De tuchtmaatregel, die de kinderrechter kan toepassen, (het doen opnemen van het kind in een gesticht bestemd voor kinderen, die bijzondere tucht behoeven art. 273 h. B. W.) geldt weliswaar alleen het kind, maar voor de ouders is art. 374 a 6e. B. W. geschreven. (Ouders kunnen uit de ouderlijke macht worden ontzet op grond van: het opzettelijk niet medewerken met den gezinsvoogd belast met het toezicht op een of meer kinderen, of het bij de opvoeding in ernstige mate veronachtzamen van de aanwijzingen van den gezinsvoogd.)

Voor mij is dan ook niet beslissend de vraag of het kind dan wel het gezin toezicht meer van noode heeft, doch alleen, of de hoop niet ongegrond is, dat de gezinsvoogd vooral ook de ouders aan zijn toezicht (invloed) zal weten te onderwerpen.

Breda.

W. FICK.

Raadsman en Voorw. Veroordeeling.

Ik heb mij al meer afgevraagd, of men de in dit Maandblad en ook in het Weekblad v. h. Recht behandelde vraag, wel van de juiste zijde beschouwt. Mijns inziens moet men het criterium zoeken in de omstandigheid of de raadsman is toegevoegd of gekozen en betaald verdediger. Wanneer in dit laatste geval de raadsman zich voor een cliënt tot een reclasseeringsambtenaar of agent richt, levert deze hem door zijn rapport feitelijk de stof voor zijn pleidooi; de raadsman behoeft het slechts met meer of minder welsprekendheid voor te dienen aan de Heeren achter de groene tafel en hij is klaar met zijn verdediging. Maar dan zou het ook niet meer dan billijk zijn, indien de verdediger, als gemachtigde van zijn cliënt, voor dit geval, naar evenredigheid van zijn salaris geld stortte in de kas der reclasseeringsvereeniging, waartoe zijn rapporteur behoort, en dan bestaat niet de minste reden om het gunstig rapport, dat pleidooi is geworden, of het ongunstig rapport, dat achtergehouden wordt en waarvan de inhoud bij pleidooi verbloemd wordt, aan het O. M. mede te deelen. Anders wordt het echter, wanneer het reclasseeringsrapport gratis wordt verstrekt, in dat geval blijft de reclasseeringsvereeniging volkomen vrij, en kan zij het ook aan het O. M. toezenden; maar ik zou mij kunnen begrijpen mij voor een oogenblik geheel indenkende in de stroomingen, die in met reclasseeringsgedachten geheel gevulde gemoederen heerschen dat de vereeniging een ongunstig rapport niet overlegt, doch alleen volstaat met de mededeeling aan het O. M. of aan den Rechter, dat de zaak is onderzocht, en dit onderzoek geen aanleiding voor een V. V, heeft opgeleverd.