Holderdebolder, door F. E. Farwerck.

Tot de eigenaardige uitdrukkingen, die wij in het Nederlandsch tegenkomen, behoort ook het woord ~holderdebolder”, dat een enkele keer, o.a. in Nijmegen, ook ~hodeldebodel” uitgesproken wordt. Maar niet alleen in onze taal komt het voor. In Vlaanderen ontmoet men het als ~holder en bolder” of ~holderkabolder”. Het Friesch heeft evenals het Nederlandsch ~holderdeboldèr”. De Hoogduitsche vorm is ~holterpolter” of „hurliburli”, terwijl het in de verschillende Platduitsche dialecten luidt: ~holterdipolter”, ~holderipolderi”, ~holterdipolterdi”, „huiler di boller” en ~hulter de bulter”. In het Zweedsch gebruikt men ~huiler om huiler”, in het Deensch ..hulter til bulter”, en in het Engelsch ~herly-burly. i)

De beteekenissen, die aan deze woorden gegeven worden, loopen eenigszins uiteen. Van Dale 2) verklaart ze met: hals over kop, in verwarden haast, in allerijl, vaak met de bijgedachte aan het geraas, dat er bij gemaakt wordt. Stoett 3) geeft als algemeene beteekenis: in verwarden haast, hals over kop, maar geeft daarnaast eenige afwijkende toepassingen. Zoo een uitdrukking uit 1681: ~het ging er holder de bolder”, met de beteekenis: daar was groote oneenigheid, het ging er onderste boven. Voorts een gebruik van het woord in den zin van kijven: ~jij en jou man, die speulen altemet holder de bolder”. Ook in den zin van ~veel geraas” kwam reeds vroeger de uitdrukking voor:

’t Kooren loopt ’er heen

En rolt als Turf holder de bolder

Door ’t gat ter zaal uit naar beneên.

Het Engelsche ..hurly-burly” heeft de beteekenis van geraas of geweld en de daar mede verwante uitdrukking „helter skelter” beteekent verward, in het honderd. De Duitsche, Zweedsche en Deensche vormen hebben soortgelijke beteekenissen.

In het algemeen 4) neemt men aan, dat in de uitdrukking het woord ~bolder” het hoofdbestanddeel is; het eerste deel zou een willekeurige rijmklank zijn en de lettergreep „de” een tusschenvoegsel. Dit woord ~bolder” zou dan weder met verschillende andere woorden samenhangen 5). In de eerste plaats met ~bolderen”, dat afkomstig is van „bollen”, klappen, hevig geraas of gerommel maken. Ook het geraas van den donder wordt met bolderen aangeduid. ..Holderebolderen” of ..holdebolden” zou een versterking van het woord bolderen zijn. In het Duitsch is het equivalent ..poltem” te vinden, dat wij ook ontmoeten in de uitdrukking ..Polterabend”, den avond voorafgaand aan een feest, die in luidruchtige vreugde wordt doorgebracht. In dialecten treft men daar te lande nog aan ..boldern”, ..bollern” en ..poldern”, terwijl ten onzent nog voorkomt „bollen” in het gezegde „een os bollen”, een os slachten. Voorts kennen wij nog den ~bolderwagen”, die in het Nedersaksisch ~bullerwage” heet en samenhangt met het Engelsche ~to buller”, dat op het geraas van den storm betrekking heeft. In het algemeen heeft bolderwagen de beteekenis van rammelende wagen en als zoodanig