of watervloed , zal door de administratie der indirecte belastingen op de voldoende bewijzen, die daarvan zullen zijn overgelegd, een aanzienlijker afslag en des noods geheel® kwijtschelding op het verschuldigde van den contribuabelen "wegens deze belasting, kunnen worden toegestaan.

Gene afschrijving of restitutie van impost wegens uitvoer Van turf naar buiten 'slands, zal kunnen plaats hebben.

Art. 38.

Door wien en aan wien de impost moet worden betaald.

Deze impost zal worden betaald door den genen, optwien^ naam het consent - biljet, tot het verveenen of het afgraven of uitsteken van turf, in art. 8 dezer wet vermeld, zal zijn afgegeven, aan den ontvanger, die het quotisatie-biljet bij art. 25 omschreven, heeft uitgereikt.

Art. 29.

JVanneer de impost zal moeten worden betaald.

Het geheel beloop van den impost, die iemand wegens zijnen gebaggerden, gegravenen of gestokenen turf over het saizoen van verveening of afgraving van ieder jaar is verschuldigd geworden, zal moeten worden betaald in den loop ■van het eerst daaropvolgend jaar, in dc hierna gemelde termijnen, als:

Een tiende gedeelte vóór ultimo Januari.

Een tiende gedeelte vóór ultimo Februari.

Een vijfde gedeelte vóór ultimo Mei.

Een vijfde gedeelte vóór ultimo Juni.

Een vijfde gedeelte vóór ultimo October.

Een vijfde gedeelte vóór ultimo November.

/

Blijvende het echter aan een ieder vrij en onverlet om zija Verschuldigde» impost, ook in andere dan de hiervoreu *

ge-.