Bij de Leidsche Duinwater-Maatschappij werd te Katwijk een hoogdruk-pompmachine geplaatst met een capaciteit van 500 per uur, welk werk is uitgevoerd door de fa. Louis Smulders & Co. te Utrecht.

Vught is aangesloten bij de waterleiding der gemeente ’s-Hertogenbosch. Op verschillende plaatsen als Harderwijk, Groningen, Katwijk, Zeist enz. werden interneeringskampen en militaire kampen voorzien van waterleiding.

Door den Burgemeester van Woubrugge is aan de gemeenten ter Aar, Nieuwveen, Nieuwkoop Zevenhoven, Rijnsaterwoude, Leimuiden, Alkemade, Woubrugge, Haarlemmermeer, Aalsmeer, Sassenheim' Lisse, Hillegom, Voorhout, Noordwijk en Noordwijkerhout een tweeledig voorstel gedaan voor watervoorziening in die gemeenten.

Voorstel A. Kan de gemeente concessie verleenen voor volledige watervoorziening? Voorstel B. Kan de gemeente het water in het groot betrekken om het dan voor eigen risico aan de ingezetenen te distribueeren ?

Voor Nijmegen kwam tot stand een electrisch proefstation op de hei onder Heurnensoord om bij eventueel groote uitbreiding dezer gemeente voor 2de prise d’eau te dienen.

Bij de Amsterdamsche Waterleiding zijn uitbreidingen van de prise d’eau in het duin voorgesteld. De voorstellen van den heer Roelof Kuipers, Ingenieur-architect te ’s Gravenhage over de uitbreiding van de prise d’eau der bronwaterleiding tot haar volle capaciteit nabij Hilversum, werden m handen gesteld van eene Commissie, bestaande uit de heeren Kleinhens, Dr. Lorié en van Waterschoot van der Gracht, die daarover rapport uitbracht.

Tegen de conclusie van dit rapport is bij de drukkerij „de Brakke grond” te Amsterdam een brochure van den heer Roelof Kuipers verschenen, welke tot titel draagt: der bronwaterleiding de oplossing van het Amsterdamsche Waterlelding-vraagstuk”.

De voorstellen van de Goudsche Waterleiding Maatschappij werden door den gemeenteraad van Gouda aangenomen, zoodat de concessie dezer Maatschappij is verlengd en het water zoonoodig zal worden ontleend aan de rivier „de Lek” inplaats van aan den IJssel.

In de belangrijke procedure van de Groninger Waterleiding tegen de gemeente Groningen, is de uitspraak van de rechtbank te Groningen niet gunstig geweest voor de gemeente. In hooger beroep werden de pleidooien gehouden voor het Gerechtshof te Leeuwarden.

"ila civiele zitting van dit Rechtscollege heeft de procureur-generaal conclusie genomen waarbij de Maatschappij wederom in het gelijk werd gesteld. Het arrest is bepaald op 3 November a.s.

Verder werden van bevoegde zijde de volgende inlichtingen ontvangen omtrent het stadium waarin verschillende waterleiding-ondernemingen, die met Rijkssteun voorbereid of opgezet worden’ thans verkeeren. ’

In de Provincie Groningen namen de Staten in de zomervergadering van 1914 het besluit om m samenwerking met verschillende gemeenten in beginsel tot oprichting eener centrale drinkwatervoorziening over te gaan. Aan Gedeputeerde Staten werd opgedragen hiertoe de noodige stappen te doen. De kort daarop ingetreden buitengewone tijdsomstandigheden hebben Gedeputeerde Staten genoopt de uitvoering van dit besluit te schorsen.

Voor de zoogenaamde Midden-Noordhollandsche waterleiding die de streek tusschen Castricum en tdam zal voorzien, was op het einde van 1914 een plan in bewerking.

Ook voor Oostehjk-Gelderland werd een uitgewerkt project opgemaakt, dat tegen het einde van tiet verslagjaar zijne voltooiing begon te naderen.

De zeven gemeenten van het eiland Tholen besloten tot oprichting eener waterleiding voor dit eiland. Het waterleidmg-Comité zond de statuten in om daarop de goedkeuring te krijgen, noodig om voor de verlangde Rijksrisicogarantie in aanmerking te komen. Deze werd door den Minister van mnetilandsche Zaken in uitzicht gesteld, zoodra gunstiger tijdsomstandigheden dit mogelijk zouden maken.

, Limburg verkreeg het Comité van het rijk en van de provincie de toezegging eener bijdrage van resp. V 2 en 'A der kosten voor het opmaken van een definitief plan, onder voor-

') Op 25 Februari 1916 werd het rapport hierover ingediend door den heer Ingenieur D. Drost.