om zich eenige andere beschikking te veroorloven met opzigt tot de in de kerken geplaatste voorwerpen van kunst of geschiedkundige gedenkstukken , van welken aard die ook zouden mogen zijn, voor zoo verre zij niet toebehooren aan bijzondere genootschappen of bijzondere personen.

Onze Ministers van Justitie, en van Binnenlandsche Zaken, Onderwijs eni Waterstaat, mitsgaders dc Directeur— Generaal voor de Zaken van den Roomsch Katholieken , en van den Hervormden Eeredienst, zijn belast met de uitvoering van het tegenwoordig besluit , het welk in het staatsblad zal worden geplaatst.

Gegeven te 's Gravenhage, den 16den Augustus des jaars i824, en van Onze regering het elfde.

WILLEM.

Van wege den Koning,

J. G. DE MEY VAN STREEFKERK.

Uitgegeven den drie en twingtigsten Augustus ï824.

De Secretaris van Slaat,

3. G. DE MEY VAN STREEFKERK.