een andere constructie aangegeven. Hier wordt het voortdurend toezicht, dat de verzadiger vereischt, als een nadeel ondervonden.

Het verkregen zout wordt niet gecentrifugeerd, doch na eenige uren uitlekken, in een ruimte opgeslagen, die een degelijke asphaltvloerbedekking heeft. Zoodoende gaat de zich nog afscheidende loog, die zich in een groote syphon verzamelt, niet verloren en kan het zout goed droog worden.

* Bij de fabricage van uitsluitend zwavelzurenammoniak, besparen wij kalk, zooals reeds vermeld is, door den toegift te verminderen; wij zijn hiermede aan grenzen gebonden om geen last van verstopping van de gasleiding te ondervinden. Inderdaad gelukt het alle ammoniak uit te drijven door directe toevoeging van slechts de hoeveelheid kalk, die voor de vrijmaking van de niet vluchtige ammoniak wordt vereischt. Het ligt nu voor de hand, dat ook koolzure kalk inplaats van CaO goed resultaat moet geven, wat op het laboratorium, zoowel bij de toevoeging van uit kalkwater geprecipiteerd CaCOg, als van marmer in poedervorm is gebleken. Deze proeven zijn niet ver genoeg gegaan om meer resultaten te melden; de physische chemie kan er de verklaring van geven. Vast staat het, dat goeden uitslag slechts bij een groot gemeenschappelijk oppervlak der phasen, dus bij gewone toestellen ten koste van veel stoom wordt bereikt en dat de besparing aan bedrijfskosten hierdoor volkomen wordt te niet gedaan. Bij de bereiding van de gebruikelijke producten, zouden wij slechts kalkbesparing kunnen bereiken door tusschen gaswatermeter en mengketel een dissociatiekolom te bouwen, die op het bekende principe berust, dat de in de warmte weinig bestendige vluchtige ammoniakzouten, reeds bij temperaturen onder 100° C. uiteen vallen, waardoor het minder oplosbare koolzuurgas, zwavelwaterstofgas, enz. verwijderd kunnen worden. Op het oogenblik zou echter het aanschaffen van deze inrichting stellig nog niet rendabel blijken.

Salmiak. In een tijdelijke installatie is salmiak gemaakt door zuiver ammoniakgas langzaam in zoutzuur te leiden, dat zich nog in den mandflesch bevond. Dit moest voorzichtig gebeuren om ammoniakverliezen te voorkomen, daarom werd de mandflesch ook met een flinke straal water koelgehouden.

Afb. 3.

Het spreekt vanzelf, dat de inhoud van meerdere flesschen gelijktijdig verzadigd werd