groote portretten van koning "Willem I, koning Willem II en van den admiraal de Ruiter; terwijl gij in een aangrenzend vertrek, waar de Gedeputeerde Staten bijeenkomen, voor den schoorsteen prins Willem III, koning van Engeland, in plegtgewaad aanschouwen kunt. Hier zoudt ge tevens uw reisplan kunnen nagaan op de groote oorspronkelijke kaarten van Zeeland, in 1752 door de ingenieurs D. W. Carel en Anth. Hattinga vervaardigd, welke namen der heeren Hattinga aanleiding gaf, dat in een biographisch woordenboek een ingenieur Carel (als geslachtsnaam) wyordt vermeld, die nimmer heeft bestaan. (*)

Over het aan de Abdij sluitende binnenplein der oude Munte van Zeeland, waar van de vroegere bestemming niets meer te bespeuren is, tenzij ge lust mogt hebben in de overkluisde kelders de oude fornuizen te gaan zien, komen wij aan de Nieuwe kerk. Dit gebouw dagteekent reeds uit de 12de eeuw, en wordt de Nieuwe kerk genoemd, omdat zij later dan de St. Pieterskerk voor de Hervormde eeredienst werd ingerigt. Van de vroegere pracht, die het bedehuis der vermogende Abdij kenmerkte, zijn geen sporen meer over, en de kerk zou op zichzelve niet bezienswaardig zijn, indien zij in 1846 niet bekoepeld en gemoderniseerd ware geworden; eene verbetering die ge misschien gelukkiger geslaagd zult vinden, dan de vernieuwing in 1846 van den gevel op de Groenmarkt in een woiilcl ie Gothischen stijl.

Wij rigten onze schreden natuurlijk allereerst naar het door Eombout Verhuist fraai gebeeldhouwd grafmonument der Evertsens. Het zou gevaarlijk zijn dit te verzuimen; want ge herinnert u immers nog wel uit de dagen, toen De Hollandsche Natie een schoolboek was (f), dat, wie bij dat graf

— God niet knielend dankt met zaamgeklemde handen, Des mijnslaafs lot verdient in 's aardrijks ingewanden.

Nog kunt ge in deze kerk twee gedenkteekenen beschou-

(*) Een beteren reiswijzer, dan de Hattinga's konden verschaffen, vindt men in de fraaije kaart van Walcheren, door P. Lampekt , 185.2; en wat de provincie betreft, in de uitstekende kaart van Zeeland, door A. Magieese en J. J. Bkandt, 1860.

(t) Dat is het nog hier en daar, vooral bij middelbaar onderwijs.

Red.