vaartuigen mede door een beëedigd ijkmeester, me: zijn bijzonder merk en dat . van vrijstelling,, moeten worden gebrand; zullen vóór dat die branding plaats hebbe, de-schuit of het vaartuig voorzien worden met een kennelijk ceeken als stads modderschuit of noodschuit van N. N. ; enz., om de bestemming van dezelve aan te toonen.

3*. Dat de schepen , schuiten , vaartuigen en vlotten, bij de 4de, 6de, 7de en 8ste §§ van art. 20 vermeld,.op gelijke wijze, van een kennelijk opschrift worden voorzien , als: Landbouwsckuit van N. N.; Fabrijkschuit van N. N.; Fischschuit van N. N.; of 'Schip van

de Schipbrug, te ten einde de bestemming

van dezelve daaruit evidentelijk blijke, en dat ook op deze schepen, schuiten of vaartuigen, door een beëedigd ijkmeester, zijn bijzonder merk en dat van vrijstelling worde gesteld.

<22. Met uitzondering van de jagten en vaartuigen, behoorende aan de onderscheidene departementen van algemeen bestuur, zullen de schepen, schuiten en vaartuigen, welke van het tonnengeld zijn vrijgesteld, en mitsdien even zeer die der eerste klasse, bij art. 10 opgesteld, als die van de vierde, vijfde en zesde klassen, in geen geval tot eenige andere oogmerken mogen worden gebruikt, dan tot die, waardoor dezelve het regt van vrijstelling hebben verkregen: en zal alle ander gebruik of het varen met dezelve van eenige andere vrachten, als waartoe de vrijstelling betrekkelijk is, beschouwd en gestraft worden als fraude.

Dezelfde bepaling zal ook gelden ten aanzien van de te koop

liggende schepen.

Wanneer de eigenaars, schippers of directie voerenden aan zoodanige schepen, schuiten en vaartuigen, eene andere bestem-