I. Steen, Cement, Glas en Keramiek ... i.aTV.ortT P.Hplm^taal
2. Diamant en Edelmetaal 3. Grafische en Papierverwerkende Bedrijven
4, Bouwnijverheid
4. 5. Chemische Industrie
6. Houtbewerking
7. Textiel en Kleeding
8. Leder en Rubber
10. Metaal 12. Voedings- en Genotmiddelen
13. Papiermakerij 14. Bank- en Verzekeringswezen
15. Verkeer en Toerisme 16. Landbouw, Veeteelt en Visschenj
17. Verpleging 18. Vrije Beroepen 18. Werkverruiming
9. Mijnbouw Oider verantwoordelijkheid aan den Plaatselijken Frontleider treedt de Sociale Voorman in zijn bedrijf tevens op als vertegenwoordiger van de betreffende Bedrijfsgroep.
C. De Provinciale Leiding van het NAF.
Deze bestaat uit verschillende Diensten, onder leiding van en onder verantwoordelilkheid aan den Provincialen Frontleider. Deze Diensten correspondeeren met de betreffende Hoofdafdeelingen of Afdeelingen in de Landeli)ke Leiding; zij zjjn:
1. Dienst Organisatie 2. Dienst Geldzaken
3! Dienst Pers en Propaganda
4, Dienst Vorming
5. Dienst Beroepsontwikkeling
6. Dienst Sociaal Economische
Zaken
7. Dienst Vrouwen
8. Dienst Jeugd
Q. Dienst Rechtsbescherming
9. i_nensi 10. Dienst Handel en Ambacht
11. Ooenbare Lichamen
11. upenoare i_.itndiucii 12. Dienst Vreugde en Arbeid
Elke Dienst in de Provinciale Leiding wordt, onder verantwoordelijkheid aan den Provincialen Frontleider, beheerd door een Hoofd, die zoo noodig één of meer medewerkers kan hebben.
D. De Plaatselijbè Leiding van het NAF.
De Plaatseliik leider van het NAF bekleedt één van de gewichtigste functies in Het Nedérlandsche Arbeidsfront. Hij toch heeft, met den Socialen Voorman in de bedrijven, direct voeling met de leden en Van zijn inzicht en tact zal veel van de toekomstige ontwikkeling van het NAF afhangen.
„Een Volk is zoo rijk als het den arbeid weet te organiseeren I”
Arbeidsfrontleider WOUDENBERG.