ben ik eveneens verschuldigd aan het bestuur van het Alpiene Museum te Bern, die ons, door tusschenkomst van den heer C. Montandon een collectie koper-cliché’s ter beschikking stelde; en aan de directie der Jungfraubahn die zeer fraaie afbeeldingen van het Oberland zond.

Ook voor de toekomst blijf ik mij bij heeren amateur-fotografen voor hunne medewerking aanbevelen, speciaal voor foto’s van de Montblanc-groep, waarover het volgende Jaarboek zal verschijnen. Hierbij zij opgemerkt, dat wij geen negatieven, doch alleen contrastrijke, op glanzend papier afgedrukte foto’s kunnen gebruiken (hetzij opgeplakt of onopgeplaktj.

Zooals de lezer zal opmerken is slechts uit de allerbeste fotografieën een keuze gedaan, waardoor dit werk ongetwijfeld in waarde is gestegen. Maar met een passend gevoel van eigenwaarde kunnen wij ook constateeren, dat ditmaal het Jaarboek slechts uit oorspronkelijke stukken is samengesteld, die nimmer elders zijn verschenen. Ook hierdoor zijn wij een schrede voorwaarts gegaan op den goeden weg. Het is een alleszins billijke eisch, die voor Jaarboek en Mededeelingen gesteld mag worden, en waaraan de redactie zich in het vervolg strikt zal houden. Het gehalte van onze uitgaven zal daardoor stijgen, waardoor wij mogen veronderstellen, dat diegenen onder ons, die met vaardigheid de pen hanteeren, met meer genoegen hunne medewerking zullen verleenen.

Voor opmerkingen en wenken de samenstelling onzer jaarboeken betreffende blijf ik mij gaarne aanbevolen houden.

Voordat ik dit inleidend woord eindig, wil ik Mr. H. J. Knottenbelt dank zeggen, voor de hulp mij verleend bij de behandeling der proeven, sinds ik naar Genève ben vertrokken. Mijn tochtgenoot zal wel tot de gevolgtrekking zijn gekomen, dat het aangenamer is, de stof voor de opstellen te verzamelen, dan de fouten in de drukproeven er van, te corrigeeren.

Moge dit werkje velen ten dienste zijn.

ph. c. visser.

Genève, Juni 1913.