de uitbreiding op het vaste land weigerden, hare bezittingen aan gindsclie zijde der golven zich al meer en meer vermenigvuldigden. Hier vestigde zij op do belangrijkste punten der oude en nieuwe wereld handelskantoren, maakte zich vroeger-onafhankelijke vorsten cn volkeren cijnsbaar, of legde met behulp van slavenhanden in vruchtbare streken uitgestrekte plantaadjes aan. Ginds veroverde zij de volkplantingen, die een gelukkig toeval aan Spanjaard en Portugees had geschonken , maar die thans , door den moed van het Nederlandsche scheepsvolk vermecsterd, aan den zooveel kleineren, toch ook grootschen, jeugdigen staat schatplichtig werden. Elders stichtten onze voorouderen eigene volkplantingen, waar zich een vrij aanmerkelijk, maar nog altoos veel te gering getal der inboorlingen van de Republiek onder hare bescherming vestigde, om er den grond te ontginnen of kudden aan te kweeken.

Dit laatste liad in liet bijzonder plaats in do vruchtbare landouwen, gelegen aan de oevers der Hudsons- en Yersche rivier, waar de namen van Baai Nassau, van Fort Oranje, van Prins Maurits eiland, van Nieuw- Amterdam, Nieuw - Haarlem, Nieuw - Utrecht, NieuwFlissingen, Nieuw-Texel, cn zoovele andere, schenen te beloven, dat de roem van Nederland in gindsclie streken van do nieuwe wereld duurzaam zou weergalmen. Onder deze namen van Hollandsche afkomst vindt men ook die van Pavonia, waarvan het mogelijk niet onbelangrijk zal gerekend worden, hier den oorsprong aan te wijzen, daar die elders, waar van Kieuw - Nederland wordt gewag gemaakt, voor zoo ver ons bekend is , niet schijnt opgegeven to zijn (*).

Het westelijk halfrond , de nieutto vrereld, is eigentlijk

<*) Het is waarschijnlijk uit onkennis aan den oorsprong dezer benaming, dat Prof, van kampen , Geschiedenis Her Nederlanders buiten Europa, deel 1. bl. 331, in plaala van Pavonia, Pavorica schrijft.