Laten wij nog eens napraten over het bezoek van Lady B.P.

Daar komen zij dan allemaal die nog iets te vertellen hebben over het bezoek van Lady Baden Powell. Een D.C. uit Vlissingen en een uit Den Haag; twee leidsters uit Zutphen, pioniers van het Tikamthi en Walraven vendel in Amsterdam, pioniers van de groep Vlissingen, van de Lichttorens uit Eindhoven en de Beatrix groep uit den Bosch; padvindsters van de Klimop uit Laren, de Vogelwikke Uit Rotterdam, de Vergeetmenieten uit Zutphen, het Zonnevende! uit Eindhoven, het vendel Ridderzwam uit Groningen; een waterpadvindster uit Utrecht en een oud-padvindster uit Amsterdam. Ook rijdt er een blauwe vogel van het Klaverblad gilde binnen. Twed wijst iedereen een plaatsje inde kring en stelt voor samen de heele reis nog eens na te gaan, iedereen kan dan van haar eigen belevenissen vertellen. Maar wat vervelend, nu zijn er districten zooals Zwolle, Emmen, Hengelo, die niet vertegenwoordigd zijn, hoe hooren we daar iets van? Weet je wat, we vragen Veedim hier, die is overal bij geweest. Hoera, daar is Veedim! Plechtig opent zij deze Pow-wow met de volgende woorden; Wij bedanken de Chiel Guide voor haar bezoek. Wij beloven haar nog meer dan ooit ons best te doen een goed padvindster te zijn. En namens het hooidkwatliet bedank ik alle padvindsters voor hun medewerking tijdens het bezoek. Het begon dan op Schiphol, waar Indische pioniers inde douaneloods koffie serveerden (diezelfde pioniers ~de Stormvogels", waarover je kunt lezen in dit nummer). Daarna stapte Lady Baden Powell, met haar „equippe" zooals ze hen noemde, bestaande uit haar vriendin Mrs. Hill (de G.C. van Worcestershire) Veedim, Tes en Hino inde auto waarmee ze die tien dagen zou rondrijden, en het gejuich van de haag van padvindsters en verkenners, het salueeren, het vroolijke gewuif, het blijde erkennen, dat al dien tijd zou voortduren, begon. Op . den Dam de vlaggeparade, neen daar praten we nu niet meer over, evenmin als over de boerendansen, want die twee dingen heeft lederen wel érgens gezien. Het is veel leuker andere, niet zoo algemeene dingen te hooren. De pioniers die Lady Baden Powell in het Victoria hotel mochten bedienen en op haar kamer helpen, vertellen: „Toen ik klopte riep een vroolijke stem „Come in '. Een beetje beschroomd ging ik naar binnen. Lady B. P. was vol belangstelling voor mijn waterpadvindsters uniform. Terwijl zij haar haar kamde, vertelde zij, druk gesticuleerend, dat zij al sinds half zes op was, naar de kerkwas geweest, in Praag 5000 p.v.'s geïnspecteerd had en ongeveer om 9 uur naar Holland vertrokken was. Zij wilde niet met de lift naar beneden en al loopend pakte zij mijn hand en vroeg mij alles omtrent de padvinderij hier, nu, en tijdens den oorlog". Voor het diner 's middags in Amsterdamwas de tafel dooreen Blauwe Vogel keurig versierd met donkerroode chrysantjes van de afdeeling Aalsmeer. Van Amsterdam ging het naar Bussum, het Vembo vendel seinde met vlaggen zijn spreuk in het Engelsch vertaald aan de Chief Guide toe; „Faith and courage bring victory". Inderdaad! Inde manége (die diende als groentenopslagplaats en die na een ontzaggelijke dagenlange schoonmaakbeurt een feestelijk versierde zaal werd) gebruikte Lady Baden Powell met de leidsters de lunch op de tribune, terwijl de padvindsters en kabouters in 't zand gezeten, hun boterhammen opaten en door allerlei liedjes de „muziek aan tafel" verschaften. Wat een heerlijke gerechten (bami, flensjes) hadden de pioniers gekookt en hoe echt padvindsterachtig was de tafel versierd met blauwe schildjes waarop witte cactus dahlia's als onze ster, en papieren servetjes met kabouter emblemen. In Hilversum had de Chief veel plezier om de insigne-optocht, allemaal fietsen die zoo versierd of aangekleed waren dat ze duidelijk een insigne vertoonden: paardrijden, hoeden maken, handig meisje, kampeeren, schaatsenrijden, ziekenverpleging en wat niet al. Zooals overal elders begroette Lady B. P. de blauwe vogels die mee opgesteld stonden, elk persoonlijk. „Het was alsof wij elkaar al eens eerder gezien hadden en zij vroeg mij hoe het ging. Ik zal dat oogenblik niet gauw vergeten", vertelt het lid van het Klaverblad gilde. In Utrecht roffelde de band van de Verkenners op het Dom-

plein en als een groote blauwe stroom trokken de padvindsters onder de Domtoren door. Het carillon speelde padvindstersliederen, even kwam de zon door en voor de gasten op de tribune was het een inrukwekkend schouwspel. De padvindsters, de verkenners en zelfs de kabouters stonden keurig stil, toen Lady B. P. hen toesprak en zooals in alle gewesten deelde zij ook hier de oranje oorlogsjaarblaadjes uit. De derde dag was Soestdijk aan de beurt. {Twee leidsters in de Achterhoek staan in alle vroegte op, de tachtig kilometer afstand is geen bezwaar, ze zullen wel liften en loopen als het moet, ze willen en zullen de ontmoeting van hun beschermvrouwe met hun Chief Guide zien. En ze komen er!) De blauwe vogels van het Zonnestraal vendel zongen en Lady Baden Powell deed enthousiast een liedje met gebaren mee. De kabouter die het best Engelsch spreekt mocht haar een plakboek aanbieden, pas later aan de lunch merkte Lady B. P. dat die kabouter op het Paleis Soestdijk woont, 's Middags via Harderwijk naar het Loo. H. M. de Koningin heeft de hooge padvindsters bijna een uur op bezoek gehad. Lady B. P. mocht naast Haar op de canapé zitten en vertellen over de padvindstersbeweging. In Zwolle was met alle macht een loods van Werkspoor voor het kampvuur versierd, de weg in het donker er naar toe liep dooreen lange, lange eerewacht van kabouters met eigengemaakte brandende lampions. Er werd aan het kampvuur voortreffelijk gezongen. Nergens leefde de bevolking zoo met het bezoek van Lady B. P. mee als in het Noorden. In Meppel werd huis aan huis gevlagd. In Groningen was de Korenbeurs haast te klein om alle padvindsters en kabouters te bevatten. Tusschen de pilaren langs de kant hadden de padvindsters stands ingericht, de eene beeldde een veenderij uit, de andere een Friesche boerderij, of kaasmakerij, weer anderen lieten eigengemaakte handwerken of paddestoelen en andere natuurproducten zien, In Emmen is de padvinderij zoowel die voor jongens als die voor meisjes pas na de oorlog opgericht en ze hebben het meeste alleen uit boekjes moeten leeren. Maar het was er puik in orde en er was een Drentsche koffietafel met kraantjes koffiekannen, klonten en stoeten. Den volgenden dag in Hengelo werden volksdansen in nationaal costuum uitgevoerd en 's avonds draaide er een folkloristische film, waarbij de padvindsters door zang voor de muzikale illustratie zorgden. Vrijdag s eerst een kort bezoek aan de padvindsters van Zutphen en omstreken die Lady B. P. genoegelijk als op een opkomst inden tuin van een gehavende buitenplaats ontvingen. Kabouters hadden L.O.H. van wilde kastanjes gelegd. In Arnhem, dat voor iedere Engelsche zooveel tragische herinneringen wakker roept werd Lady B. P. door de Commissaris van de Koningin heel hartelijk toegesproken. Duizenden en duizenden welpen, kabouters en padvindsters defileerden stijf en plechtig. Ze wisten zeker niet dat ze gerust mochten lachen en juichen en zwaaien, zooals dat zoo plezierig in alle andere plaatsen gebeurde. Over Nijmegen naar den Bosch, waar het juist begon te regenen toen Lady Baden Powell haar toespraak hield. De padvindsters bleven staan alsof er geen druppel viel, maar Lady B. P. riep bezorgd „gauw de jassen aan". Zoo was zij de heele reis vol zorgen of de kabouters het niet koud kregen, of de padvindsters niet te lang stonden, of ze geen natte voeten kregen in het gras. Dat viel iedereen op.'

Lady Baden Powell probeert de kleppers die (foto: Henning) zij van de Middelburgsche kabouters kreeg.

4