26. Wanneer bij den aanpeil de voorraad minder dan bet saldo der rekening van den scli.TlpIigtigen bedraagt, en zijn vermis geen tiende van bet geheel beloopt, zal de accijns van bet ontbrekende, dadelijk in kontanten worden betaald.

Voor zoo ver het vermis een tiende of meer bedraagt, zal de handelaar verbeuren eene boete, gelijkstaande met den tiendubbelen accijns op het vermis, onverminderd de bijbetaling van den accijus voor de ondermaat, en de kosten der weging voor <de geheele partij.

27. Wanneer de schatpligtige , bij verschil in den aanpeil, de weging mogt vorderen, zullen de kosten derzelve voor zijne rekening komen, wanneer de over- of ondermaat, een vijftigste of meerder bedraagt.

28. De suiker welke van de eene plaats van het Rijk naar de andere over vreemd grondgebied gebragt wordt, zal niet mogen worden vervoerd in eene mindere hoeveelheid dan van vijf honderd ponden.

29. Onverminderd de termijnen van crediet aan de handelaars voor de door hun ingevoerd wordende suiker toegestaan, zal er ook nog eene rekening met de handelaars, die zich met den uitvoer van geraffineerde suiker, herkomstig van de