen tot een opbouw van een nieuwe rechtsorde op de grondslag van vrijheid, gerechtigheid en menselijkheid.

De kerken van Nederland zijn op 21 Augustus opgeroepen tot het gebed voor uw conferentie, .opdat zij in een geest van waarachtige verzoening moge plaats vinden, tot het gebed om een nieuwe gezindheid. Ik kan u de verzekering geven, dat er in Nederland duizenden christenen zijn, die zich in Gods kracht de grootse visie trachten eigen te maken, die nodig is, zullen wij in staat zijn, de zo nodige nieuwe verhouding voor ons deel mede te helpen realiseren en dragen. Zij zijn er nog altijd te weinig, ik weet het maar al te goed, maar zij zijn er en hun getal wordt groter en één, die in Gods kracht strijdt voor het nieuwe, is voor de toekomst meer waard dan hon-, derd, die in eigen kracht trachten het oude te handhaven. En ik ben er van overtuigd, dat ik uit naam van die hopende en verwachtende christenen spreek, wanneer ik u met deze enkele woorden begroet en u toewens, dat uw komst naar Nederland niet vergeefs zij en dat u, wanneer u straks naar Indonesië terugkeert, om u daar met inzet van heel uw persoon aan het grote werk te geven, u dan terugkeert met de overtuiging, dat er Nederlanders zijn, die met u meeleven, wier hart niet alleen klopt voor Nederland, maar ook voor Indonesië, waarmee wij met zovele historisch banden, maar veel meer nog door een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor de opbouw van een wereld, waarin gerechtigheid woont, verbonden zijn.

Voor Nederland en Indonesië beide geldt het woord uit de Bijbel: gerechtigheid verhoogt een volk! J. J. BUSKES Jr

Lees dit:

Het artikel „Het N.V.V. in de branding” is j ; niet van J. G. v. d. Ploeg, zoals de lezer uit | de inhoud heeft kunnen opmaken, maar van j J. V. d. Ploeg, bestuurder van de Algemene j Bond van Ambtenaren, Den Haag. i