nccmenswaardig omlaag en pas in Mei begon zich een meer ernstige prijsdaling te doen gevoelen en daalde de prijs per cwt. van 10 sh. HA d. op 9 sh. 10' '2 d, welke prijs tot einde Juni gehandhaafd bleef. Ook in Juli bleef de prijs op dit peil, hoewel de toekomst niet gunstig leek, waar het feit van overproductie meer en meer duidelijk uitkwam. Aanvang Augustus kwam de oorlog en daarmede was alles in de war. De salpeterprijzen vlogen eerst omhoog tot 11 sh. 3 d. per cwt,, daalden een weinig tegen het eind van de maand, om langzamerhand in October op normaal peil te komen. November bracht nog verdere daling op 9 sh. 6 d. zoodat de gemiddelde prijs voor dit tweede halfjaar op 10 sh. H/a d. per cwt. komt.

Voorloopig is de toestand deze

In Chili heeft men de productie aanzienlijk moeten beperken, wegens den geringen verkoop. De voorraden zijn daar enorm groot, als gevolg van te weinig scheepsgelegenheid en van de huiverigheid van reeders der oorlogvoerende landen om hun schepen op een zoo gewaagd bedrijf uit te zenden. Niettemin is de voorraad in Europa voldoende en wanneer nu maar de handelaars voet bij stuk houden, dan kunnen vrij normale salpeterprijzen worden verkregen.

Komende op de markt voor zwavelzure ammoniak, wijst de firma er op, dat men het jaar 1914 niet met aangename vooruitzichten begon. Wel kon men verwachten, dat 1914 niet zulk een reusachtige vermeerdering van productie zou brengen als 1913 en zulks omdat de cokesovens ook een inkorting van hun cokesproductie moesten overwegen. Bovendien kon worden verwacht, dat de reusachtige aanvoeren van chilisalpeter ten gevolge zouden hebben, dat de prijzen voor dit prcdukt omlaag zouden gaan en de sulfaatprijzen zouden mee sleepen.

Een zoodanige overweging schijnt ook bij het Duitsche Ammoniak Syndikaat te hebben gegolden, de reden waarom het op meer aanvallendewijze in de markt is opgetreden. Succes heeft dit optreden zeker gehad, want men kon zich een veel grooteren omzet verwerven in de suikerverbouwende koloniën, in de katoendistrikten der Ver. Staten en in nog enkele landen.

l let onmiddellijke gevolg van deze prijsverlaging van Duitschen kant is geweest, dat de export van uit Engeland naar verschillende afzetgebieden aanvankelijk eene verlaging vertoonde.

Bovendien was door den zeer onverwachten maatregel van het Duitsche Syndikaat een toe-

stand van wantrouwen in de vastheid van de markt ingetreden. De koopers voor direkte ontvangst waren dientengevolge in Januari 1914 schaarsch en de prijzen daalden van 11^12.17 sh. 6 d. per ton op £ 12. 5 sh. per ton f. ó. b. Huil. Februari bracht een kleine verbetering zoodat de prijzen weer op £ 12. 8 sh. 9 d. per ton kwam.

De producenten verlangden echter meer, doch konden voor hoogere prijzen geen koopers vinden. Het gevolg was, dat de markt vrij onverschillig was.

Maart bracht evenmin verbetering. Aanvankelijk was er eenige vraag doch die meerdere levendigheid zette niet door en de maand sloot met een dalende prijskoers, zoodat ten slotte weer de prijsstand van i: 12. 5 sh. bereikt werd.

De prijsdaling zette zich in April voort en werd slechts tijdelijk onder invloed van de kolenwerkersstaking in Yorkshire eenigszins tot staan gebracht. Niettemin namen de verkoopers thans gaarne orders op voor levering op termijn tegen X' 12.— per ton.

In Mei werd de toestand zoodanig, dat er veel aanbod en weinig vraag was. Zelfs voor lagere prijzen toonden de koopers geen neiging om zelfs op speculatie te koopen. Een prijsstand van £ 10. 13 sh. 9 d. per ton was dan ook het slot.

Juni bracht een schommelende markt, eerst geringe verhooging op £ 10. 17 sh. dan een daling op £ 10. 12 sh. 6 d., die wederom in een stijging overging, zoodat de maand met een prijsstand van X 11. per ton voor levering, sloot.

Ook in Juli bleef deze prijs gehandhaafd en er viel aanvankelijk een verbetering in den omzet te bespeuren. Later verflauwde deze, doch de eenigszins hoogere prijzen bleven niettemin bestaan en de maand sloot met £ 11. voor direct en X' 11. 7 sh. 6 d voor levering in het najaar.

Toen kwam de oorlog en daarmede was alle marktwaarde onderste boven gekeerd. De zaken stonden nagenoeg stil, zoodat de prijs van X 10 11 sh. 3 d. per ton meer een theoretische dan een praktische noteering is.

Eigenaardige toestanden traden door den oorlog in, want het blijkt dat Engeland den uitvoer van ammonium-sulfaat niet verboden heeft.

Dientengevolge begonnen tegen het najaar de koopers, die oorspronkelijk hunne contracten in Duitschland hadden afgesloten, op de Engelsche markt te verschijnen, omdat uit Duitschland geen sulfaat mag worden uitgevoerd. Uit den aard der zaak bracht de oorlog een vermindering in sulfaat-productie van de cokesovens met zich