Art. 26.

Oene goederen hoegenaamd zullen mogen worden geladen in de bij het voorgaand artikel gemelde schepen o m liters, die slechts voor een gedeelte gelost zijn en nog een eedeelte der lading, hetwelk moet g,lost worden, inbebben ten zij met schriftelijke permissie van d n eersten ambtenaar in Loco, op pene van confiscatie der nigcnomene goederen en eene boete van drie hondeid guldens , ten laste van den schipper.

Art. 27.

Na gedane aangifte der goederen, zullen aan de aangevers tot het laden van uitgaande goederen, pespoo t , eu tot het lossen van inkomende goederen lot* ■ 'U r, inkomende paspoorten worden afgegeven , woorde^ overeenkomende met de opgave bij do bil) tten van ■ ving of bij de volgbrieven gedaan; en zullen alle gaa, , zoo vau de goederen, maten en gewigten, als van de v de, in de dokumenten duidelijk en lees;.aar moeten word ca geschreven, met woorden en met met cijfers, op ee.-.e boete van vijf-en-twintig guldens bij de respect.ye ambtenaren te verbeuren voor elk dokument, anders verleend.

Op kantoren alwaar, beliahe den ontvanger, nog andeie beambten zijn, zullen de paspoorten en loscedullen dooi een der laatsten mede moeten worden onderteekend, doch indien 'er geen ander ambtenaar present is, zal deontvangei vo gaan , en op de paspoorten en loscedullen aanteekenen, dat er geen ander beambte present \Nas»

Art. 28.

De loscedullen voor de uit zee inkomende goederen ziillen niet mogen gegeven worden, wanneer het biljet, waaiop de Cnman de lossing verzoeken zal, niet overeenkomt met de generale verklaring van de schippers 5 zullende de aaugevei in dat geval moeten gehoord worden.

Art. 29.

Even als ook geene loscedullen of paspoorten zullen mogen worden verleend op biljetten, cogcnschijnlijk tenderend^om