De Republikeinse conventie

De Republikeinse Partij van de Verenigde Staten maakt een goede kans de presidentsverkiezingen van dit najaar te verliezen. De partij, die de eenheid des lands zegt na te streven, is vervuld van haat en nijd. De komende verkiezing door de „Conventie” van de candidaat voor de presidentsverkiezingen lijkt in geen enkel opzicht nog iets op een onderneming van één partij, maar veel meer op een werkelijk verkiezingsgevecht, zoals in November te wachten staat.

Er zijn eigenlijk twee republikeinse partijen op dit ogenblik, de partij van Taft en die van Eisenhower. Zij bestrijden elkander zo fel als maar mogelijk is. De strijdmethoden van Taft, die kennelijk nu alles op alles wil zetten om eindelijk candidaat en president te worden, zijn zelfs naar Amerikaanse begrippen hoogst bedenkelijk. De steun, die hij van generaal Mac-Arthur ontvangt, maakt het alleen maar erger.

Taft steunt op het reactionnaire gedeelte der Republikeinse Partij. Deze groep heeft in meerderheid de partij machinerie in handen. Zij is bereid er onverbiddelijk gebruik van te maken. Dit is onder meer gebleken bij de benoeming van de „eerste spreker” en de voorlopige voorzitter van de komende Conventie. Gewoonlijk is zulk een eerste spreker een onbesproken, nauwelijks partijdige en onbelangrijke figuur. Het Republikeinse bestuur heeft nu met deze traditie gebroken en Mac Arthur als zodanig aangewezen. Uiteraard zijn Eisenhowers aanhangers hier woedend over. Het is een brutaliteit van de eerste rang.

Om nog een voorbeeld te geven van de aard der strijdmethoden, het volgende: zoals men weet is generaal Mac Arthur ook candidaat geweest. Aangezien hij bij de republikeinse kiezers geen schijn van kans maakte, is hij nu tot steunpilaar van Taft gebombardeerd. Zijn candidatuur van nog geen twee maanden geleden heeft hem er niet van weerhouden om „God te danken voor de wijze traditie het presidentschap aan een burger toe te kennen”. Deze verklaring is wel een heel grove slag in het gezicht van Eisenhower.

Wat wil Eisenhower?

En wat zal hem mogelijk zijn? Ten aanzien van de eerste vraag bestaat er goede hoop, dat hij in zijn beleid, zo hij president zou worden, redelijker en progressiever is dan velen hebben gedacht. Zijn voornaamste koerswijziging schijnt volgens zijn verklaringen te bestaan uit een accentverlegging van (door Roosevelt en Truman voorgestane) federale politiek naar één die meer op de afzonderlijke staten is gericht. Zo iets behoeft geen ramp te zijn. Een wetgeving als de Taft-Hartleywet om arbeidsgeschillen te regelen acht hij niet ideaal (wat hij wel wil heeft hij niet gezegd). Europa in de steek laten betekent volgens Eisenhower, „dat wij in dodelijk gevaar komen”. En dan de veel geadverteerde ervaring van generaal Mac-Arthur, belangrijk voor de politiek in het Verre Oosten? Eisenhower verklaarde, dat hij te lang onder Mac Arthur heeft gediend om geen diep respect te hebben gekregen

voor zijn wijsheid en bekwaamheid. Hij zou altijd de beste „brains” willen gebruiken. Ten aanzien van elk militair probleem zou hij „zeker willen weten, wat Mac-Arthur er van dacht”. Voorzichtig gezegd, beleefd, maar weinig overtuigend; voor ons derhalve wel een beetje hoopvol. Veel meer heeft Eisenhower eigenlijk niet verteld. Hij bindt zich niet en heeft waarschijnlijk ook nog te weinig concrete plannen om die bekend te maken. Hij heeft er geen behoefte aan de reactionnaire groep in de Republikeinse Partij geheel af te stoten en laat de deur een beetje open staan voor de linkser georiënteerde kiezers. Hij kan echter niet nog linkser gaan, want dan zou hij terstond door de democraten als een (republikeinse) New Dealer bespot worden. Wat hij zal kunnen doen, is een vraag die iets minder vaag kan worden beant-

woord. Zo hij ooit president zou worden, dan heeft hij met een aantal reactionnaire republikeinse afgevaardigden en senatoren rekening te houden. Het zal hem niet gemakkelijk zijn om een beetje progressief te handelen. Hij wordt aan handen en voeten gebonden.

Het geluk der Democraten

De huidige ruzies in de Republikeinse Partij biijven het volk niet onbekend. Integendeel, zij worden breed uitgemeten in de kranten. De positie van de, republikeinse candidaat wordt er ernstig door verzwakt, wie die candidaat ten slotte ook zal worden. Voor de stembus zal Eisenhower stellig meer kans hebben dan Taft. Maar de democratische hoop is er nu op gevestigd, dat de republikeinse conventie vla de manipulaties van het bestuur Taft de candidatuur zal bezorgen. In dat geval zal het voor de democratische candidaat veel gemakkelijker worden om naast de meerderheid aan geregistreerde kiezers de 12 tot 15 millioen zwevende en naar vermoed wordt nogal progressieve kiezers te vangen.

Alleen Eisenhower maakt als republikeins candidaat waarschijnlijk een kansje om ook wat progressieve stemmen op zich. te verenigen. En van deze stemmen zal de beslissing afhangen. H. VAN VEEN

Camille Pisarro (1830-1903) De kleine Ganzenhoedster