Gezien Ons besluit van den 2psten maart 1817 (staatsblad

n°. 15.) 5

\

Op het rapport van Onzen Minister van Binnenlaodsche Zaken, van29 Maart 1819, D' 72\

N'. 1.

Den Raad van State gehoord;

Hebben besloten en besluiten:

Art. ï. De nieuwe gewigten, tot algemeen gebruik der ingezetenen bestemd, te weten het Nederlandsche pond (kilogramme) en deszelfs veelvouden en onderdeelen, zullen, of uit koper of uit ijzer (mits uit ijzer geen stukken ligter dan één Nederlandsch pond ) of voor dezulken die het mogten begeeren, uit klokmetaal worden vervaardigd.

Aan alle neringdoende lieden wordt verboden gewigten, uit andere stoffen gemaakt, te gebruiken, en aan ijkers, dezelvè te ijken.

2. De gewigten zullen zijn stukken van 1, 2, 3,4 en meerdere Nederlandsche ponden, naar verkiezing van een ieder die zich gewigten wil aanschaffen, doch er zal geen stuk boven het gewigt van vijftig Nederlandsche pondén vervaar- » digd worden.

3. Al die gewigten zullen echter uit een vol getal Nederlandsche ponden moeten, en geenszins uit één of meerdere deigelijice ponden, en daarenboven uit eenle onderdeelen van het gemelde pond mogen bestaan; de gewigten om volle zakken Nederlandsche munten te wegen, en waarvan in art. 31 zal gesproken worden, uitgezonderd,

4. De