HERFST

Een lichte nevel dekt het akkerland;

bij bleke zon de oogst geborgen is; nu zorgt de boer dat, eer het morgen is.

het dorrend loof en ’t onkruid wordt verbrand;

en uit de stilte van het wijde veld, tot in den vroeg aanschemerenden nacht,

stijgt hier en daar wat blauwe rook en meldt,

dat leven tot voleinding werd gebracht.

Zij zo mijn herfst in 't late middaguur:

dankbaar tezamenbrengen in mijn schuur de rijpe levensvrucht, die God behoort,

dat Hij daarvan bepale doel en duur; en al het andere in ’t lout’rend vuur

vredig verbranden, eer de morgen gloort.

W. C. Jolles

nationalisme weer sterk is. Voorts, dat, waar de communistische leiders enerzijds het „imperialistische kapitalisme” vrezen, en anderzijds de leer van het communisme met alle middelen willen verbreiden, overleg en samenwerking met het Westen, de hoop van Roosevelt, alleen zullen nastreven voor zover het bovengenoemde doel daarmee bevorderd wordt.

Duff Cooper constateert, dat Rusland zijn „Euraziatische” positie in deze laatste oorlog aanmerkelijk heeft versterkt. Samen met China is het communistische blok in de kern onaantastbaar geworden. Waarom zou Rusland dan overleg willen? Men leze er Lenins geschriften maar eens op na om een oordeel te krijgen over de middelen, die ter verkrijging van de wereldrevolutie kunnen worden toegepast! Bedrog, verraad, misleiding, alles is toegestaan terwille van het heilige doel.

Betekent dit nu, dat het Westen verloren zou zijn? Neen. Immers, evengoed als het

communistische gebied schier onaantastbaar is, zeker nu er enorme legermachten klaar staan (alleen China heeft thans reeds een mobiel leger van 5 millioen man), is het het communisme geraden zich niet te ver van het veilige kernland te wagen. Zelfs een oorlog behoeft uit de Russische machtspositie niet voort te komen. Mits er geen poging wordt gedaan om het kernland zelf aan te tasten. Mits bijv. het Westen zich buiten Tibet houdt. Tibet is voor China belangrijker dan Korea. Het Westen moet zich sterk maken, en niet enkel militair. „Schermutselingen” als in Korea zullen daardoor niet worden vermeden, een grote oorlog wel.

Het is ten slotte meer voorgekomen, dat fanatieke machten bezworen werden zonder dat hun kracht teniet gedaan wordt. Duff Cooper noemt de Islam, eens de doodsvijand van het christelijke Westen, nu een redelijk bondgenoot. H. VAN VEEN

Onvolledig dagboek

26 October.

Pontecorvo is er van door. Hoogstwaarschijnlijk met zijn gezin naar Rusland uitgeweken. Met een grote kennis over atoomproblemen en de fabricage van wat voor talrijke mensen in het Westen hun laatste hoop is: de atoom- en waterstofbommen. In een artikel werd spijtig geconstateerd: met kennis, die door een groot aantal geleerden ten koste van millloenen dollars is verworven. Van dit standpunt uit bezien een uiterst onvoordelige dollartransactie dus.

Als Pontecorvo werkelijk in Rusland zit, zal hij er wel aan meehelpen, dat de Russen in een sneller tempo ook meer atoombommen en misschien ook wel waterstofbommen produceren.

Ik ken Pontecorvo niet. Toch heb ik de laatste dagen verschillende keren aan hem gedacht. Waarschijnlijk, omdat ik juist het boek „De God, die faalde” had gelezen. Het boek, waarin een aantal bekende schrijvers zoals Arthur Koestier, Ignazio Silone, Richard Wright, André Gide e.a. hun ontwikkelingsgang naar het communisme, hun teleurstelling en hun uiteindelijke breuk met het communisme beschrijven. Een voortreffelijk boek. Voor mijn gevoel vooral om wat deze mensen schrijven over de drijfveren, die hen er toe brachten zich te scharen in de rijen der communisten.

De rest is natuurlijk ook belangrijk en interessant: de kuiperijen in de Communistische Internationale, die voor Silone zo’n ontgoocheling brachten; de teleurstelling over Rusland voor Koestier en Gide; de bittere ervaringen met het Amerikaanse communisme van Wright, enz. Zo belangwekkend, dat ik toch bang ben voor het uiteindelijke effect van dit boek.

Het kan hierdoor nl. zo plezierlg-rustig worden gelezen en dan weer weggelegd door ons allemaal, die immers al lang weten, dat het communisme niets is en ook nooit in de verleiding zullen komen door de leuzen en de schijn van het communisme te worden ingepalmd.

Daarom begrijpen wij van de zaak-Pontecorvo ook niets. Nogmaals: ik ook niet. Maar door het zoëven genoemde boek heb ik me een beeld gevormd van deze man. Een beeld, dat er natuurlijk glad naast kan zijn, maar waar ik het bij gebrek aan beter mee doen moet.

Ik heb hem mij voorgesteld, gebogen over zijn papieren met de magische formules welke tovenaar uit de oude vertellingen beschikte over zulke machtige spreuken? die de ergste verschrikkingen in zich bergen. Ik heb hem mij voorgesteld in de laboratoria en fabrieken, waar hij zag hoe de technische middelen werden gereedgemaakt, de moderne toverstaven, die aan de magische formules zouden gehoorzamen. Een man, gekluisterd aan de formules en de toverstaven als eertijds de alchimist, die door de hertog van Saksen werd opgesloten, omdat hij goud moest maken. Een zeer eenzijdig man ook, die van politieke en maatschappelijke vragen niet zo heel veel verstand had. In dit opzicht geen zeldzame uitzondering op de regel. De verregaande overspecialisatie brengt dit verschijnsel vaker met zich mee.

Maar ook: een man met diep in zijn hart zijn hart, dat hij meedroeg in de labora-

(Vervolg op pag. 6)