STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

Wij WI L H E L M I N A, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Ministers van Verkeer en Waterstaat en van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen van 15 October 1947, no. 68815 Z, Directoraat-Generaal van Scheepvaart/No. 18558, Afdeling Nijverheidsonderwijs;

Gelet op Ons besluit van de 15e October 1937 (Staatsblad no. 579 C) zoals dit sedertdien is gewijzigd;

Overwegende, dat het wenselijk is de tarieven der examengelden voor stuurlieden te verhogen;

De Raad van State gehoord (advies van 25 November 1947, No. 23);

Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Ministers van 9 December 1947, No. 96926 Z, Directoraat-Generaal van Scheepvaart/No. 32001, Afdeling Nijverheidsonderwijs;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel I

Het tweede lid van artikel 6 van het reglement voor de stuurliedenexamens wordt gelezen als volgt:

2. De gegadigde moet voor de aanmelding voor het examgn op de postrekening van de commissie storten of overschrijven:

voor het examen ter verkrijging van een diploma als:

derde stuurman voor de grote handelsvaart ƒ 15,—

tweede stuurman voor de grote handelsvaart 22,50

eerste stuurman voor de grote handelsvaart 30,—

stuurman voor de kleine handelsvaart 15,—

stuurman voor de beperkte kleine handelsvaart 7,50

stuurman voor de grote sleepvaart 15,—

stuurman voor de kustsleepvaart 7,50

BE SZjUI T van 5 Januari 1948 tot verhoging van de tarieven der examengelden voor stuurlieden, vastgesteld bij het Reglement voor de stuurliedenexamens, Staatsblad 1937, No. 579 C.

(No. I 4)