van het te onderzoeken gas, uit de meetflesch naar het absorptie-reservoir, welk verdringen geschiedt door de vloeistof in het vat f, wanneer dat vat wordt opgeheven.

De buis kan echter gesloten worden, tijdens het aanzuigen van het te onderzoeken gas.

Aan het vat d is een trechter g aangebracht, die dient om de verdrongen absorptie-vloeistof op te nemen. Op bekende wijze wordt nu 100 cM“. van het te onderzoeken gas in de meetflesch gebracht.

De spiegel van de verdringende vloeistof zal dan juist tot aan het ondereinde van de buis h reiken. De buis b is zóóveel in de meetflesch ingelaten, dat in de eerste periode ongeveer 20% van het gas door de buis b, boven de absorptie-vloeistof wordt gebracht. Bij verder stijgen van den verdringer wordt de buis b door de vloeistof gesloten en wordt het resteerende gas ongeveer 80% genoodzaakt door de buis c, die in de absorptie-vloeistof is ondergedompeld, door die vloeistof te stroomen.

De gassen, die door deze gecombineerde absorptie overblijven, verzamelen zich boven de absorptie-vloeistofspiegel. Door de buis b kan nu gemakkelijk de gasrest in de meetflesch worden teruggezogen.

Het resultaat van de analyse kan op de gecalibreerde meetflesch worden afgelezen.

Voor controle kan het spel een willekeurig aantal malen worden herhaald. Het toestel kan zoo worden ingericht, dat een automatisch werken en aflezen wordt verkregen.

Afb. 3.

Engeland.

No. 2264 A. D. 1915.

L. J. V. T a te, Edinburgh.

Verbetering aan horden voor zuiverkisten.

De horde wordt gevormd door vier verticale staanders A, welke vier horizontale zijstukken B en C dragen; de twee zijstukken B, aan het ondereinde van de staanders aangebracht, zijn ieder bevestigd aan twee verticale staanders A, terwijl de twee zijstukken C in een richting loodrecht daarop, ieder aan de bovenzijde van een paar staanders A zijn vastgemaakt.

De houten roosterstaven D, die tusschen de zijstukken B en loodrecht daarop tusschen de zijstukken C zijn aangebracht, vormen te samen met A, B en C de horde. Op bekende wijze worden deze horden zoodanig op elkaar in de zui-

verkist geplaatst, dat de opvolgende roosterstaven van de eene horde loodrecht staan op die van een daarbovengelegen horde en zoodoende eene losse en luchtige vulling van den kist verzekeren.

Een tweede uitvoeringsvorm geeft de andere afbeelding.

De horizontale zijstukken E zijn met verlengstukken G uitgevoerd die als pooten van de horde dienen. Tusschen de stukken E zijn de roosterstaven F aangebracht. De horde wordt dus gevormd door twee evenwijdige zijstukken E en de roosterstaven F.

No. 2736 A. D. 1915.

B. Norton te Selborne, Dudley, Worcestershire.

Verbetering aan breekmachines voor kolen en dergelijke.

Aen zijn ijzeren balken waarop de machine is gemonteerd; B, het frame van de machine. Met C, D en E zijn drie assen aangeduid, waar van de eerste met twee krukken is uitgevoerd. De balken A, Ai dragen tevens de blokken Fi, Fa, Fa, F,, waarin de rollen G, voor de transporteur N draaien. Op de assen D en E zijn respectievelijk de hefboomen H, en M, draaibaar aangebracht. Tusschen de hefboomen H, zijn in doorsnede vierkante houders K, K‘ draaibaar bevestigd aan welke houders de verticale breekijzers P zijn bevestigd. Op gelijk wijze zijn tusschen de hefboomen M, verbindingsstukken L, aangebracht.