istcn Mei 1820 regt en bevoegdheid tot het bekomen Van actiën geven en behouden, en daarna alleen tegen restitutie van de gelden daarop gefurneerd, zonder eenige bijvoeging van uitdeeling of interest, worden ingetrokken, met uitzondering der 5 pC'. bij de inteekening betaald.

VIII. Bij nalatigheid van furnissement der termijnen van betaling zullen de inteekeningen, waar over dezelve waren verschuldigd, worden gehouden voor vervallen met verbeurte van de 5 pCt. bij de inteekening gefurneerd, en zal hetgeen overigens op de recepissen reeds mogt zijn betaald, tegen intrekking van dezelve worden gerestitueerd, zonder eenige bijvoeging of vergoeding.

IX. De nieuwe op naam gestelde actiën zullen van den i5ien. April 1820, aan de deelnemers worden afgegeven, tegen intrekking van de recepissen voor de furnissementen, uitgegeven, en bij die intrekking aan de houders van dezelve recipissen worden uitbetaald, hun proportioneel respectif aandeel in hetdevidend, of de uitdeeling over het boekjaar eindigende 3i Maart 1820, naar gelang van de volle maanden sedert ieder furnissement, en prorato van het gefurlieerde, verloopen, tot den 3i5ten Maart 1820, toe.

X. President en Directeuren van de NederlandscheBank