ging van werk dat grote indruk op mij maakte... Gorters „liedjes” en „Verzen” kan ik nooit genoeg lezen. Maar zo zijn er vele anderen. Ook zijn er dichters, die ongetwijfeld van formaat zijn, en aan wier werk ik tóch een hekel heb. Dat iigt aan mij, niet aan hen.

Een vers, dat in je hoofd zit, blijft je bezighouden door alles heen; overdag, ’s nachts, tijdens gesprekken, tijdens lessen, tijdens alles. Soms houdt zo’n vers (dat nog geen vers is!) je een jaar lang onontkoombaar vast. Maar ik hou van m’n „kinderen”, en zij hebben recht op mij. Elk ding en elke gebeurtenis bergt in zich de mogelijkheid „inspiratie” te geven. Maar vanzelf gaat, ook bij het tot leven brengen van verzen, bijna nooit iets.

De dichter heeft te zorgen een goede voedingsbodem te zijn, zodat alles wat wil, in hem kan ontkiemen. Publiceert de dichter, dan heeft hij wel degelijk een verantwoordelijkheid tegenover deze lezers, waar hij op hoopt. Hij heeft te zorgen, dat hij werk geeft van gehalte, en geen fraai verpakte leegheid.

Alleen eerlijk verwoorde uitingen van een

mens doen ons wat. Niemand is vreemd wat „des mensen” is, ook aan de dichter niet. Men schelde niet te vlug op werk dat ons niets zegt. Het is niet altijd de schuld van de maker ...

De grootste voldoening en vreugd voor een dichter is: te weten dat hij iemand iets heeft gegeven.

Het dichterschap is een gave. Maar die gave vraagt hard werken en zwoegen. En die gave brengt de plicht mee, zich er volkomen voor open te stellen, er niet mee te prostitueren of te marchanderen... Een gave, die verplicht tot „doorgeven”. Maar dan ook „vreet” die gave de dichter lichamelijk en geestelijk op, en daarom geloof ik tóch, dat hij wel degelijk rechten voor zijn werk mag vragen.”

Tot zover de monoloog van mijn dichter. Toen ik hem vroeg: „Ben je niet bang, dat je verwaand wordt?” Toen keek hij mij even aan, dacht na, en zei: „Het leven is er ook nog! En in dat opzicht zorgt het uitstekend voor mij.” Toen ging hij door met zijn werk, en maakte een eind aan al mijn eventuele verdere vragen, met de woorden: „Hou op, ga wat doen.” THEO VESSEUR

Leestafelnieuws

Prof. dr Ph. Kohnstamm, Vrije wil of determinisme. Uitgave H. D. Tjeenk Willink en Zn, Haarlem, 1947. 296 bis. ƒ 7,25.

De ondertitel zegt: „voor juristen, paedagogen, theologen en andere niet-fysici”. Het belangrijke van dit boek zit m.i. hierin, dat het een verantwoorde uiteenzetting geeft van het causaliteitsdenken der moderne physica. Kohnstamm is een uitnemend docent, die, zeldzaam genoeg, op de terreinen van het wiskundig en het natuur-wetenschappelijk denken gewerkt heeft en daarna op die der geesteswetenschappen. Het prestige der natuurwetenschappen en van hun methodes is zo groot, dat velen er toe kwamen hun resultaten en hun aanpak over te dragen op andere gebieden. De ontkenning van de vrije wil door vele denkers der 19e eeuw is daar een gevolg van; in ons land kunnen L. Polak en Heymans als voorbeelden genoemd worden. Kohnstamm nu toont overtuigend aan hoe in de moderne physica het ouderwetse determinisme volkomen heeft afgedaan. Ik moet eerlijk bekennen, dat zijn weerlegging van het determinisme afdoende lijkt. Wel moet ik bekennen, dat de bewijsvoering voor de vrije wil m.i. op een ander vlak ligt. De ervaring van de vrije wil en haar doordenking gaat aan de bezinning op de feiten der natuur vooraf. Niet alleen de existentialisten, maar reeds de pragmatisten en vooral Bergson in zijn eerste boeken heeft dit m.i. overtuigend aangetoond. Al met al een leerzaam boek, dat ik graag aanbeveel, en dat ook vandaag nog actueel is in de strijd tegen het neo-positivisme. J. G. B.

„Film, de jongste muze”. De „Stichting Filmcentrum” van de N.H. Kerk doet goed werk, en wij hopen, dat zij dit werk ten bate van heel wat jeugdorganisaties zal kunnen voortzetten. Dat zij in den lande veel invloed heeft, kan ik telkens weer constateren. Deze stichting met haar geschriften, advies-orgaan en „Critisch Filmbulletin”, is in een korte spanne tijds gegroeid, dank zij de leiding van haar actieve directeur P. J. van Mullem.

In opdracht van „De Hervormde Jeugdraad” te Amsterdam heeft hij nu een boekje (van 43 blz., verschenen bij de Herv. Jeugdraad) over „Film, de jongste muze” geschreven; hij gaat de betekenis van het visuele, de „film als vermaak, als techniek en als commerciële aangelegenheid”, na. Hij vertelt, onopgeschroefd en eenvoudig, dat en waarom film kunst kan zijn, en hij spreekt ten slotte over de eisen die aan de verantwoorde geluidsfilm gesteld moeten worden.

Dit aardig geïllustreerde boekje kan voor jeugdleiders en allen die zich met het verschijnsel film bezighouden, een goed gidsje zijn, inderdaad zoals Van Mullem in zijn voorwoord zegt een „a”. Ze zullen dan de smaak te pakken krijgen, om ook de andere letters van het filmalfabet te gaan leren, zich meer dan tot duverre helaas! het geval is geweest, in dit zo belangrijke onderwerp te verdiepen. H- W.

VIJF JAREN DOORBRAAK

Aan de vooravond van het congres van de Partij van de Arbeid, dus Woensdag 7 Februari 1951, wordt te Rotterdam in gebouw „Odeon” aan de

Gouvernestraat 50—72 door de drie werkgemeenschappen van de Partij van de Arbeid gezamenlijk belegd een

Openbare demonstratieve bijeenkomst

In deze bijeenkomst zal het woord worden gevoerd door de heren: Geert namens de katholieke werkgemeenschap in de Partij van de Arbeid; Ir H. Vos namens de Humanistische werkgemeenschap in de Partij van de Arbeid en C. Kleijwegt namens de protestants-christelijke werkgemeenschap in de Partij van de Arbeid, terwijl de declamatie wordt verzorgd door de, ook door de radio zeer bekende voordracht-kunstenares. Rolien Numan. Het thema zal zijn: Vijf jaren doorbraak. Aanvang van deze bijeenkomst is 19.30 uur.

KORTE AANKONDIGING. Het mocht u misschien ontgaan, daarom wijzen wij u er even op;

Ie Litterair paspoort, tijdschrift voor boeken uit de oude en nieuwe wereld, onder redactie van Adriaan Morriën. Uitgave Meulenhoff en Co. N.V., A’dam. Per jaargang ƒ7,50 (10 nummers). Aan wie op de hoogte wil blijven van wat er in ;t buitenland op litterair gebied verschijnt, kan ik dit boek aanbevelen. Het is even boeiend en even gevaarlijk voor uw beurs als een bezoek aan een welvoorziene boekwinkel. Een goede gewoonte van dit maandblad is ook dat het de aandacht vestigt op belangrijke herdrukken; zo wordt het everiwicht hersteld en vermijdt men de illusie, die bij het lezen van dit soort tijdschriften altijd op de loer ligt, dat alleen wat vandaag geschreven wordt, de moeite van het lezen waard is.

2e Jacquelientje. Plof (Ina van der Beugel). Papieren harten. Uitgave De Boekerij, Baarn, 1950. 29 blz. ƒ1,50. Een leuk niemandalletje om cadeau te geven aan een, die verslaafd is aan romans. Ge leest het zelf eerst en geniet van de wijze waarop de schr. zich ironisch bezig houdt met de liefde, zoals die zich in allerlei soorten romans voordoet.

3e. Johannes Calvijn. De artikelen van de faculteit der heilige godgeleerdheid te Parijs. Nederlandse bewerking van Jan Wit. Uitgave G. F. Callenbach, Nijkerk z.j. (1950). 110 blz. ƒ2,25.

Een document uit de geschiedenis der Reformatie. Calvijns antwoord op de stellingen van de R.K universiteiten van Parijs. De felle kijftoon van dit geschrift is typisch voor de tijd der godsdienstoorlogen; Protestant en Katholiek (men zie in ons land bijv. Anna Bijns en Mamix van St. Aldegonde) gingen er zich beiden aan te buiten. Voor historici en theologen lijkt me het boekje wel interessant, ofschoon het als wetenschappelijke uitgave tekort schiet (zie het notenapparaat),maar ik betwijfel of, zoals dit voorbericht wil, dit boekje nu kan bijdragen tot geloofsverdieping, en nog wel van de jeugd!

i 4e. Dr W. W. Bauer: Plaag uw kinderen niet langer. In het Nederlands vertaald door A. Wolff i Gerzon. Uitgave „De Spieghel”, 1950. 237 blz. ƒ7,90

Een echt Amerikaans boek over opvoeding in het gezin; een uitdagende titel en een op de keper beschouwd zeer bezadigd boek, vol gezonde opmerkingen. En daarbij: je leest het voor je plezier, door de vele, smakelijke voorbeelden. Het graaft niet diep; en hoewel het een schat van psychologische waarnemingen op een aangename wijze aan de man brengt, is de paedagogische gedachtengang misschien gezond, maar in elk geval oppervlakkig, daarom nog niet onjuist. Aan alle ouders aanbevolen om hen te helpen hun kinderen te begrijpen. Red. secr.

Briefwisseling Aan G. O. te 8., aan J. K. te 8., aan P. H. R. L. te A., aan A. V. te K., aan J. B. te A., aan A. de J. te R., aan C. v. B. G. te O. Men schrijft een artikel als; De harde feiten en onze houding” (zie T. en T. 20-1) niet voor zijn genoegen. Ik heb nochtans gemeend, nadat ik er allang mee rondgelopen had, na een conferentie te Bentveld, na weer een week nadenken, na een bespreking in de redactie-vergadering, het te moeten schrijven, geheel voor eigen verantwoording. Wat ik verwachtte, gebeurde. Van veel zijden heb ik verdrietige en verontwaardigde reacties gekregen. In de aflevering van 27 Januari heeft men een eerste tegenbeschouwlng kunnen lezen: „Tweederangsvraagstukken”. Ook in dit nummer vindt men een uitvoerige tegenspraak. Ik hoop de volgende week mijn eigen plaats te bepalen en daarbij ook uw brieven en bijdragen te verwerken. J. G. B.

BENTVELDNIEUWS Arbeiders Gemeenschap der Woodbrookers. Ledenconferentie en jaarvergadering op 17 en 18 Februari as. te Bentveld. De leden der A. G., de oude getrouwen zo goed als de jongeren, verwachten wij op dit weekend in Bentveld. Het is goed en nodig de geestelijke en de materiële situatie van ons werk in de vertrouwde kring tesamen ernstig onder de ogen te zien. Als thema voor de conferentie kozen wij na ampel beraad ditmaal: noodzaak en bezwaren van geloofsformulering. Zaterdagavond zal dr J. de Graaf (Haarlem) de bezwaren toelichten. Zondagmorgen hoopt N. Stufkens (De Bilt) over de noodzaak te spreken. Aankomst Zaterdag tussen 17 en 18 uur. Om 18 uur is er een broodmaaltijd. Vertrek Zondag 18 Februari na de broodmaaltijd, te ca. 19 uur. Jaarvergadering van de A. O. der Woodbrookers, Zondag 18 Februari te Bentveld om 14.30 uur. Kosten van de gehele weekend-conferentie; naar draagkracht ƒ 4,—, ƒ 5,— of ƒ 6,— p.p., voor echtparen respectievelijk ƒ 8,—, ƒ 9,— of ƒ 10, . Opgaven voor deelname aan de conferentie of alleen de jaarvergadering, ontving ik gaarne vóór 10 Februari as. Adres: Admin. A. G. der Woodbrookers, Bentveldseweg 3, Bentveld. De secretaris, A. VAN BIEMEN

Tweede verantwoording van ontvangen geld voor geschenk-abonnementen. M. E. H. ƒ 15,—, F. A. V. T. ƒ 15,—, mej. C. W. ƒ1,65, mej. E. A. P. ƒs,—, mej. G. C. ƒs,—, mevr. E. S.-S. ƒ 6,—, W. v. d. E. ƒ 3,—. Veel dank.

Bijna 30 jaar reeds verzorgen tal van bevoegde . _ en uiterst bekwame docenten onze cursussen op het gebied van handelswetenschappen, admini- stratie en economie, waarvan hieronder een be- knopt overzicht: Mldd. dipi. Alg. Handeistennls Coramerc. Bedrlllsielder Kantoorarbeid Orgcmijatie en Efficiency Prnctiikdlpi. Boekhouden Admlnlstr. Slnliitlek e Mod Bedrllisadmlnistrntie Algemene StntljUek l, S.P.D. V. Bedrlliiodmlnistratle Mod. BedrijlsstatijUek M O Handeiswetenichappen A Loonadministratie Accountant Sociale Wetgeving '• L p. Handelskennli Recht. Belastingrecht ’ Stenografie .t Eenvoudige Economie . Handeiseconomie Makelaar In Onr. Goederen M. O. Economie MO. StaatslnrlohUng Groothandelaar (STOVEG) 1- Marktonderzoek Makelaar In Verzekeringen ir Verkoopkunde Prlvé Secretarls (-esse) ;1 Wanneer U ons schrijft voor welke studie U zich ;e interesseert, dan ontvangt U vrijblijvend het ir desbetreffende prospectus. JOHAN DE WITTSTRAAT. 453-455 LEIDEN Erkend door de Inspectie van hel Schriftelijk Onderwijs. 0.

ARBEIOBRSPSRS A'bAM