Dit laatste wordt soms zelfs uitgestrekt tot gebouwen, welke met tot woning, doch tot ander doel zijn bestemd.

De Gezondheidscommissie acht zich verplicht aan deze verzoeken gevolg te geven op grond van het bepaalde bij art. 31 van het Koninklijk Besluit van 19 Februari 1920, S. 83, zooals dit nader is gewijzigd en voldoet daaraan gaarne, omdat de ervaring heeft geleerd, dat de zij het ook beperkte controle, welke de commissie aldus uitoefent, goede gevolgen heeft gehad en nog heeft. Al blijft met dat al het streven naar een bouw- en woningtoezicht, intercommunaal geregeld, zeer gewenscht.

Scholen. Door een der leden. Burgemeester der gemeente Vaals, werd in de Februari-bijeenkomst het denkbeeld geopperd of de commissie niet iets zou kunnen bijdragen tot oprichting van een Districtsschoolartsendienst. In zijne gemeente had hij de nuttige werking van het instituut schoolartsen gezien en het zeer betreurd, dat men daar door bijzondere omstandigheden weer tot opheffing had moeten overgaan.

Bij bespreking in deze en volgende vergadering werd nagegaan welke Districtsschoolartsendiensten reeds elders in werking waren en hoe daarbij de kosten werden gedekt. Hierbij werd steeds gerekend op suhsidieering door de Provincie tot 1/3 of 1/2. Aan de hand van eene voordracht, opgenomen in het ~Tijdschrift voor sociale hygiëne” kon een schema van kosten worden opgesteld, welke vrij hoog liepen, hetgeen de vrees deed uiten, dat in de heerschende tijdsomstandigheden, niet aan dergelijke uitbreiding kon worden gedacht. Waaraan toegevoegd de meening, dat de Provincie wel niet te vinden zou zijn om deze zaak districtsgewijze te regelen, indien niet eene regeling voor de geheele Provincie kon worden opgesteld.

Besloten werd daarom deze zaak voorloopig te laten rusten.

Slachterijen gaven herhaaldelijk aanleiding tot klachten.

Betrekkelijk eene slachterij te Simpelheid was dit zeer gegrond, daar de eigenaar, niettegenstaande het Gemeentebestuur hem nieuwe voorwaarden oplegde, voortging de meest elementaire eischen van hygiëne niet op te volgen. De slachterij was bovendien voor het daarin uitgeoefend bedrijf te klein. In deze zaak kwam ten slotte afdoende oplossing doordat eene nieuwe slachterij elders werd gebouwd.

Deze Gezondheidscommissie heeft vele, nuttige bemoeiingen gehad met de drinkwatervoorziening. Medewerking werd daarbij ondervonden van den Pharmaceutischen Inspecteur van de Volksgezondheid en het Centraal Laboratorium.