§ 46. Artikel 152 wordt gelezen als volgt:

„Art. 152.

1. Geldleningen ten name en ten laste van Curacao kunnen niet worden aangegaan dan krachtens landsverordening.

2. Indien plaatsing van een geldlening als bedoeld in het eerste lid buiten Curajao wordt gezocht, behoeft de landsverordening om te kunnen werken goedkeuring bij de wet."

§ 46a. In artikel 154 wordt in plaats van „wet" gelezen „landsverordening".

§ 47. Het Negende Hoofdstuk wordt gelezen als volgt:

„NEGENDE HOOFDSTUK.

Van de defensie.

Art. 155.

1. Alle in Curacao woonachtige Nederlandse onderdanen zijn verplicht, indien zij daartoe in staat zijn, mede te werken tot de verdediging van Curafao tegen aanranding van buiten en tot bewaring der inwendige rust en veiligheid. Ook aan ingezetenen, niet-Nederlandse onderdanen, kan die plicht opgelegd worden.

2. Bij landsverordening wordt de verplichte krijgsdienst geregeld. De landsverordening regelt tevens de verplichtingen die aan hen, die niet tot de gewapende macht behoren, ten aanzien van de verdediging van Curaipao opgelegd kunnen worden.

3. Bij landsverordening worden de voorwaarden genoemd, waarop wegens ernstige gewetensbezwaren vrijstelling van de krijgsdienst wordt verleend.

4. Bij landsverordening kunnen regelen gesteld worden nopens de erkenning van weerbaarheidskorpsen van vrijwilligers en de gevolgen daarvan, alsmede de voorwaarden voor hen, die een vrijwillig dienstverband bij de gewapende macht wensen aan te gaan.

Art. 155a.

Wanneer in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden de dienstplichtigen die niet in werkelijke dienst zijn, door de Gouverneur geheel of gedeeltelijk buitengewoon onder de wapenen worden geroepen, wordt onverwijld een ontwerplandsverordening bij de Staten ingediend, om het onder de wapenen blijven van dienstplichtigen zoveel nodig te bepalen.

Art. 156.

1. Ter handhaving van de uit- of inwendige veiligheid kan door de Gouverneur elk gedeelte van het grondgebied van Curacao in staat van oorlog of in staat van beleg verklaard worden. De landsverordening bepaalt de wijze waarop en de gevallen waarin zulks