'J' beleening zullen aannemen of koopea ; terwijl Je op0o pers of inpandnemers gestraft zullen worden even als

opkoopers van militaire goederen.

103. In gevalle van overlijden zijn des overledenens ïepresentanten voor de vergoeding, in de beide laatste artikelen vervat, aansprekeltjk.

104. De kommanderende officier der schutterij is op zijne Verantwoordelijkheid verpligt, van alle wanbedrijven , door Zijne onderhebbende manschappen in den wapendienst begaan , welke ter zijner kennisse komen en van dien aard ïijn dat deswege door den krijgsraad onderzoek behoort te borden gedaan, dadelijk kennisse te geven aan den auditeur, mei bijvoeging der bewijzen welke hem zijn gesuppediteerd en opgave der personen die als getuigen kunnen dienen.

lo5- Alle verzuimen van pligt en gedragingen tegen de subordinatie en discipline, waaromtrent bij dit reglement 8«ene bepaalde straffen zijn voorgeschreven , gelijk ook alle veidere pligtverzuimen en wangedragingen der schutters, die »!s zoodanig bij dit reglement niet bijzonder zijn uitgedrukt, borden door den krijgsraad zoodanig gecorrigeerd en gestraft, ®ls dezelve naar exigentie van zaken zal oordeelen te bedoren ; altijd echter in het oog houdende de straffen bij öl't. 76 bepaald, en dat wanneer een of ander pligiverzuim

Wangedrag mogt gepaard g^an met verzwarende omstan'sheden , welke een object van cognitie voor den gewonen *egter uitmaken, gemelde krijgsraad verpligt,: is daarvan adelijk opening te geven aan den dagelijkschen regter.

106. Wanneer de schutterijen in gewone tijden met de ^ütairen gecombineerden dienst doen, zullen de straffen in ■J11 reglement bepaald, worden verdubbeld voor zoo verre dezelve daarvoor vatbaar zijn.

l07» De auditeur door den chef van het korps kennis