bolsjewisme ook van de academische jeugd te waarborgen en anderzijds te zorgen voor een toereikend aantal studenten in de toekomst. Numerus clausus.

De verordening bepaalt, dat de secretaris-generaal van het Dept. van 0., W. en K. al naar de omstandigheden vereischen, maximum-aantallen der studeerenden vaststelt (numerus clausus). Voorts bepaalt de verordening, dat elke studeerende, die na het in werking treden van de verordening zijn studie met succes heeft volbracht, verplicht is een bepaalden tijd in het bestek van den ~Arbeitseinsatz” te werken. De bijzonderheden hiervan worden vastgesteld door de secretarissen-generaal van het Dept. van Sociale Zaken en van het Dept. van 0., W. en K. Zij kunn'en ook uitzonderingen toelaten. Dergelijke uitzonderingen zullen b.v. gemaakt worden voor de vrouwelijke studenten.

Tevens zal de secretaris-generaal van het Dept. van 0., W. en K. in overleg met den Leider en met toestemming van den Rijkscommissaris een verordening uitvaardigen, volgens welke aan de president-curatoren der rijksuniversiteiten en hoogescholen de zorg wordt opgelegd, dat de aan deze inrichtingen werkzame personen zich zullen onthouden van alle handelingen en uitlatingen, die in de telkens gegeven omstandigheden een gevaar beteekenen voor de openbare orde aan- de genoemde inrichtingen. Derhalve worden hun ook bepaalde disciplinaire rechten tegenover door hen zelf benoemde personen gegeven.

Voorts bepaalt de verordening, dat alleen diegenen aan een universiteit of hoogeschool kunnen studeeren (ook aan een universiteit of hoogeschool, die geen rijksinstelling is), die een plechtige verklaring van loyauteit onderteekenen. In deze verklaring verplichten zij zich, zich naar eer en geweten te houden aan de in' het bezette Nederlandsche gebied geldende wetten, verordeningen en andere voorsbhriften en zich te onthouden van elke tegen het Duitsche Rijk. de Duitsche weermacht of de Nederlandsche autoriteiten gerichte handelingen en uitlatingen, alsmede van alle handelingen en uitlatingen, die in de telkens gegeven omstandigheden een gevaar beteekenen voor de openbare orde aan de universiteiten en hoogescholen. Tenslotte geeft de verordening den rectoren het recht studeerenden wegens een ernstige overtreding van de orde of ingeval van ernstig wangedrag den toegang tot alle universiteiten en hoogescholen voor maximum een jaar tijds te ontzeggen. De verordeningen hebben kennelijk ten doel, de rust en orde te herstellen aan de universiteiten, die den laatsten tijd herhaalde malen gestoord is en tevens den ernstig studeerenden de ongehinderde beoefening der studie mogelijk te maken.

Naar wij hiertoe nog vernemen, heeft de Rijkscommissaris op verzoek van den Leider en van secretaris-generaal Van Dam voorts besloten de studenten, die de laatste weken zijn gearresteerd, in vrijheid te stellen. Alleen de gearresteerde studenten van de Technische Hoogeschool van Delft moeten om politieele redenen van veiligheid voorloopig nog in' hechtenis blijven. Het zal In het belang zijn van de Ned. academische jeugd, dat professoren en stufïfentën eerlijk medewerken aan de vervulling der eigenlijke taak van de universiteiten, opdat aan de ernstig studeerenden de ongestoorde beoefening van de studie gewaarborgd kan zijn.

TOELICHTING VAN DEN SECRETARIS- GENERAAL

De secretaris-generaal van het Dept. van 0., W. en K. deelt het volgende mede:

De heden verschenen verordeningen over het hooger onderwijs geven klaarheid in een aantal vragen, die door de studenten bij herhaling worden gesteld. Zij voegen aan de voorwaarden voor de sftidie een drietal toe, De verordening van den Rijkscommissaris bevat twee belangrijke bepalingen, nl. de instelling van een numerüs clausus en de verplichting tot het verrichten van arbeid nk het voltooien van de studie. Deze bepalingen dient men niet inde eerste plaats te zien als aan het hoo-

ger onderwijs opgelegde beperkingen, maar veeleer als maatregelen, die benogen, ook onder de tegenwoordige ernstige oorlogsomstandigheden de universiteiten en hoogescholen ten bate van ons volk ongehinderd te doen functioneeren. Immers, wel zal de student, gelijk iedere jonge Nederlander, onderworpen worden aan den plicht om in het kader van den oorlog te werken, maar hij zal dat pas behoeven te doen aan het eind van zijn studie, en dan voor een bepaalden tijd en in zijn eigen vak. Wel zal odk het aantal studenten worden beperkt, maar wie tot de studie wordt toegelaten, krijgt daarmede de zekerheid dat hij zijn studie, mits binnen niet buitensporig langen tijd, zal kunnen voltooien. Daarmede is dus de toekomst van het hooger onderwijs in Nederland beveiligd en worden aan ons volk nieuwe generaties van academisch gevormden verzekerd. Voor allen, die weten, wat dit voor een volk beteekent, moet dat een reden tot verheugenis zijn. Over den omvang van den numerus clausus kan ik mededeelen, dat deze zal worden bepaald naar gelang van de behoeften van de maatschappij rekening houdende met de huidige ernstige oorlogsomstandigheden. Zooveel mogelijk zullen de belangen der thans reeds studeerenden worden behartigd. De voor de maatschappij volstrekt onontbeerlijke studies, als die voor arts of ingenieur, zullen uit den aard der zaak het minst aan beperking onderhevig zijn. De tewerkstelling der academisch gevormden behoeft niet persé in Duitschland, doch kan ook in Nederland zelf plaats vinden, ja het departement kSn in bepaalde omstandigheden zelfs er van vrijstellen, o.a. als het noodig blijkt, jonge krachten voor het academisch werk, b.v. voor assistentspiaatsen, te reserveeren. Ais duur van de tewerkstelling wordt op dit oogenblik aan een periode van één jaar gedacht.

Ten aanzien van de meisjesstudenten zuilen op dit oogenblik beide bovengenoemde maatregelen niet gelden. Wat later, in verband met de toekomstige ontwikkeling zal worden bepaald, kan thans natuurlijk niet worden voorspeld.

De verordening, die van het ment zelf uitgaat, bevat de derde van* de in, den aanhef dezer aangeduide voorwaarden, n.l. de onderteekening van een loyaliteitsverklaring door ieder, die zich telkenjare voor inschrijving aan de universiteiten en hoogescholen aanmeldt. Het bewijs van inschrijving zal dan

voortaan tevens het bewijs zijn, dat genoemde verklaring is onderteekend. Zij is zoo gesteld, dat zij niets bevat, dat in een bezet ‘gebied t.o.v. verschillende categorieën van staatsburgers niet kan worden verlangd, terwijl deze op hun beurt, van goeden wille zijnde, dezen eisch kunnen accepteeren. Zij wijkt in beginsel niet af van verklaringen, die reeds aan andere groepen der bevolking werden voorgelegd.

Bij wijze van overgangsmaatregel wordt thans halverwege het academische jaar onderteekening van de verklaring door alle ingeschrevenen verlangd. Hiertoe zal binnenkort ten bureele van de rectores magnifici de gelegenheid worden geboden. Daarna zal, uitsluitend voor diegenen, die dit hebben gedaan, academisch onderwijs volledig worden hervat. Wie niet wenscht te teekedus niet verschijnt, kan door het departement niet langer als student worden aangemerkt, verliest het privilege, dat hem bij besluit van de secretarissengeneraal van de departementen van Sociale Zaken en van Justitie van 20 Februari 1942 (1942/15) is toegekend en kan voor de tewerkstelling worden opgeroe-

Het artikel betreffende de loyaliteitsverklaring bevat tevens eenige bepalingen, die een wijziging inhouden van mijn besluit no. 62/1941 betreffende de handhaving der orde en tucht onder de studenten. De bevoegdheid en verantwoordelijkheid van den rector-magnificus wordt vergroot; beroepsinstantie is thans onmiddellijk, niet eerst via het college van rector en assessoren, de secretaris-generaal.

Tenslotte bevat artikel 1 van mijn verordening eenlge bepalingen betreffende de ambtenaren en arbeidscontractanten bij de rijksuniversiteiten en -hoogescholen. Zij sluiten aan bij de reeds gevolgde practijk, wann-eer een ambtenaar of arbeidscontractant op grond van art. 80 van het algemeen rijksambtenarenreglement of artikel 53 van het arbeidsovereenkomstenbesluit moest worden gestraft. De bevoegdheden van den president-curator worden hier iets uitgebreid.

Dept. van 0., W. en K. zal de regels, volgens welke de verordening van den Rijkscommissaris moet worden toegepast, zoo spoedig mogelijk in de universileiten en hoogescholen bekend maken, opdat een ieder wete, waaraan hij toe is.

B2IIII!!!

Voor een goeden gang van zaken verzoek ik onze leden: I.

a. Bij verhuizing direct het nieuwe adres aan ons Secretariaat op te geven. b. De verschuldigde contributie op tijd en slechts op onze postrekening 412184 ten name van het Opvoedersgilde of per postwissel ten name van den wnd. secretaris van het Opvoedersgilde, J. Hettema, Jozef Israëlslaan 46 te ’s-Gravenhage te storten.

c. Bij beantwoording van brieven steeds datum en nummer van het schrijven te vermelden en te adresseeren aan het Secretariaat van het Opvoedersgilde, Jozef Israëlslaan 46 te ’s-Gravenhage, zónder vermelding van persoonsnamen. 11.

Bij het nazien van onze boeken is het mij gebleken, dat er nog vele kameraden zijn, die hun bijdrage over 1943 nog niet op onze rekening gestort hebben. Ook zijn er zelfs nog leden, die een veel grootere contributieschuld hebben. Dat gaat zoo niet, kameraden! Wanneer wij aan onze verplichtingen willen voldoen, moeten wij geregeld onze bijdragen ont- Daarom heb ik het volgende bepaald: Met ingang van den 15den April a.s.

worden de leden, die hun contributie over 1943 of het eerste halfjaar daarvan nog niet hebben voldaan, aangeschreven en verzocht het bedrag met verhooging van f 0.10 onkosten binnen veertien dagen op onze rekening te storten. Na dezen tijd zullen wij per postkwitantie, onder verhooging van onkosten, over het bedrag beschikken. Wie ook dan nog in gebreke blijft wordt van de ledenlijst van het Opvoedersgilde afgevoerd.

Hun, die hun contributie, over 1943 nog niet betaald hebben verzoek ik, ter besparing van veel onnoodig werk en nuttelooze kosten hun bijdrage over dit tijdvak voor 15 April a.s. op onze girorekening 412184 ten name van het Opvoedersgilde te storten. Daarna wordt op bovenomschreven wijze gehandeld.

De leden, die ook over 1942 nog niet betaald hebben, worden met ingang van heden aangeschreven en verzocht dit bedrag. binnen veertien dagen te voldoen. Daarna innen wij per postkwitantie. Ik twijfel er niet aan. of wij zullen hierbij op de medewerking van onze leden kunnen rekenen. De wnd. Secretaris van het Opvoedersgilde, J. HETTEMA.