echtgenooten , te wiens behoeve dezelve beloofd waren.

27. De kinderen zullen verblijven bij, den geen der echtgenooten op wiens verzoek de echtscheiding is uitgesproken.

Niettemin zal de regtbank, op de voordragt van het openbaar ministerie, gedaan, hetzij ambtshalve, hetzij ten verzoeke van een of meer bloedverwanten tot den graad van vollen neef ingesloten, in het bijzonder belang der kinderen , kunnen bevelen , dat allen of eenige hunner aan den anderen echtgenoot of aan eenen derden persoon zullen worden toevertrouwd.

Ingeval van overlijden van den geen, aan wen de kinderen waren toevertrouwd, zal de regtbank daartoe, op de wijze hierboven omschreven, eenen anderen persoon kunnen benoemen.

28. De Vader en moeder behouden de regten , welke uit de ouderlijke magt of de voogdij voortspruiten.

Wie ook de persoon zij, aan wien de kinderen zijn toevertrouwd, behouden de beide ouders de bevoegdheid, om voor hun onderhoud en opvoeding te waken, en zullen daartoe naar evenredigheid van hun vermogen moeten bijdragen.

.29. De ontbinding des huwelijks door echtscheiding, zal de kinderen uit dat huwelijk geboren , van geene