geloof aan het door Christus gebragte heil zalig te worden. Bedenken wij echter, dat Italië sedert vijftien eeuwen bijna onafgebroken de zetel van het pausdom is geweest, — dat het daar om het „te zijn of niet te zijn" handelde, — dat het geen der tallooze politieke en morele dwangmiddelen, die het ten dienste stonden, onbeproefd liet om den dreigenden vijand te vernietigen, — dat het in het Jezuïtismus een onschatbaren en onvermoeiden bondgenoot had, — eindelijk misschien bovenal, dat, terwijl in Duitschland het belang der rijksvorsten deze in het den keizer tegenovergestelde Protestantsche leger dreef, de dynastische belangen in Italië met die der hierarchie naauw zaamverbonden was, zoodat inderdaad zich geen enkele Italiaansche vorst tot het nieuwe geloof bekende zoo mag het ons niet langer verwonderen, hoe het der tegenpartij gelukte, de hervormingsgezinde beweging, hoe magtig zij ook was, na een vijftigjarigen kamp te smoren. Toen de hertogin van Este, Eenata d'Anjou, zich voor het Protestantisme geneigd betoonde, dreigde geheel Ferrara van de Eoomsche kerk af te vallen; maar den paus gelukte het spoedig de bron te verstoppen: Eenata stierfin de gevangenis. Zoolang de republiek Venetië den pausen vijandelijk tegenover stond, vonden de Protestanten een toevlugtsoord iu de Lagunen; sedert 1560 werden zij ook van daar verdreven; echter vindt men nog sporen van het Protestantisme tot in de zeventiende eeuw. De beroemde geschiedschrijver van het concilie van Trente, Paolo Sarpi, stond bijna meer op Protestantschen dan op Katholieken bodem; in nog hoogeren graad was dat met zijnen scholier en hulpgenoot, pater Yulgenzio, het geval; beiden werden misschien meer door voorzigtigheid dan door overtuiging van den overgang tot het Protestantisme teruggehouden.

Yan het jaar 1620 af verdwijnt het Protestantisme, twee eeuwen lang, bijna spoorloos uit Italië. Het was aan de kerkelijke in verband met de politieke reactie gelukt, de beweging der geesten geheel tot stilstand te brengen; het gevolg daarvan was, dat ook de kunsten en wetenschappen, die sedert de veertiende eeuw zich zoo heerlijk ontwikkeld hadden, met den val der laatste republieken en de verdrijving der laatste Protestanten, in hunne ontwikkeling gestuit,