Probleem wedstrijd 1892 van den Ned. Schaakbond.

Eervolle vermeldingen voor vierzetten.

N°. 7. - Eerste eervolle vermelding, H.^ Mendes da Costa, te Amsterdam. Wit: Kb6, Dh4, Tb8, Pd4, Ph(3, L g 8, p.e3; Zwart: I\d5, Pa6, Pc5, Lel, p. a 5, a 4, c4, d 6, e 6, f6. — N" 8. — Tweedderde eervolle vermelding, W. B. H. Meixeks, te Amsterdam. Wit■ Ke6, Td6, Tg 8, Pa 5, Pb 7, p. b2. e3 en h 5: zwart: Ka6, p. b6, e4, h6. —

N°. 9. - Tweedderde eervolle vermelding, W. B. H. Meineks, te Amsterdam. Wit: Kd7, Tgl, Pd2, Pe4, p. a3, b 2, c3, g 3; zwart: K d 5, p. b 3, d 3, e 6, g 4. —

De vierde eervolle vermelding van J. F. Kouwenhoven , te Warmond , bleek eene nevenoplossing toe te laten.

. OPlossi"§®" J!an 111 dit nummer voorkomende problemen worden ingewacht voor 31 Januari 1893. e

„Original und Plagiat."

Onder bovenstaanden titel publiceert een „ angesehener AufgabenJ. Kohtz en C. Koekelkorn verfasser" in N°. 50 van het Deutsches (llll Ausgewahlte^Schacliaufgaben Wochemchach (1892) een stukje, waarin

ae met den lsten prijs bekroonde vierzet van den heer W. Fermie Wz., te Amstelveen (zie Probleem N°. 1 in dit nummer) als het plagiaat gebrandmerkt wordt van een vijfzet van Kohtz en Kockelkorn.

Wanneer men Fermie's probleem met nevenstaande positie vergelijkt, valt onmiddellijk de groote overeenkomst in t oog. De zwarte koning op e 4, de witte pionnen a3,a5,c2,d4,e3,de zwarte

Mat in 5 zetten. toren op a6, de witte op f7, en de (Stelling na de zetten: zwarte pionnen op d 7 en g 5 komen in 1. T f 3 7. T b 3 — b 7.) beide stellingen voor, maar nog bedenkelijker is het, dat de hoofdvariant van den vierzet 1. L e 5-d 6 ,