In de „Pathologische Anatomie der Lungenspitzentuberkulose” wordt de meening van Reinders (Bussnm) bestreden, bij wie de topdispositie geen genade kon vinden. De schrijvers: Hermann Loscbcke en Elisabetb Deboff vinden zijn denkbeelden ~auszerordentlicb unwabrscbeinlicb”.
Franz Ickert bespreekt de besmetting'door tuberculose buiten bet gezin (zooals Bergmann bet noemt: „extra-domiziliare Infektionen”). Heynsius van den Berg’s cijfermateriaal over de sterfte aan tuberculose van zuigelingen wordt hierbij gepubliceerd. Meteenige verwondering zag ik, dat, zonder critiek uit te oefenen, de mededeeling van Heimbeck wordt overgenomen, ja, dat Ickert er nog eens extra op wijst, boe een groot aantal der Pirquet-negatieve verpleegsters tuberculeus werden in 3 jaar tijds. Met betrekking tot de tuberciileiise onderwijzers staat Ickert op bet standpunt, dat, gezien de infectiecijfers van de scnoolkinderen in klassen met tuberculeuse onderwijzers, een periodiek onderzoek van onderwijzers op longtuberculose noodig is. Reeds wees ik er op, dat voor ons land wellicht eens bet jaarverslag van den Pensioenraad aanleiding zal zijn, althans voor aanstelling, alle onderwijzenden zorgvuldig te keuren. Zijn berichten omtrent tuberculeuse leerlingen vormen weer eens een pleidooi voor aanstellen van schoolartsen, die samenwerken met onze districtstuberculoseartsen.
Een flink hoofdstuk is gewijd aan Ziekeninricbtingen voor tuberculeuzen. (Julius E. Kayser—Petersen). Een poos geleden besprak ik met Dr. B. H. Vos de wenscbelijkbeid, dat in de Vereeniging van Ned. tuberculoseartsen eens bet onderwerp van bouw, inrichting en bedrijf van sanatoria en ziekenbuiszalen (ziekenhuizen) voor tuberculoselijders werd besproken. (Onze medische studenten klagen er over, zoo weinig tuberculoselijders meer te zien; een co-assistentschap in de sanatoria zou bier op zijn plaats zijn).
Er wordt te ver doorgedraafd over den invloed van bet aantal beschikbare sanatoriumbedden op de daling der tuberculosesterfte in verschillende landen. Nederlandscbe gegegevens komen er w’einig in voor.
Op de verdere stukken, vooral van belang voor tuberculoseartsen en kinderartsen ga ik niet nader in. Zij zijn zeer interessant, doch te technisch om in bet kort te worden besproken.
p.