ingevoerd, komt toe aan de Amerikanen Hall en Papst van de Portland Gas and Coke Company (Oregon). Hun eerste toestel maakten zij uit een stuk gegoten dertig duims buis, vulden dit met ijzerafval, verhitten dit door een steenen oventje. Daarmede behaalden zij slechts gering succes en gingen daardoor er toe over een samenstel van een aantal 3 en 4 duims buizen te bezigen. De resultaten waren beter, doch de buizen werden snel opgevreten, zoodat zij ten slotte een inrichting maakten met binnenverwarming.

Ten slotte kwam een vrij eenvoudige; inrichting tot stand, die in zijn opzet veel op een eenvoudig watergastoestel gelijkt. Er zijn twee met steenstapeling opgevulde oververhitters, die afzonderlijk werken en welke op temperatuur gebracht worden door een generator. Terwijl de eene oververhitte!' heet geblazen wordt, leidt men het te behandelen gas door den anderen oververhitter en zoo afwisselend.

Bij deze inrichting wordt gemiddeld 71 procent van de zwavelkoolstof ontleed, zoodat het zwavelgehalte van het gas belangrijk omlaaggaat. De maximum hoeveelheid gas per dag op deze wijze behandeld, was 108.000 en de kosten met inbegrip van aanleg, onderhoud, brandstof en arbeidsloon bedroeg per 100 M-’. gas 10 cents.

De hierbij gebezigde temperatuur is vrij hoog, want de superheaters worden even heet geblazen als watergastoestellen dus tot aan 900° C. doch volgens de uitvinders zijn deze hooge temperaturen noodig voor een goede omzetting. Over den invloed hiervan op de hoedanigheid van het gas deelt men niets mede.

Terwijl de Amerikanen reeds hun toestel in praktische werking hadden, was men in Londen onder leiding van Carpenter en Evans eveneens bezig aan een uitwerking van het zwavelkoolstof probleem.

Alras kwam men aldaar tot de overtuiging, dat de beste resultaten zouden kunnen worden bereikt door toepassing van katalysatoren. Wat een katalysator is, mag tegenwoordig reeds voldoende bekend zijn, namelijk een stof, die zonder oogenschijnlijk aan de omzetting deel te nemen een chemische reaktie vergemakkelijkt of versnelt. _ . , • . r

Terwijl de eerste series proefnemingen te Londen genomen werden met kleine steentjes als kontaktmateriaal, bleek spoedig dat ijzer een veel krachtiger werking uitoefende, waarbij het

voordeel kwam dat dit materiaal goedkoop is. Zoover gevorderd kwam het er op aan de gunstigste temperatuur vast te stellen voor de inwerking, opdat deze zoo snel mogelijk zou kunnen verloopen en daardoor de te gebruiken toestellen zoo kompakt mogelijk zouden kunnen worden gebouwd. Bij ijzer vond men de beste temperatuur tusschen 400° en 500° C. liggen. Doch bij het regenereeren stootte men op een nieuw bezwaar, de reaktie met de doorgevoerde lucht verliep zoo hevig, dat alles tot één massa ineen smolt en de retort een flink gat opliep. Het systematische zoeken naar den besten uitwendigen vorm voor de katalysatoren moest opnieuw beginnen.

Ten slotte bleek, dat gereduceerd nikkel verdeeld op het oppei'vlak van asbest of vuurvasten steen in de praktijk ontegenzeggelijk het best aan het doel zou beantwoorden. Doch tevens werd ook vastgesteld, dat voorafgaande verhitting van het gas het verloop der bewerking aanmerkelijk versnelde en men dus het gas veel sneller zou kunnen doorvoeren.

Het praktische gevolg van deze laboratoriumproeven was de bouw van een installatie aan de Old Kent Road fabriek der South Metropolitan waar de totale gasproduktie van gemiddeld 270.000 Mh per dag zou worden behandeld. Na de inbedrijfstelling marcheerde de inrichting zoo goed, dat besloten werd eveneens op de East Greenwich fabriek de zwavelkoolstofverwijdering toe te passen.

Men heeft daar vijf eenheden gebouwd elk in staat om dagelijks 81.000 M“. gas te bewerken. Elke eenheid bestaat uit een generator en een verbrandingskamer, die aan weerskanten verbrandingskamers heeft, welke de reaktiebuizen bevatten. Bovendien is een buizenstelsel aanwezig, in welke het uitstroomende heete gas een groot deel van zijn warmte aan het binnenstroomende nog te bewerken gas afgeeft. r-»., ,7orMrormintr hrpncrt dp tem-

De voorafgaande verwarming nrengi oe leiuperatuur van het gas op 400 C., teiwijl de reaktie zelf bij 430° C. plaats vindt.

De totale hoeveelheid nikkel in de katalysatoren opgehoopt weegt nagenoeg 600 KG., hetgeen bij een prijs van 192 gulden per 100 KG. een bedrag van 1152 gulden uitmaakt.

De geheele inrichting verbruikt per dag sb's ton cokes. Voor de regeneratie is er een kleine gasmotor, die een wan drijft, waarbij de veiplaatste lucht door een meter gemeten wordt. Deze meter dient bovendien voor het meten van