Art 66.

''Boel-ing der aangifte < ri bewijs deswege,

"De aangiften der azijnhrouwers en azijnmakers, bij art 55i 64 en t' de «er w> I ï'i-spccttve'jjk gevorder i, zullen moeten gedaan worden in schrift, op een register met strooken of «lubbelen , en berustende ten kantore der ambtenaren van da indiVtcte belastineen , hiertoe gecommitteerd of aangewezen.

Na de eerst gedane aangifte , zai de azijnbrouwer zich bij de volgende kunnen bepalen tot de eerste en negen laatst» artikelen, en de azijnmaker tot de eerste en vijf laats re artikelen der aangifte, bij de opgemt 1de55ste, 64steen Gjs e artikelen voorgeschreven.

Het origineel, geteekend door den azijnbrouwer of azijnmaker of deszelfs procuratiehouder, zal in het register moeten vei b1 ij ven , en het dubbel, genummerd als hetbiljetten principale , en geteekend door dc ambtenaren uit het register p sneden en aan den belanghebbenden tot zijne verantwoording ter hand gesteld worden, zonder eenige kosten.

Art. 67.

Aangifte der lunst-azijnmalers.

De kunst-azijn - of ro; ij n-azijnmakers hunne werkzaamheden voor de eerste reis aanvangende, zullen gehouden wezen deswege aangifte te doen aan den liiertoe gesteïden ambtenaar "" der indirecte belastingen , waaronder hunne azijnmakerij ressorterende is.

• eze aangifte } v:eïke schrittelijk zal moeten geschieden dooi- den kunst - azijnmaker of deszelfs procuratiehouder, zal moeten behelzen:

1. dc plaats en dagleekening ;

2. den naam of de firma des aangevers;

5. de azijnmakerij, derzelver merk of andere kenteekenende omschrijvingen;

4.o het tijdstip van den aanvang der werkzaamheden;

£/> de nummers der kuipen, bestemd T0»r de aanstaande

fabrikagie. _

Ai t. 6o«