Ter herdenking van Gandhi

30 Januari was het twee jaar geleden, dat Gandhi vermoord werd. „Radio Nederland Wereldomroep” verzocht mij in een korte toespraak Gandhi te gedenken in een uitzending voor India.

Als deelnemer aan de „World Pacifist Meeting” heb ik kort geleden het land van Mahatma Gandhi bezocht en Kerstfeest gevierd in Sevagram, het dorp, waar hij van 1936 tot 1946 leefde en werkte. Ik ben zeer sterk onder de indruk gekomen van de grote invloed van Gandhi op het volk en het leven van India.

Daarom ben ik blij met de mij geboden gelegenheid, enkele woorden te spreken ter herdenking van hem, die twee jaar geleden door een fanatieke geloofsgenoot vermoord werd. Ik doe het als één, die gelooft in Jezus Christus als zijn Heer en Verlosser. Het kruis van Jezus Christus is voor ons in Europa gedurende vele eeuwen het hoogste symbool geweest, maar wij geloofden niet waarlijk in wat het kruis predikt; dat liefde, dienst en zelfovergave dè hoogste vormen van geestelijke kracht zijn, dat in hem, zoals ze vlees en bloed waren in Jezus Christus, God zich zelf aan ons openbaart. We waren bewonderaars van Jezus Christus, wij waren niet Zijn discipelen en volgelingen. Wij gehoorzaamden niet aan Zijn geboden. Daarom zijn wij dankbaar, dat er één uit het Oosten tot ons kwam, die ons er aan herinnerde, dat de Bergrede een van de belangrijkste fragmenten van onze bijbel is. Voor ons in het Westen was Gandhi’s methode van satyagraha en ahimsa (waarheidsliefde en liefdekracht) inderdaad een noodzakelijke herinnering aan de boodschap en aan het kruis van onze Heer Jezus Christus.

Gandhi bidt. Noakhali 1946

Gandhi zei eens tot een zendeling, die hem om een boodschap voor Euiopa vroeg: christenen moeten leven als Christus!

Zal er vrede zijn, dan is het noodzakelijk, dat de christenheid van Europa bereid is te luisteren naar het getuigenis van Mahatma Gandhi; dat de weg van Jezus Christus de weg is van waarheid, liefde, dienst en zelfovergave.

Europa ziet met intense belangstelling naar India, omdat in een tijd, waarin iedereen bang is voor een derde wereldoorlog, de boodschap van Gandhi in de wereld een grote verwachting wekt.

Ik geloof, dat India op dit ogenblik een grote verantwoordelijkheid heeft: aan Europa te tonen, dat de weg van Gandhi de enige weg is, die vrede en gerechtigheid tussen de verschillende volken waarborgt. Uw president, dr Ras jenda Prasad, heeft gezegd: „De wereld heeft de leiding van Mahatma Gandhi op het ogenblik nodiger dan ooit tevoren”, en: „God geve, dat India niet afwijkt van het smalle en rechte pad van waarheid en geweldloosheid, dat het onder de leiding van Mahatma Gandhi heeft ingeslagen. Dat is zijn belangrijkste bijdrage voor de politiek in India.”

Dat is naar mijn overtuiging ook zijn belangrijkste bijdrage voor de bevrijding van de wereld.

Ik hoop, dat zijn boodschap ons, de christenen van Europa, er aan herinneren zal, dat ook wij een grote verantwoordelijkheid hebben: te geloven in Jezus Christus in ons dagelijkse leven, oprechter en meer effectieve getuigen te worden van wat het evangelie van Jezus Christus inderdaad voor ons betekent. Jezus Christus is niet alleen

onze Verlosser, Hij is ook ons Voorbeeld. Hij is niet alleen de weg, maar Hij wijst ons ook de weg. Hij vraagt ons niet alleen te vertrouwen op Zijn beloften, maar ook te gehoorzamen aan Zijn geboden.

Ik hoop, dat wij met Gods hulp ons hart en ons leven zullen veranderen, dat wij zuilen strijden tegen kapitalisme, militarisme en imperialisme, dat wij samen zullen werken voor de vrede en een broederschap der verzoening zullen opbouwen, dat wij onze

maatschappij zullen vernieuwen op een basis van vrijheid, gerechtigheid en waarheid.

De boodschap van Mahatma Gandhi blijft, ook al is hij van ons heengegaan. Het is onze taak, zijn boodschap aan allen bekend te maken en haar in ons leven toe te passen, zodat zij al onze daden bepaalt. Ere zij de nagedachtenis van Mahatma Gandhi. J. J. BUSKES JR.

Prediking in de schouwburg

Nu moet gij niet denken, dat ik vaak naar de schouwburg ga. Als ik niet ga, is dat niet uit principe. Ik moet zelfs steeds weer in een of ander handboek nazoeken, waarom sommige groepen, die zich erg christelijk noemen, het hedendaagse toneel afwijzen. Neen, als ik niet ga, dan komt dat, omdat het zo’n energie en zoveel geld vraagt.

Energie. Wilt u er zeker van zijn een kaart te krijgen voor een voorstelling die roem verspreidt, dan gaat u twee dagen tevoren naar de Schouwburg. Hier in Den Haag is die gelegenheid erg Haags: Koninklijk èn gevestigd In een behoorlijk paleisje. U moet daar dan om negen uur zijn. U krijgt een volgnummer, waarmee u om tien uur zich in een lange rij posteert om uw vonnis van achter het loket af te wachten. Het vonnis over de plaats, waar u komt te zitten. En dan komt het op het betalen aan. Natuurlijk, u gaat niet alleen. In een bioscoop kan men alleen zitten. Ja, daar moet men

haast alleen zitten. Dat is een zaak voor eenzame mensen. Maar naar een schouwburg gaat men met z’n tweeën. U neemt een piaats, passend bij uw portemonnaie. De mijne is; nieuwe middenstand, afgerond naar beneden. Je bent dus ai twee uur kwijt, voor je zo’n kaart hebt. En elke handeling kost weer meer. Straks, bij de voorstelling, wordt er nog tol geheven voor het bewaren van de kleren en in de pauze kan je toch moeilijk op een droogje blijven lopen. Zeker, zeker, dat hoeft allemaal niet. Maar bij de Haagse schouwburg hoort ook dat zitten in zo’n zaaltje met Louis XVlstoelen, het kijken naar oude dametjes en hun douairière-achtig voorkomen. Dat kan alleen maar hier, in Den Haag en dat kan alleen maar in de Koninklijke Schouwburg. Dat genot laat je je niet ontgaan. Dat genot intussen moet men niet al te veel proeven, anders valt er op den duur niets meer te genieten. En als je dan thuiskomt, blijk je